Uitschakelen verdachte CS was secondewerk
Jawed S., verdacht van het plegen van een terreuraanslag in het Centraal Station in Amsterdam, is door drie politiemensen in luttele seconden na de aanslag uitgeschakeld. S. zou met zijn mes, waarmee hij kort daarvoor twee Amerikaanse toeristen ernstig had verwond, op de agenten zijn afgekomen. Een van de agenten schakelde hem met twee gerichte pistoolschoten uit.
Het Openbaar Ministerie beschuldigt S. - naast het plegen van een terroristische aanslag - van het bedreigen (met een tegen het leven gericht misdrijf) van de drie politiemensen. Het drietal is aanwezig bij het maandag begonnen strafproces in de gerechtsbunker in Amsterdam-Osdorp.
S. kwam door „afwijkend gedrag” in het station al in het vizier van de politie voordat hij de twee Amerikanen aanviel. De man was rond half twaalf ’s ochtends met de trein vanuit Duitsland in Amsterdam aangekomen. Vervolgens heeft hij zich drie kwartier in en om het station opgehouden. De agent die het eerst onraad rook, had het gevoel dat S. hem in het voorbijgaan „scande”.
Uit de aangiften van de slachtoffers blijkt dat de aanval volkomen onverhoeds is geweest. De twee mannen stonden met hun vrouwen bij een informatiebalie en waren in gesprek met een medewerker. Het gezelschap was onderweg naar Duitsland, voor een bruiloft. Het eerste slachtoffer werd in de rug gestoken, het tweede in een arm. Hoewel S. zei dat het niet zijn bedoeling was de Amerikanen iets aan te doen, ging hij niet in op de vraag van de rechter of hij excuses wilde maken.
Onderzoek van de rijksrecherche heeft uitgewezen dat de schietende agent volgens de regels te werk is gegaan. S. zei maandag dat hij het niet erg zou hebben gevonden als hij als martelaar was gestorven. Eerder heeft hij verklaard dat het tweede schot onnodig was.
Justitie heeft van een reeks beelden van bewakingscamera’s op het CS een compilatie gemaakt. De rechtbank heeft deze in aanloop naar de zitting bekeken. Het Openbaar Ministerie zal dinsdag een deel van de beelden in de zaal laten zien, bij de onderbouwing van de strafeis.