Schouten denkt dat een onafhankelijk advies van de Internationale Raad voor Onderzoek der Zee (ICES) daarbij zal helpen. Dat schrijft ze in een brief die ze woensdag aan de Tweede Kamer heeft gestuurd.

Op verzoek van Nederland heeft ICES de effecten van de pulskor op de visstand en het leven op de zeebodem vergeleken met die van de traditionele boomkor. Bij de pulstechniek worden platvissen met behulp van stroomstootjes opgeschrikt, zodat ze omhoog zwemmen en in het net terechtkomen. Bij de boomkor gebeurt dit ”wekken” van de vis met kettingen die over de zeebodem worden gesleept.

Volgens de onderzoekers veroorzaakt de pulsvisserij minder schade aan natuur en milieu dan de boomkorvisserij.

Het Europees Parlement stemde eerder dit jaar voor een totaalverbod op pulsvissen. Als dat er daadwerkelijk komt, betekent dat een grote strop voor Nederlandse vissers die er samen tientallen miljoenen euro’s in hebben geïnvesteerd. In totaal beschikken 84 Noordzeekotters over een –in de meeste gevallen tijdelijke– ontheffing voor de pulsvisserij.

„Dit rapport van onafhankelijke wetenschappers levert een waardevolle bijdrage aan de discussie over pulsvisserij”, zei minister Schouten tegen het ANP. ICES toont volgens haar „kraakhelder” aan dat pulsvisserij een duurzame innovatie is die minder nadelige gevolgen heeft voor het leven in de zee dan de boomkorvisserij.

Of het desondanks tot een definitief verbod komt, is afhankelijk van overleg tussen het Europees Parlement, de Europese Commissie en de lidstaten. „Dat is geen eenvoudig traject, maar de conclusies van deze gerenommeerde organisatie maakt onze zaak wel sterker”, aldus de minister.