Binnenland

Utrechtse buurt ligt niet wakker van oproep vanaf minaret

„Net zoals kerken klokken luiden, mag een moskee oproepen tot gebed.” Mensen rond de Utrechtse Ulu-moskee zijn niet negatief over de gebedsoproep die door de straten klinkt. De SGP deed vrijdag een voorstel om daaraan een eind te maken.

Van onze verslaggever
15 October 2016 09:51Gewijzigd op 16 November 2020 07:34
Ulu-moskee. beeld ANP
Ulu-moskee. beeld ANP

Twee minaretten torenen hoog uit boven de appartementen van de Kanaalstraat in de wijk Lombok, Utrecht. Het kebab­restaurant, op de benedenverdieping van de vorig jaar geopende moskee, hoort bij het straatbeeld van de multiculturele wijk.

Met enige regelmaat klinkt een gebedsoproep vanaf de minaretten. Dirkjan Kraan –christen– doet op zaterdag zijn raam dicht als de oproep begint. „Dat volume slaat nergens op, is provocerend.” Zijn bovenwoning –naast de moskee– is goed geïsoleerd. „Maar met enkel glas had ik ongetwijfeld een klacht ingediend.” Een verbod vindt hij dan weer niet oké. „Dat keert zich ook tegen de vrijheid van christenen.”

Het volume van de gebeds­oproepen verschilt volgens omwonenden per keer. Bovendien klinkt de oproep harder dan bij de vorige moskee. Dat de woorden ”Allahoe akbar” (Allah is groot) vanaf de minaret, ook worden geroepen door moslimterroristen, vinden ze geen reden voor een verbod. „Je kunt niet alle moslims over één kam scheren.”

Niet ieder is echter gecharmeerd van de gebedsoproepen. De gemeente heeft sinds de opening van de moskee zo’n tien klachten per maand gekregen, zo meldde de gemeente in juni. Toch zijn de reacties over het klagerige gezang van de oproep over het algemeen niet negatief. De gebedsoproep klinkt al 400 jaar, weet Thom Dekker, student Arabisch. „Ieder heeft recht op zijn eigen geloof”, meent ook buurtbewoner Martijn Dijksma. „Als zij god groot vinden, heb ik daar geen probleem mee.”

„Weet je waar ik wél last van heb?” vraagt Fadoua Essaidi. Ze wijst naar de Sint-Antoniuskerk aan de overkant. Collega Ylussra Elmajdoubi, ook met hoofddoek, knikt. „Ik kom uit Huizen en daar word je supervroeg wakker van het klokgelui.”

In de kledingwinkel waar ze werken, naast de moskee, is de oproep altijd hoorbaar. Handig om te weten dat het tijd is voor gebed. „Als je het vergeet, moet je het later inhalen.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer