Kerk & religie

Een Vlaamse fan van Calvijn

Terwijl de vrije noordelijke Nederlanden het calvinisme omarmden, kwamen de zuidelijke Nederlanden weer onder rooms bewind. Hoe maakt de Belgische protestantse minderheid het 500 jaar na de Reformatie? „Ik kom in gemeenten waar ze nog nooit van de vijf sola’s hebben gehoord.”

25 January 2017 19:36Gewijzigd op 16 November 2020 09:40Leestijd 9 minuten
Door de Unio Reformata wil ds. Marc Schippers het gereformeerde geluid binnen de VPKB versterken en zieltogende gemeenten nieuw leven inblazen. beeld Marc Schippers
Door de Unio Reformata wil ds. Marc Schippers het gereformeerde geluid binnen de VPKB versterken en zieltogende gemeenten nieuw leven inblazen. beeld Marc Schippers

Marc Schippers (51) oogt niet als een doorsnee calvinistische dominee. Sinds 2002 werkt hij onder zeelieden in Antwerpen, voor zowel de Verenigde Protestantse Kerk in België (VPKB) als de Sailors’ Society, de oudste zeemansmissie ter wereld. Zijn arbeid in de haven vraagt om een bijpassende outfit.

In zijn opvattingen is de geboren Vlaming overtuigd gereformeerd. Net als vrijwel alle Belgen groeide hij op in een rooms-katholiek gezin. „In mijn geval vaag rooms-katholiek.” In 1994 belandde hij op een zondag in de voormalige kloosterkerk van Antwerpen-Noord, die door koning Willem I werd toegewezen aan de protestanten. Hij ging er niet meer weg en besloot theologie te gaan studeren aan de Faculteit voor Protestantse Godgeleerdheid in Brussel, gelieerd aan de VPKB. „We spreken over het Nederlandstalige deel”, nuanceert hij. „Het Franstalige deel is een totaal andere wereld. Wat dat betreft weerspiegelt de VPKB de Belgische situatie. Het is een zeer kleine kerk en tegelijk complex in haar organisatie. Ook de kerkelijke cultuur in Wallonië is heel anders dan die in Vlaanderen.”

De voormalige verzekeringsjurist weet zich in zijn denken gestempeld door Calvijn. „Diens ”Institutie” is een monument, zowel door de theologische inhoud als de logische, bijna wiskundige opbouw. Die sluit naadloos aan bij mijn juridische manier van denken.” Het was de dagelijkse realiteit waardoor de Vlaming vragen kreeg bij de rooms-katholieke leer. „In de Rooms-Katholieke Kerk hoorde ik dat de mens ten diepste goed is, maar ik constateerde voortdurend het tegendeel. Niet alleen bij anderen, ook bij mezelf. De mens is een gevallen schepsel, valt onder het oordeel Gods en heeft de genade Gods nodig.”

Unio Reformata

Met zorg constateert hij dat die boodschap in zijn kerk steeds minder klinkt. Het bracht hem in 2015 tot de oprichting van de Unio Reformata, een stichting die tot doel heeft binnen de VPKB het klassiek reformatorische geluid te laten horen. Mede-initiatiefnemer was zijn Franstalige collega Bernard-Zoltán Schümmer van Fontaine-l’Évêque.

Schippers beseft dat de VPKB nooit een voluit gereformeerde kerk is geweest. „We vormen een paraplu waaronder alles past, dus in artikel 1 van onze Kerkorde vind je een reeks van belijdenisgeschriften. Behalve Dordt! Dat is geen toeval.” Op zondag gaat de havenpastor regelmatig voor in VPKB-gemeenten door heel Vlaanderen. Ook gemeenten van een totaal andere kleur dan de zijne. „Het aantal geordende voorgangers is bij ons beperkt, dus kerkenraden zijn al blij als er iemand komt. Vlaamse predikanten hebben we nog maar een handvol. Verreweg de meeste collega’s komen uit Nederland. We hebben ook een paar Duitsers, Hongaren, een Zuid-Afrikaan…”

Het aantal kerkgangers ligt zelden boven de vijftig. De meeste VPKB-gemeenten verenigen zowel liberale als gematigd conservatieve denkers. „Zeer behoudend kom je hier niet tegen. Het meest orthodoxe wat je je in België kunt voorstellen, is de gereformeerde gemeente van Merksem. In het protestantisme van eigen bodem zit weinig dogmatisch gehalte. Ik kom in gemeenten waar ze nog nooit van de vijf sola’s hebben gehoord.”

