Moordend gaat hij rond. Koelbloedig schiet Anders Behring Breivik (36) op 22 juli 2011, vandaag vier jaar geleden, tientallen Noorse tieners van de socialistische Arbeiderspartij dood.
Vertel ons wat je weet. Er zijn vandaag veel onschuldige levens verloren gegaan, zegt een politieondervrager op 22 juli 2011 op het Noorse eiland Utoya. De vraag is gericht aan Anders Breivik, die net is gearresteerd. In de uren daarvoor heeft de Noor dood en verderf op dood en verderf gezaaid.
„Ik zou hen niet bepaald onschuldig willen noemen”, reageert de terrorist op de politievraag. „Dit zijn extreme marxisten. Marxistengebroed. Dit is de Arbeiderparti (Arbeiderspartij, vergelijkbaar met de PvdA in Nederland, JV), dit is de jeugdbeweging van de partij. Zij hebben de macht in Noorwegen. Zij hebben voor de islamisering van Noorwegen gezorgd (…) Ik wil geen islam in Europa, en mijn medepartizanen zijn het met me eens. Wij vinden dat Europa en Noorwegen het waard zijn om voor te vechten, we willen niet dat het met Oslo net zo afloopt als met Marseille, waar de moslims sinds 2010 in de meerderheid zijn. We willen voor Oslo vechten.”
Tijdens het politieverhoor klaagt Breivik over een schrammetje op zijn vinger. „Ik moet verbonden worden. Ik heb al veel bloed verloren.” Als er een pleister op Breiviks vinger wordt geplakt, vraagt de Noor zich hardop af hoe hij het wondje heeft opgelopen. Hij herinnert zich dat iets zijn vinger raakte toen hij iemand van dichtbij door het hoofd schoot. Dat moet een stukje van de schedel geweest zijn, legt hij de politiemannen uit.
Het verhoor van Breivik op het eilandje en zijn geklaag over het wondje staan beschreven in ”Een van ons” van de Noorse schrijfster en journaliste Asne Seierstad (45). Het trefzeker geschreven boek geeft een intrigerend en beklemmend portret van Breivik. Ook zijn de levens en de laatste dagen van sommige jeugdige slachtoffers beschreven. Aangrijpend.
Anders Breivik. Zijn naam staat in het Noorse geheugen gegrift. Vorige week nog haalde de massamoordenaar het nieuws, toen bleek dat hij is toegelaten tot de universiteit van Oslo. Vanuit zijn cel gaat hij politieke wetenschappen studeren.
Hartje zomer 2011 wordt het bergland opgeschrikt door terreuraanslagen. Op vrijdagmiddag 22 juli laat Breivik in het regeringscentrum van Oslo een zelfgemaakte, 900 kilo zware bom exploderen. Er vallen acht doden. Vermomd als politieagent zet hij zijn dodelijke expeditie voort op het eilandje Utoya, zo’n 40 kilometer verderop. Daar zijn jongeren van de Arbeiderspartij bijeen. De geoefende schutter vermoordt 69 mensen, veelal tieners. Met zijn lang van tevoren beraamde terreuracties wil Breivik strijden tegen onder meer de „islamisering” van Noorwegen. Die zou te wijten zijn aan de linkse, „marxistische” Arbeiderspartij.
Gebroken gezin
Wie is de man die Noorwegen schokte? Anders Behring Breivik groeit op in een gebroken gezin. Zijn vader Jens Breivik is diplomaat, zijn moeder Wenche hulpverpleegkundige. Het stel verhuist naar Londen, maar gaat na een halfjaar al uit elkaar. „Ze dacht dat hij alleen maar een echtgenote had voor een smetteloze façade en een stofvrij huis (…). Zij vond dat hij zich aan haar opdrong. Hij vond dat ze er nauwelijks voor hem was, afwezig. Eén keer zei hij dat ze hem gebruikte, dat ze alleen uit eigenbelang met hem was getrouwd”, noteert schrijfster Asne Seierstad.
