In Urk blijft zingen de belangrijkste traditie
Urk hééft geen tradities, Urk ís traditie. Er zijn zo veel gewoonten en gebruiken dat je ze afzonderlijk amper tellen kunt. Naar tradities zoeken in Urk is hetzelfde als druppels water zoeken in de zee.
Het voormalige eiland in de Zuiderzee is altijd een eiland gebleven. Daar hebben graafmachines en zandopspuiters niets aan kunnen veranderen. De zee bij de achterdeur van Urk is al decennia land. Maar daarmee is de kloof tussen land en Urk natuurlijk niet gedempt. Want je kunt Urk wel uit het water halen, maar het water niet uit Urk.
Wie Urk nadert vanaf het oude land voelt altijd iets van verwarring. Die eindeloze akkers waarop de machines rijden die het land bewerken. Kaarsrechte sloten, duidelijk afgebakende percelen. Alles gemaakt door de mens.
En dan is daar ineens Urk. Heuvelig, hobbelig hier en daar. Kleine huisjes die dicht op elkaar staan. Als zoeken ze onderling steun. Smalle straatjes die tussen de huizen door kronkelen. Naar beneden, weer naar boven en dan maar hopen dat er na die laatste bocht geen tegenligger is.
In sommige stukken van het dorp is er een architectonische echo van een mediterraan kustplaatsje. Weelderig bloeiende bloemen, gezellige zitjes en in de verte de glanzende waterplas. Op andere plaatsen doet het dorp wat rommelig aan. En is aan het straatbeeld af te lezen dat de armoede vroeger met harde hand regeerde op het eiland.
Wie Urk doorkruist, komt steeds weer uit bij de haven of een kerkgebouw. In de haven gebeurt het doordeweeks, in de kerken op zondag. Wat die haven betreft: nergens duidelijker dan daar toont Urk wat het in huis heeft aan doorzettingskracht. Dijken, polders, droogleggingen: Urk bleef de band met het water trouw. Liet zich niet verjagen van de visgronden. En haalt tot op de dag van vandaag z’n voedsel en inkomsten niet uit de aarde maar uit de zee.
De visserschepen zijn al lang niet meer de bootjes van toen. Het zijn drijvende fabrieken geworden die, vooral als ze voor reparatie op het land worden getrokken, groter en hoger zijn dan wat ook in Urk. Zelfs hoger dan de toren van de grootste kerk.
Gul
Urk is christelijk. Urk is gereformeerd. Urk is orthodox. Het klopt allemaal. En Urk is gul. Noem ook dat gerust een traditie. Ter vergelijking: in 2008 werd er in Urk per huishouden 52,64 euro gegeven aan een goed doel. In het liberale Amsterdam was dit 0,59 euro per huishouden. Je zou je als Urker schamen dat Urk ooit, eeuwen geleden, onderdeel was van de gemeente Amsterdam.
Urk telt weinig werklozen. Urk heeft meer grotere gezinnen dan elders in Nederland. En daardoor is Urk op papier armer dan andere delen van het land. Maar percentages zijn geen harde euro’s. Ze zeggen niets over de gevuldheid van de portemonnee. Dat weten ze in Urk beter dan waar ook in Nederland.
Urkers staan met beide benen op de grond en leven toch met het water. Het is apart, maar als je op de dijk staat die Urk scheidt van het IJsselmeer kantelt er iets. Zelfs een bezoeker voelt dat, al is het bijna niet onder woorden te brengen. Is het de verstilling? Is het de ruimte, het uitzicht tot aan de horizon? Is het de lucht, de wind? Zijn het de boten die het spartelende goud aanvoeren? Of zijn het de namen op het monument van al de Urkers die op zee het leven lieten? Is het de tegenstelling misschien? Dat het water zowel akker is als kerkhof?