Familiekerkjes

Door het beperkte aantal protestanten in België zijn veel gemeenten familiekerkjes, met alle bezwaren daarvan. „Ruzie in de familie geeft meteen twist in de gemeente, en omgekeerd. Het cultuurverschil tussen Vlaamse gemeenteleden en buitenlandse voorgangers speelt ook mee. Dat wordt door Nederlandse predikanten soms onderschat. We spreken ongeveer dezelfde taal, maar de cultuur is totaal verschillend. België staat op het snijpunt van de Germaanse en de Latijnse wereld. Door onze historie zijn we bovendien wat timide en zeggen we niet snel ronduit wat we denken. Nederlanders zijn veel directer en rechtlijniger. Dat geeft gemakkelijk miscommunicatie. De VPKB is een kerk met een formele structuur, maar de informele lijnen zijn bij ons in de praktijk vaak even belangrijk.”

Hoewel hij achter de presbyteriale kerkstructuur staat, betwijfelt Schippers of die voor België zo wenselijk is. „Je hebt er een bepaalde omvang voor nodig, en mensen met enige kennis van theologie en kerkorde. Die zijn er bij ons nauwelijks. Het is heel moeilijk om lege posten in de kerkenraad gevuld te krijgen. In bepaalde gemeenten is het onderscheid tussen ouderling en diaken volledig vervaagd, en spreekt men over ”kerkenraadslid van dienst”. Vanwege deze realiteit zie ik meer in het lutherse model. We hebben per regio behoefte aan een samenbindende figuur die een pastorale rol vervult voor het predikantenkorps. De Gereformeerde Kerk van Hongarije is op die wijze georganiseerd. Het huidige model met werkgroepen, commissies, classes en synoden vraagt veel te veel tijd en energie, en is op termijn niet in stand te houden. Naar mijn mening gaan we terug naar de situatie van de Vroege Kerk. Verschillende gemeenten zullen evolueren tot huiskerk.”

Samenwerking

De rivaliteit tussen de voorheen oppermachtige Rooms-Katholieke Kerk in Vlaanderen en de versplinterde protestantse minderheid is volgens de havenpredikant uit Antwerpen vrijwel verdwenen. Niet alleen door het Tweede Vaticaans Concilie, waarmee de Rooms-Katholieke Kerk de deuren naar andere kerken opende, maar vooral door de algehele secularisatie. „De macht van de Rooms-Katholieke Kerk neemt in het Belgische landschap pijlsnel af, zeker sinds het openbaar komen van seksuele schandalen in het verleden.”

De liberale vrijdenkers in België vinden daardoor gemakkelijker gehoor voor hun opvattingen. „Nog sterker dan in Nederland hebben wij te maken met een militant atheïsme, op zowel filosofisch als politiek vlak. Dat is ontstaan door de strijd in de 19e eeuw tussen klerikalen en antiklerikalen. Vandaag de dag is de grote tegenstelling niet die tussen rooms en protestants, maar die tussen progressief en orthodox, over de denominaties heen. Hoezeer ik in mijn opvattingen ook verschil van de Rooms-Katholieke Kerk, we hebben wel een gemeenschappelijke confessionele basis in de drie vroege belijdenisgeschriften.”

Ook de historie speelt een rol in het gevoel van verbondenheid. „Protestant of niet, we zijn hier allemaal opgegroeid in een roomse cultuur. Dat blijf je met je meedragen. Ik heb nooit de behoefte gevoeld om me af te zetten tegen de Rooms-Katholieke Kerk. In het havenpastoraat doe ik veel samen met mijn roomse collega’s. Tegelijk ben ik ervan overtuigd dat structurele eenwording uitgesloten is. De Romana is gebonden aan haar traditie. Die zal ze nooit opgeven. Ik pleit voor een pragmatische samenwerking waar het kan, zonder verlies van onze eigen identiteit.”

Bron

Door de Unio Reformata wil ds. Schippers niet alleen het gereformeerde geluid binnen de VPKB versterken, maar ook zieltogende gemeenten nieuw leven inblazen. „Zie het als inwendige evangelisatie vanuit een confessionele insteek. Mensen moeten weer leren wat de oorspronkelijke identiteit van het protestantisme is. Daar willen we gestalte aan geven door studiedagen voor predikanten en andere belangstellenden.”