In Oslo zit moeder Wenche min of meer met de jonge Anders en diens stiefzusje Elisabeth in de maag. De moeder „maakte een erg depressieve indruk. Ze speelde met de gedachte om de kinderen gewoon in de steek te laten en hen over te laten aan de gemeenschap om haar eigen leven te kunnen leiden”, noteerde een gezondheidscentrum in de Noorse hoofdstad.
In 1983, Anders is 4 jaar, belandt het probleemgezin in een behandelcentrum van het Rijksinstituut voor kinder- en jeugdpsychiatrie. Een psychiater schetst een zorgwekkend beeld van de jongen. „Anders vraagt opvallend weinig aandacht. Hij is voorzichtig, beheerst, zeurt weinig, is extreem netjes en schoon, wordt onzeker als alles niet keurig in orde is. (…) Hij doet mechanisch mee aan activiteiten, zonder veel plezier of zin. Ziet er vaak triest uit. Heeft moeite om zijn gevoelens te uiten, maar als er eenmaal een reactie komt, is die opvallend fel.”
Moeder Wenche is niet bepaald stabiel, vinden de deskundigen. „Haar gedrag tegenover Anders kon heel snel veranderen. Ze was het ene moment lief en aardig, om het volgende moment als een blad aan de boom om te slaan en agressief tegen hem te schreeuwen.” Haar afwijzing kon heel wreed zijn. De deskundigen hadden haar tegen haar zoon horen roepen: „Ik wou dat je dood was!” Anders ziet zijn vader jarenlang niet.
Auteur Seierstad interviewde Wenche in 2013, vlak voordat de moeder van Anders stierf. Wenche zei dat ze was tekortgeschoten in de opvoeding. De vrouw zei zelf onder „zware omstandigheden” te zijn opgegroeid. „We leefden in armoedige omstandigheden. Loodzware omstandigheden. Ik moest voor mijn moeder zorgen.”
Graffiti
In zijn tienerjaren raakt Breivik verslingerd aan hiphop en graffitispuiten. ”Morg” is zijn graffitinaam. Vernoemd naar een beul uit een strip. Op 14-jarige leeftijd neemt hij samen met twee kornuiten de boot naar Denemarken, waar de spuitbussen een stuk goedkoper zijn. De jongens komen met bijna 300 bussen terug. Op zijn kamer markeert hij op een plattegrond plekken in Oslo waar hij op muren zijn handtekening wil zetten.
Anders is ambitieus. „Hoe kan ik een grote (beroemde graffitispuiter, JV) worden?” vraagt hij een klasgenoot. „Je moet denk ik gewoon overal taggen (graffiti aanbrengen) waar mensen het zien”, zegt zijn klasgenoot, wijzend naar de juwelier aan de overkant van een druk kruispunt. Anders antwoordt niet, maar loopt regelrecht naar de juwelierszaak met zijn witte, marmeren muren. Hij haalt een stift tevoorschijn en schrijft zijn naam over de hele breedte van de muur. Met opgeheven hoofd wandelt hij bedaard weg. Zijn klasgenoot is onder de indruk. Anders is nergens bang voor, denkt hij.
Make-up
Een ijdele man is Breivik. „Hij dofte zich op, gebruikte make-up en smeerde met vitamines verrijkte verzorgingsproducten in zijn haar. Hij bracht veel tijd door voor de spiegel”, schrijft Seierstad. Anders laat zich aan zijn neus opereren, omdat die hem niet aanstaat.
Breivik wil rijk worden. Hij werkt als telemarketeer. Zijn reclamebedrijfje is geen lang leven beschoren. Dubieus is zijn firmaatje dat handelt in nepdiploma’s.
Breivik ligt niet goed bij de vrouwen, en zij liggen niet goed bij hem, schrijft Seierstad. Tegen vrienden zegt Anders dat Noorse meisjes te geëmancipeerd zijn en nooit goede huisvrouwen zullen worden. Tot verbazing van zijn vrienden gaat hij eind 2004 aan het daten op een Oekraïense datingsite. Hij krijgt contact met de Wit-Russische Natascha, reist naar Minsk en haalt de vrouw naar Oslo. Maar de relatie houdt niet lang stand. Breivik ontkent tegenover een vriend dat hij homo is.
