Binnenland

Minister Slob: Uitgefloten om cadeau van 100 miljoen

„Ik ben waarschijnlijk de eerste minister die werd uitgefloten toen hij een paar honderd miljoen euro meebracht”, zei minister Slob van basis- en voortgezet onderwijs en media zaterdagmorgen tijdens de jaarvergadering van de reformatorische scholenorganisatie VGS.

Redactie onderwijs
7 April 2018 14:34Gewijzigd op 16 November 2020 12:59
Minister Slob. beeld VGS
Minister Slob. beeld VGS

De bewindsman stelde vanaf zijn aantreden duidelijk te zijn geweest over de grenzen en mogelijkheden om aan de eisen van het primair onderwijs voor werkdrukvermindering en salarisverhoging te voldoen. „In de eerste weken van mijn ministerschap vertelde ik duizenden docenten tijdens een bijeenkomst in Amsterdam dat er een paar honderd miljoen extra beschikbaar werd gesteld.” Niet genoeg, vinden onderwijsbonden. „Ik werd uitgefloten. Maar het is uniek dat er in een regeerakkoord voor één sector zoveel geld beschikbaar wordt gesteld.”

Met een verwijzing naar de zich herhalende stakingen: „Er was veel onstuimigheid en dat gaat nog steeds door. Ik weet dat uw scholen zich wat rustiger gedragen.”

In augustus krijgen scholen geld voor werkdrukverlaging. „Docenten worden betrokken bij de besteding ervan.”

Bij de salarisverhoging is het wachten op een akkoord met de sociale partners. Dan komt het geld met terugwerkende kracht tot januari beschikbaar.

Kleine scholen

Extra geld is er in het regeerakkoord ook voor het zelfstandig voortbestaan van kleine scholen. „Als hun kwaliteit en motivatie op peil blijft, zullen ze kunnen doorgaan, maar er kan een moment zijn dat een vrijwilligersbestuur het niet meer trekt.”

Op de suggestie dat dit laatste soms het gevolg is van maatregelen van het ministerie, zoals verantwoordingsplicht van besturen richting inspectie, zei Slob: „Ik denk dat het goed is dat de inspectie besturen op hun verantwoordelijkheden aanspreekt. Zulke maatregelen verhogen de druk op het bestuur, maar ze zijn niet bedoeld om besturen door de knieën te laten gaan.”

Burgerschap

Slob liet niets los over het wetsvoorstel voor de invulling van het vak burgerschap dat hij voorbereidt. „Scholen behouden de ruimte voor eigen keuzes, maar er zijn wel onderwerpen die de regering van belang acht.”

In betrokkenheid op de samenleving is er een dalende lijn en blijft Nederland ook achter bij Scandinavische landen. „In veel scholen is er handelingsverlegenheid als het gaat om burgerschap. Er moet meer samenhang komen. De wet zal de inspectie meer handvatten aanreiken, zodat ze weet waarnaar ze moet kijken.”

Onlangs gingen negen teams van start met de ontwikkeling van een nieuw curriculum. Het reformatorisch onderwijs is daarbij betrokken. „Pak de kansen om in zulke processen te participeren”, zei Slob.

Eind april gaan de eerste proefversies naar de scholen. Een van de teams houdt zich met burgerschap bezig. De Tweede Kamer zou volgens de minister meer moeten afwachten waar de teams mee komen.

Richtingenbegrip

Verontrusting werd uitgesproken over het wetsvoorstel ”Meer ruimte voor nieuwe scholen”, waarbij het richtingenbegrip als leidraad wordt losgelaten. De minister zei vooral kansen in het beleidsvoornemen te zien. „Er zijn wensen van groepen ouders die niet passen in de richtingen die we in het verleden hebben bedacht.”

Het richtingenstelsel staat ook ter discussie door fusies van openbare en christelijke scholen als gevolg van bevolkingskrimp of doordat scholen zich nauwelijks meer van elkaar onderscheiden. Het is goed als er tijdig over de gevolgen van krimp wordt gesproken, zei Slob. Er zijn gebieden waar het leerlingenaantal met 20 tot 30 procent afneemt. „Men wordt er soms door overvallen.” Als scholen hun identiteit serieus nemen, heeft dat een wervende werking, zei de bewindman.

Verwoestende ideologie

VGS-bestuurder P. W. Moens noemde het opvallend dat er in de Tweede Kamer zo weinig vertrouwen is in verantwoorde besteding van het geld dat scholen ontvangen. „Er is in het parlement de neiging de verantwoordingsplicht van scholen uit te breiden.”

Moens riep de schoolbesturen op medezeggenschapsraden, kerken en ouders bij de beleidskeuzes te blijven betrekken. „Creëer draagvlak; investeer in relaties. Koester het unieke van onze scholen.”

De bestuurder laakte de inhoud van de emancipatienota van minister Van Engelshoven. „De genderideologie, het drammerige karakter waarmee lhbti-belangen naar voren worden gebracht, de doorgeslagen emancipatie van de vader- en moederrollen druisen in tegen de scheppingsorde. We moeten ons blijven verzetten tegen de verwoestende ideologie die de emancipatienota uitademt. Het biedt ons ook de gelegenheid om het heilzame van Gods geboden te laten zien.”

Kennis- en dienstencentrum

Bij de VGS houden 49 mensen zich bezig met de belangen van ruim 70.000 leerlingen. De organisatie ontwikkelt zich steeds meer tot kennis- en dienstencentrum en netwerkorganisatie. De werving van directeuren en mannelijke leraren krijgt de komende tijd extra aandacht.

In plaats van ir. A. W. van der Vlies werd zaterdagmorgen prof. dr. F. A. van der Duyn Schouten (68) in de raad van toezicht gekozen. Hij was rector magnificus van Tilburg University (1999-2008) en de Vrije Universiteit in Amsterdam (2013-2015). De emeritus hoogleraar is voorzitter van de raad van toezicht van het Wartburg College in Rotterdam en Dordrecht en van het curatorium van de Stichting Bijzondere Leerstoel Onderwijsrecht aan de VU.

Gunnend

Ds. H. A. van Zetten, voorzitter van de raad van toezicht, wees er in zijn openingswoord op dat het halve Nieuwe Testament door Paulus is geschreven en dat hij zich toch de minste van de apostelen noemde. „Wat een zegen als Gods Geest je klein maakt en je je verzet mag opgeven. Saulus was als een roofdier; Ananias durfde niet naar hem toe. Maar het behaagde God Zijn Zoon in Paulus te openbaren. Het bleef „ik, ellendig mens”, maar de Heere gebruikte hem in Zijn dienst.”

Paulus was een gunnende apostel, zei de predikant uit Benthuizen. „Paulus ervoer: als het voor mij kan, kan het voor anderen ook. Op Golgotha is Gods recht bevredigd. Als je daar iets van mocht ondervinden, gun je de kinderen op school die genade, de vrede met God. Zulke mensen hebben we op onze scholen nodig. Hoeveel geestelijke zonen en dochters hebt u inmiddels? Ben ik een geestelijke vader of moeder? Die vraag moet op onze ziel branden, opdat God aan Zijn eer komt en Zijn Koninkrijk wordt uitgebreid.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer