De storm, het water en de slachtoffers
Op 1 februari 1953 braken de dijken. Grote delen van Zeeland, Zuid-Holland en westelijk Noord-Brabant overstroomden. Donderdag is het precies 65 jaar geleden dat Nederland werd getroffen door deze ongekend grote ramp. Het water sleurde mens en dier de dood in. De materiële schade was enorm.
- Een zware noordwesterstorm, springtij en een stormvloed. Tegen deze combinatie zijn de dijken in het zuidwesten van het land niet bestand. In de nacht van zaterdag 31 januari op zondag 1 februari gaat het mis. Tussen vier en zes uur breken overal dijken door.
Een gebied van ongeveer 150.000 hectare in Zeeland, Zuid-Holland en Noord-Brabant loopt onder water. Destijds woonden er circa 600.000 mensen.
In totaal komen 1836 mensen om het leven, van wie 865 in Zeeland, 677 in Zuid-Holland, 247 in Noord-Brabant en 7 in Noord-Holland. Later sterven nog eens veertig mensen aan de gevolgen.
Ook veel dieren laten het leven. Er komen 20.000 koeien, 2000 paarden, 12.000 varkens, 3000 schapen en geiten en tienduizenden kippen, ganzen, konijnen, honden en katten om.
100.000 mensen verliezen huis en haard. De evacués worden opgevangen in onder meer Bergen op Zoom, Dordrecht en Rotterdam.
Van de duizend kilometer dijk in de getroffen provincies raakt 800 kilometer beschadigd.
Het zuiden van Duiveland en Overflakkee worden het zwaarst getroffen. In die gebieden valt ruim 40 procent van het totale aantal slachtoffers. In Oude-Tonge komen 305 mensen om, in Nieuwe-Tonge 85, in Nieuwerkerk 288 en in Ouwerkerk 91.
De storm van februari 1953 eist ook levens in andere landen. In Engeland zijn meer dan 300 slachtoffers te betreuren, in België 25. Op zee sterven 220 mensen waaronder 133 opvarenden van de Engelse veerboot Princess Victoria.
In Ouwerkerk op Schouwen-Duiveland is het Watersnoodmuseum en - monument te vinden. Het museum is gevestigd in de vier caissons die werden gebruikt voor de sluiting van de dijk. Op 6 november 2003, vijftig jaar na de sluiting, zijn de caissons tot Nationaal Monument Watersnood 1953 verklaard.