Wat is ChickFriend voor bedrijf?
In het eierschandaal zijn donderdag onder meer twee bloedluisbestrijders van het Barneveldse bedrijf ChickFriend opgepakt. Ze worden verdacht van het in gevaar brengen van de volksgezondheid. Wat is ChickFriend voor bedrijf?
Venijnige opmerkingen over ChickFriend zijn er op internet te vinden. „Een bedrijf in de biblebelt overtreedt willens en wetens de wet door gebruik van gif dat verboden is in kippenstallen”, fulmineert iemand.
Een ander, cynisch: „Geweldig bedrijf. De kippen krijgen nooit meer last van bloedluis, omdat met dank aan dit bedrijf de stal failliet is.”
De autoriteiten richten het vizier op onder meer ChickFriend. De inlichtingen- en opsporingsdienst van voedselwaakhond NVWA meldde gisteren dat de twee opgepakte bestuurders van het bloedluisbestrijdingsbedrijf worden verdacht van het in gevaar brengen van de volksgezondheid „door de leverantie of toepassing” van het giftige middel fipronil in stallen met leghennen.
Wondermiddel
Het door ChickFriend geleverde bestrijdingsmiddel staat in de pluimveesector te boek als een wondermiddel tegen bloedluis (vogelmijt) bij kippen. De bloedluis bezorgt boeren veel kopzorgen, omdat het minuscule beestje nauwelijks uit stallen is te bannen. Als de kippen ermee worden besmet, ervaren ze veel stress.
Fipronil, dat dus in het door ChickFriend geleverde ‘wondermiddel’ zit, is een insecticide tegen vlooien, mijten en teken. Het mag niet gebruikt worden bij dieren die bestemd zijn voor de voedselketen.
De Wereldgezondheidsorganisatie beschouwt fipronil voor de mens als „matig toxisch (giftig).” In grote hoeveelheden kan het schade toebrengen aan nier, lever of schildklier.
Belg
Twee jongemannen staan aan het roer van ChickFriend: Martin van de B. (31) uit Barneveld en Mathijs IJ. (24) uit Nederhemert. Ze betrokken het bestrijdingsmiddel van de Belgische leverancier Poultry-Vision, onder leiding van Patrick R. Ook naar de Belg loopt een strafrechtelijk onderzoek.
Op de site van ChickClean, zoals ChickFriend voorheen heette, maken Martin van de B. en Mathijs IJ. in een professioneel ogende video op soms ludieke wijze reclame voor hun omstreden middel. „Beestjes, beestjes”, luidt iemand zingend de commercial in, daarbij verwijzend naar de bloedluis.
Waarna even later, met de twee mannen op klompen voor hun busje, op de achtergrond de tekst verschijnt: „Wij zijn er graag als de kippen bij om uw pluimvee weer een luisvrij leven te bezorgen.” Het filmpje toont hoe de mannen een stal benevelen met het bestrijdingsmiddel, te midden van de kippen. ChickFriend belooft dat hygiëne vooropstaat en dat ze hun middel in „alle hoeken en gaten” van de stal spuiten.
Harde werkers
In het AD van donderdag worden de mannen omschreven als harde werkers, prima boerenjongens die goed lagen in kringen van pluimveehouders. NRC Handelsblad berichtte zaterdag dat ChickFriend „bewust” het verboden gif kocht bij de Belgische leverancier. De twee firma’s zouden het bestrijdingsmiddel op facturen de verzonnen naam ”fypro-rein” hebben gegeven, aldus de krant.
Als onder meer de mannen uit Barneveld en Nederhemert willens en wetens binnen de pluimveesector het verboden bestrijdingsmiddel hebben verhandeld, kan hun een jarenlange celstraf boven het hoofd hangen. Ter illustratie: vleeshandelaar Willy Selten werd in 2015 veroordeeld tot 2,5 jaar celstraf voor fraude met paardenvlees.
Advocaat Pieter Helsen van de Belg Patrick R. zei vorige week in de tv-rubriek EenVandaag met zo veel woorden dat de eigenaren van het ChickFriend wel degelijk wisten wat voor bestrijdingsmiddel ze inkochten. „Het is duidelijk niet de bedoeling dat fipronil gebruikt wordt voor de behandeling van dieren”, zei Helsen. „Ik ga ervan uit dat de afnemers van het product de samenstelling ervan kenden.”
Niet in de haak
Het is de vraag of kippenboeren wisten dat er iets niet in de haak was met het succesvolle bestrijdingsmiddel dat ChickFriend in de strijd gooide. Op internet (pluimveeweb.nl) zijn discussies te vinden waarin boeren al voorafgaand aan het bekend worden van het eierschandaal hun twijfels uitspreken over het middel uit Barneveld.
De opsporingsdienst van voedselwaakhond NVWA wees er donderdag op dat „fraude de samenleving ondermijnt.” „Op bedrijven die producten leveren voor de voedselketen rust een maatschappelijke verantwoordelijkheid om zich aan de regels en voorschriften van de toepassing van middelen te houden. De regels zijn er om de voedselveiligheid te borgen.”