Psalm 90
In Urk moet je niet alles kloppend wíllen krijgen. Waarom ze in Urk nog steeds zo hechten aan het warme eten rond het middaguur? Evert Weerstand, kenner van Urk en medewerker van het Urker Museum, haalt z’n schouders op. „Veranderingen krijg je hier echt zomaar niet doorgevoerd. Een paar scholen hebben ooit dat eten tussen de middag willen veranderen omdat de middagpauze volgens hen te lang was. Ze hebben echt alles ingezet om het te veranderen. Maar ’t is niet gelukt.”
Weerstand is tot z’n pensioen werkzaam geweest in het begrafeniswezen. En ook daar zijn er tal van gewoonten en tradities. „Zo wordt aan het begin van een rouwdienst eigenlijk altijd Psalm 90 gelezen. Alleen bij meer moderne voorgangers zie je dat hier soms van wordt afgeweken.
En wat crematies betreft, die kennen we hier eigenlijk niet. Als er iemand gecremeerd wil worden dan is hij of zij bijna altijd import.”
Ook van kerken weet Weerstand veel af. Zelf is hij lid van de christelijke gereformeerde kerk, die in Urk met bijna 7000 leden het grootste kerkgenootschap is. Ooit was dat de gereformeerde kerk. Maar die heeft zowel eind jaren zeventig als rond de vorming van de Protestantse Kerk in Nederland in 2004 vele honderden leden zien vertrekken naar de christelijke gereformeerde kerk. Nu tellen de gereformeerde kerk Urk en de hervormde gemeente Urk, die allebei behoren tot de Protestantse Kerk in Nederland, samen nog een dikke 6000 leden.
Zomerzang
De gereformeerde Bethelkerk in Urk, met z’n kenmerkende galerijen, is in het hele land bekend van de massale samenzang. Want als er één traditie is die Urk, dat zo’n twintig koren telt, nimmer zal opgeven dan is het wel het zingen. In de zomermaanden vult de Bethelkerk zich acht woensdagavonden lang tot de nok met zanglustigen onder het thema ”Zingen in de zomer”. En een volle kerk is in Urk ook écht een volle kerk. Met mensen die staan langs de muur of samenklonteren in de hal omdat er nergens in de kerkzaal meer een lege stoel te vinden is.
En dan samen zingen. Niet zomaar zingen, maar zo zingen dat de wanden van het kerkgebouw er letterlijk van trillen. Een psalm, een geestelijk lied. Tussendoor iets moderners, met een piano of een ander instrument. Maar ze houden in Urk toch het meest van het zingen van de bekende liederen en gezangen, begeleid door het orgel.
De argeloze bezoeker die toevallig in Urk is en afkomt op het gezang dat letterlijk door Urk schalt, blijft staan. Hoort hoe het ene na het andere couplet wordt aangeheven. Hoort hoe het ”Glorie, glorie, halleluja” via openstaande deuren en ramen door het dorp golft. Ziet dat mensen stilstaan als in de kerk het ”Tel uw zegeningen” wordt aangeheven, waarna de organist met slechts enkele krachtige grepen op het klavier de mensenmassa meeneemt naar Psalm 84. Hoort stem en tegenstem als golven die in de branding over elkaar heen rollen.
En wat die bezoeker ook van de muziek vindt, hij krijgt altijd kippenvel. Of omdat hij het lelijk vindt, veel te massaal, niet verfijnd. Of omdat juist dat ongepolijste, dat brede en volle hem raakt.
Want Urk kent geen middelmaat. En de middenweg is in Urk eigenlijk niet begaanbaar. Is het daarom dat Urk ook altijd een uitgesproken reactie uitlokt? Je houdt van het dorp, of je rijdt er het liefst met een flinke boog omheen.
