Privilege uit 1666: Belgen mogen ”eeuwig” vissen onder Britse kust
Nog twee jaar en dan weert het Verenigd Koninkrijk alle EU-vissers uit zijn territoriale wateren. Alle EU-vissers? Misschien toch niet. In de archieven van Brugge bevindt zich een oorkonde uit 1666 die vissers uit de Vlaamse stad het ”eeuwige” recht geeft om onder de Engelse kust te vissen. De Vlaamse minister-president Geert Bourgeois haalde het ”Privilegie” woensdagavond op de Belgische tv-zender VRT letterlijk uit zijn broekzak.
Het document is getekend door de toenmalige Britse koning Karel II, die een tijdje in ballingschap in Brugge had gewoond. Uit dankbaarheid gaf hij aan vijftig haringbuizen uit Brugge het recht om hun netten in de wateren van Zijne Majesteit uit te werpen en de Engelse havens binnen te lopen. Haring was toen –en is ook nu nog– de belangrijkste vissoort die in de Noordzee wordt gevangen. Het recht geldt trouwens ook voor de vangst van „alle andere soorten van visschen.”
Zondag maakte de Britse minister van Milieu Michael Gove bekend dat zijn land een zeeverdrag uit 1964 gaat opzeggen. Deze Conventie van Londen geeft vissers uit Nederland, Frankrijk, Duitsland, Ierland en België het recht om in de Britse territoriale wateren te vissen (tot 12 zeemijl –ruim 22 kilometer– uit de kust). Het land neemt met de opzegging een voorschot op de brexitonderhandelingen. Daarin willen de Britten een veel groter zeegebied voor hun eigen vissers opeisen: de exclusieve economische zone (EEZ, tot 200 mijl uit de kust).
Voor de Belgische vissersvloot, die ruim 60 schepen telt, zijn de Britse territoriale wateren van groot belang. Zij halen er volgens minister-president Bourgeois 50 procent van hun vangst uit het water. Veel schepen zijn geregistreerd in Zeebrugge, de haven van Brugge.
Brugge heeft al eens met succes een beroep gedaan op de oude oorkonde, die in 1963 in het stadsarchief werd herontdekt. De Brugse schepen (wethouder) Victor De Paepe is toen met een vissersboot naar Brits water gevaren. Hij liet zich daar doelbewust arresteren en hoopte op een proefproces. Dat kwam er uiteindelijk niet. Volgens de VRT zag de toenmalige Britse visserijminister van een proces af omdat zijn ambtenaren vreesden dat het privilege uit 1666 nog steeds rechtsgeldig was.
Biedt het privilege wellicht ook uitkomst aan Nederlandse vlagkotters uit onder meer Tholen en Urk, die in Zeebrugge zijn geregistreerd? Waarschijnlijk niet, tenzij de schipper bereid is te verhuizen. Een van de voorwaarden die de oorkonde stelt is namelijk dat de betrokken vissers „poorters” van Brugge moeten zijn en daar daadwerkelijk moeten wonen, „met hun familie”.
Pim Visser, directeur van de Nederlandse belangenorganisatie van kottervissers VisNed, noemt het opduiken van het privilege goed nieuws voor alle vissers onder Belgische vlag, die in Brugge wonen of gevestigd zijn. „Dus ook voor alle rechtspersonen gevestigd in (Zee)Brugge, die de visserschepen in eigendom hebben. Het document is een troef in de onderhandelingen. Het moet juridisch nageplozen worden, maar het is heel hoopvol want het Britse recht kent veel aanknopingspunten in oude afspraken, verdragen en bepalingen. Het kan dus een heel serieus onderdeel van onderhandelingen worden.”
Het document bevestigt volgens Visser dat de Europese en Britse visserijen al honderden jaren met elkaar vervlochten zijn. „De Noordzee is echt een gezamenlijk beheerde en ge-exploiteerde zee. Die is geen eigendom van het ene of het andere land, de Noordzee is van ons allen. Bovendien hebben wij ook dit onderdeel van de schepping slechts te leen gekregen.”