Vrijmetselaars
Via een ver familielid raakt de Noor op 27-jarige leeftijd betrokken bij de vrijmetselaars in Oslo. In de praktijk blijkt hij weinig van de bijeenkomsten van het besloten genootschap te bezoeken.
Op 27-jarige leeftijd gaat Breivik weer bij zijn moeder Wenche wonen. In die tijd raakt hij geïsoleerd. „Het leven is een eeuwige poging om rijk te worden. Ik heb er geen zin meer in”, sombert hij tegen een vriend.
Breivik zoekt zijn toevlucht op internet. Jarenlang doet hij fanatiek mee aan de game World of Warcraft, een veel beoefend internetspel vol krijgers en monsters. Soms zit hij zeventien uur per dag achter zijn computer. Hij groeit uit tot een geduchte speler met een leidende rol. „Hij, die zo fanatiek bezig was geweest met zijn uiterlijk, zat nu vies en verslonsd op zijn kamer”, schrijft de auteur.
Als jongvolwassene raakt Breivik politiek geïnteresseerd. Hij wordt lid van de populistische islamkritische Fremskrittsparti (Vooruitgangspartij), maar slaag er niet in een plaats op een lijst te krijgen.
Aanvankelijk is zijn toon over moslims gematigd. Op internet schrijft hij: „Het is belangrijk om erop te wijzen dat de islam een prima godsdienst is (net als het christendom) en dat moslims over het algemeen prima mensen zijn (net als christenen).”
Later slaat hij een totaal andere toon aan. In de zomer van 2003 voorspelt hij een burgeroorlog wanneer de moslims een meerderheid krijgen in Noorwegen. De islamisering in het Westen neemt volgens hem angstaanjagende vormen aan. „De moslims zullen de macht in Europa overnemen omdat ze zo erg veel kinderen krijgen”, vertelt Breivik in de zomer van 2008 aan vrienden. „Ze doen alsof ze zich aanpassen, maar binnenkort zijn ze in de meerderheid.” De Arbeiderspartij is wat Breivik betreft de kwade genius; die heeft het land kapotgemaakt.
Breivik raakt in de ban van islamcritici die zich op internet roeren. Zo is hij fan van de Amerikaanse Pamela Geller. Zij is geestverwant van PVV-leider Wilders. Geller en Wilders waren in mei dit jaar beiden op een bijeenkomst in Texas waar Mohammedcartoons werden getoond. Twee mannen openden het vuur op het gebouw waar de expositie werd gehouden. Het duo werd doodgeschoten.
Glimlach
Rond zijn dertigste is Breivik bezig met een boek, dat hij digitaal wil verspreiden. Het geschrift krijgt de titel ”2083 – A European Declaration of Independence” (Een Europese verklaring van onafhankelijkheid). Breivik ziet zichzelf als tempelridder van het Noorse oervolk, verzetsstrijder, patriot. Hij wil moslims deporteren.
Zijn boek gaat over „conservatisme. Over de kruisvaarders, de slag bij Wenen in 1683”, laat hij het familielid weten dat hem introduceerde bij de vrijmetselaars. De slag bij Wenen wordt gezien als een poging van de islam om in Europa door te dringen. De Turken werden teruggedrongen.
Breivik, die voor zijn boek tal van stukken van anderen kopieert, keert zich tegen „cultuurmarxisme”, de islam, het multiculturisme, het feminisme. „We zien helaas dat meerdere Europese landen de vrije distributie van de anticonceptiepil toestaan en betalen, in combinatie met een liberale abortuswetgeving. De man wordt heden ten dage geacht een gevoelige ondersoort te zijn die buigt voor de radicale feministische agenda.”
Breivik geeft trucs om „verraders te vermoorden.” „Verberg een mes achter een glimlach. Val de vijand aan waar hij dat het minst verwacht. Maak geluid in het oosten, sla toe in het westen.”
Voordat je een terreuractie pleegt, moet je een fotoserie maken van jezelf. Ga op de zonnebank, knip je haar, neem een visagiste in de arm, adviseert Breivik. „Ja, dat klinkt nichterig voor grote gevaarlijke krijgers zoals wij, maar we moeten er op foto’s op ons best uitzien”, schrijft hij.
Spinnen
Het is Breivik menens. Hij tikt een afgelegen boerderij op de kop, bestelt honderden kilo’s kunstmest, grondstof voor een bom. Dag in, dag uit is hij in de weer met chemicaliën voor de bom. „Het stinkt naar een verse eierscheet”, beschrijft Breivik in zijn logboek de chemische geuren die op de boerderij hangen. Hij ergert zich aan de spinnen. Af en toe gaat hij uit eten, om zichzelf te verwennen. Hij gebruikt pepmiddelen. „Ik vraag me af of er speciale agressiepillen op de markt zijn. Die zouden extreem nuttig zijn bij militaire operaties (…). Dan zou je voor twee uur in een bovenmenselijk eenmansleger veranderen!” schrijft hij.
Breivik mag dan pleiten voor een terugkeer naar conservatieve waarden, voor zichzelf is hij niet zo streng in de leer. Hij beschrijft dat hij vlak voor zijn terreuracties „in gezelschap van twee topmodel-hoeren” wil zijn.
Op 22 juli voert Breivik zijn misdadige terreuracties uit. Doortrapte terreurdaden. „Hebben jullie hem gezien?” vraagt de zwaarbewapenende Breivik een groepje doodsbange tieners dat zich heeft verstopt op het eiland Utoya. Daarmee veinst Breivik dat hij een politieman is die op zoek is naar de schutter. Vervolgens maait hij de jongeren neer. In 2012 krijgt hij de in Noorwegen maximale straf: 21 jaar cel. Die straf kan verlengd worden.
Militante christen
Breivik pleitte voor de christelijke traditie. Hoe christelijk was hij? Van kerkgang blijkt uit het boek niets. „Ik ben een militante christen, en niet erg religieus”, antwoordt Breivik op een vraag van een advocaat. „Ik geloof in God. Ik ben een beetje religieus, maar niet zó religieus.”
Was Breivik ernstig gestoord of was hij een politiek gemotiveerde terrorist? Een reeks aan gedragswetenschappers kwam tijdens de rechtszaak niet met een eenduidig antwoord. „Ik zag geen monster, ik zag een intens eenzame man. Intens eenzaam”, vertelde een psychiater. Uiteindelijk achtte de rechter de massamoordenaar toerekeningsvatbaar.
Voor haar indringende, beklemmende boek volgde Seierstad de rechtszaak tegen Breivik en voerde ze gesprekken met tal van betrokkenen. Tot een interview met de massamoordenaar zelf kwam het niet. Breivik liet de schrijfster onder meer weten: „In mijn ogen zijn mensen als jij gevaarlijke roofdieren, waar ik me instinctief verre van hou.”
„Nu gaan we er allemaal aan”
„Margrethe zat ineengedoken op de richel en staarde strak naar één plek. Naar de steen. Ze voelde niets, geen verdriet, geen angst. Simon is dood, nu gaan we er weldra allemaal aan, dacht ze. De mensen die schoten, die maar bleven schieten, zouden terugkomen en hen allemaal vermoorden. De schoten klonken zo regelmatig, zo hard. Margrethe had de wil om te leven verloren, het kon haar niet schelen of ze uit het zicht zat of niet, ze had het leven opgegeven. Ze was hier boven op de richel versteend. Haar telefoon lichtte voortdurend op. Pappa, stond er op de display, maar ze nam niet op.”
Citaat uit ”Een van ons”, over een meisje dat de moordpartij op het eiland Utoya overleefde.
Politie stapelt fout op fout
Als de Noorse terrorist Anders Breivik op 22 juli 2011 zijn bom laat ontploffen in het regeringscentrum, reageert de politie niet bijster adequaat, blijkt uit het boek ”Een van ons”. Zo blijft een briefje met een cruciale tip enige tijd ongelezen en wordt er gedraald om nationaal alarm te slaan. Een team van speciale eenheden verzamelt zich op een ongunstige plek voor de oversteek naar het eiland Utoya. Er is geklungel rond het verkrijgen van een boot. Op het water valt een politieboot met tien zwaarbewapende manschappen uit. Een politiehelikopter wordt niet ingezet. Een piloot die zich meldt, krijgt te horen dat men hem niet nodig heeft.