Op het zeetje
Nee, lang niet álle Urkers zitten bij de zomerzang in de Bethelkerk. Want Urk kent vele kerken en nog meer stromingen. En tussen al die groepen zijn er theologische verschillen. Van de christelijke gereformeerden rekent een flinke groep zich tot Bewaar het Pand en de hervormden in Urk noemen zich Bonders. Er is een grote oud gereformeerde gemeente, een gereformeerde gemeente, een gereformeerde gemeente in Nederland en twee hersteld hervormde gemeenten, om maar wat denominaties te noemen. En ook daar zingen ze graag. Maar dan, in ieder geval in de erediensten, wel alleen psalmen. En zéker niet zo vlug als in de Bethelkerk maar meestal ”op het zeetje”, zoals het zingen op hele noten in Urk heet.
Maar al zullen tal van Urkers vanwege theologische bezwaren nimmer een zomerzangavond bezoeken in de Bethelkerk, toch is bepaald niet uitgesloten dat ook zij met een brok in de keel luisteren als vanuit die kerk op een zomeravond het zingen van Psalm 98:3 op het zeetje uitwaaiert in tuinen en over terassen. En als de organist midden in het couplet moduleert, moeten ze meezingen. Want niets doet Urkers zich meer één voelen dan het zingen van een psalm of een geestelijk lied. En wat de discussie nimmer lukt, bewerkt het gezang soms wel: dikke en hoge kerkmuren verkruimelen zomaar tot drempels. Ook al is het maar voor héél even.
Wat de zondagen in Urk betreft, weet Weerstand nog een vaste traditie. En dat is het koffiedrinken bij familie na de kerkdienst. „Ik kende iemand die maar een paar kilometer van Urk af woonde. Maar in het weekend ging hij altijd logeren in Urk. Gewoon, om thuis te zijn. Zo voelt dat voor een Urker.”
En voor de vissers weer de zee opgaan, zeggen ze thuis nog even „genacht.” „Nee, dat is niet zomaar even welterusten zeggen. Het is meer. Als er iemand op sterven ligt, gaan mensen ook „genacht” zeggen. Afscheid nemen. Er zit in die term de lading van: als dit de laatste groet is, dan is het goed tussen ons.”
Klederdracht
Welke traditie er verdwenen is? „De klederdracht. Dat is voorbij, uitgestorven”, vertelt Weerstand, terwijl hij uitleg geeft bij de talloze poppen in klederdracht die er in het museum te vinden zijn. „De Urker dracht is trouwens altijd sober gebleven. Om een voorbeeldje te noemen: de zilveren onderdelen van de dracht zijn altijd zilver gebleven en nooit vervangen door goud. Alleen de mannen dragen gouden oorbellen. Waarschijnlijk als een soort betaalmiddel voor de begrafenis als ze op zee zouden omkomen en later zouden aanspoelen. Maar helemaal zeker weten we dat niet.”
Begin dit jaar zijn de laatste twee vrouwen die nog iedere dag in klederdracht liepen op dezelfde dag gestorven, vertelt Weerstand. „Het is niet anders. Wel zie ik onder mannen iets van een herleving. Zelf draag ik bijvoorbeeld, als ouderling in m’n gemeente, op zondagen ook weer gewoon de Urker dracht. Afgelopen zondag keek ik wat rond in de kerk en telde nog een paar mannen die de Urker dracht weer dragen.”
Rijmpjes
Wat in Urk een traditie is die niet verdwijnt, is het afdrukken van teksten, versjes en rijmpjes. Het is heel normaal dat je in zomaar een straat ineens aan de gevel van een huis een poster ziet hangen met een Bijbeltekst. „Laat u met God verzoenen”, roept een groot plakkaat op een huis vlak bij het monument voor hen die op zee bleven. En even verderop, in een rustige winkelstraat, een ernstige waarschuwing: „Wie God verlaat, heeft smart op smart te vrezen.”
In een nagebouwde vissersboot in het Urker Museum staat op de randen van de kooien: „Geen beter les en meer van kracht dan Micha 6 en wel vers 8.” En in de kombuis: „De mensch is als een schip, de wereld als de zee. De Bijbel het kompas, de hemel is de ree.”
„Dat zegt veel over hoe Urkers het leven zien. Ook nu nog”, knikt Weerstand instemmend.