De reacties binnen de VPKB op het initiatief zijn divers. „Van zeer positief tot het verwijt van fundamentalisme of zelfs salafisme. Ik had niet anders verwacht. Mijn inschatting is dat 20 procent van de predikanten zich in onze doelstelling kan vinden, maar slechts een enkeling durft dat te zeggen. Je moet bereid zijn je nek uit te steken. Dat willen niet zo veel mensen, maar dat is overal, hè. De lieve vrede gaat voor.”

Met orthodoxe voorgangers uit andere kerkelijke denominaties heeft de calvinistische havenpredikant vrijwel geen contact. „Het zijn verschillende kringen, die nauwelijks mengen. De meeste predikanten hebben de handen vol aan het overeind houden van de eigen gemeente en de taken binnen hun eigen kerkverband. Belangrijk is dat gemeenten, al zijn ze nog zo klein, een sterke identiteit hebben, waardoor de leden zich inzetten voor de verspreiding van het Evangelie. Wat het Belgische protestantisme nodig heeft, is overtuiging. Daarvoor moeten we terug naar de bron. Dat is de belangrijkste doelstelling van de Unio Reformata. Je kunt het Bijbelse christendom onmogelijk verkondigen als je zelf niet weet waar je voor staat.”

serie Protestant in België

Dit is het eerste deel van een serie over protestanten in België. Vrijdag deel 2: pionier in Geraardsbergen.

Klein, verbrokkeld en complex

Het aandeel protestanten in België wordt geschat op een kleine 2 procent. Op een bevolking van 11 miljoen zielen gaat het om zo’n 190.000 personen. Het overgrote deel van de protestantse gemeenten ontstond na 1815, door zendingsactiviteiten vanuit Nederland, Engeland, Frankrijk en Zwitserland. De in 1978 gevormde Verenigde Protestantse Kerk in België (VPKB), een bundeling van een groot aantal kerkelijke stromingen, omvat 115 gemeenten: 41 in Nederlandstalig, 71 in Franstalig en 3 in Duitstalig België. Daarnaast is een aantal kerken met de VPKB ”geaffilieerd”. Op papier zijn de VPKB en de eraan verbonden partnerkerken goed voor zo’n 70.000 leden. Slechts een kleine minderheid daarvan is trouw kerkelijk.

De evangelische gemeenten, in al hun verscheidenheid, tellen samen ongeveer 110.000 leden. Het behoudendst zijn de pinkstergemeenten en de vrije evangelische gemeenten. De laatste denominatie is voortgekomen uit en verbonden aan de Belgisch Evangelische Zending. Een aantal vanuit Nederland gestichte reformatorische kerken vormde het Gereformeerd Overleg Vlaanderen (GOV). Ook de International Community Church in Gent en de Assyrische Christelijke Gemeenschap Bethel te Mechelen sloten zich daarbij aan. Een vierde belangrijke stroming binnen het Belgische protestantisme wordt gevormd door migrantenkerken, die samenkomen in woonhuizen, garages en zaaltjes.

Dankzij de Belgische grondwet wordt het salaris van een aantal voorgangers van erkende gemeenten betaald door het ministerie van Justitie. De kerkenraad is verantwoordelijk voor de inhoudelijke zaken. Het bestuur van de zogenaamde ‘kerkfabriek’ is opgedragen aan de bestuursraad van de kerkelijke gemeente, die meerjarenplannen en jaarrekeningen opstelt. Als de ontvangsten ontoereikend zijn om het onderhoud van het gebouw voor de eredienst te bekostigen, verstrekt de burgerlijke gemeente een gelimiteerde subsidie. Door dit systeem kunnen ook marginale gemeenten overeind blijven.

In 1998 ontstond naast de synode van de VPKB de federale synode van Protestantse en Evangelische Kerken in België, die het overgrote deel van de evangelische gemeenten in het land vertegenwoordigt. Ook het GOV valt onder deze synode. Op verzoek van de minister van Justitie kwam er in 2002 een orgaan voor gezamenlijke vertegenwoordiging van beide synodes bij de overheid: de Administratieve Raad voor de Protestants-Evangelische Eredienst (Arpee). Beide synoden en de Arpee houden kantoor in het Huis van het Protestantisme in Brussel. Een kleine minderheid van de protestantse gemeenten wenst volkomen onafhankelijk van de overheid te blijven.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl
Vond je dit artikel nuttig?

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer