Binnenland

Amersfoort zet klimaat op de agenda

Amersfoort maakt serieus werk van de aanpak van wateroverlast en extreme zomerse hitte. Wethouder Tigelaar tekende daarvoor onlangs de ”Klimaatagenda Water Amersfoort 2015-2020”.

Bart van den Dikkenberg

26 February 2015 09:04Gewijzigd op 15 November 2020 16:57
beeld ANP
beeld ANP

De stad kampt geregeld met wateroverlast door extreme regenval, licht Tigelaar toe. „Door de klimaatverandering zullen we daarmee vaker te maken krijgen. Onze riolen zijn namelijk niet berekend op het verwerken van 100 millimeter regenwater per uur, zoals afgelopen zomer.”

Met verschillende maatregelen uit de klimaatagenda wil Amersfoort de wateroverlast tegengaan. Zo wil de stad een watercompensatiefonds in het leven roepen. Daaruit worden maatregelen betaald om regenwater op te vangen en op te slaan. „De regenwaterafvoer wordt in nieuwbouwwijken niet meer aangesloten op het riool, maar rechtstreeks op het oppervlaktewater of geïnfiltreerd in de bodem. Projectontwikkelaars zijn verplicht om daar te zorgen voor onder- of bovengrondse berging van overtollig regenwater”, legt Tigelaar uit.

„Bij kleinschalige bouwprojecten van enkele woningen zou waterberging erg duur uitpakken. Daarom kunnen projectontwikkelaars geld in een fonds storten waaruit deze maatregelen worden betaald. De huizen worden daardoor niet duurder, maar omdat de maatregelen worden genomen op de plaatsen waar ze het zinvolst zijn, heeft de burger tijdens hevige regenbuien minder kans op wateroverlast.”

Met geld uit het fonds zijn bijvoorbeeld Bloeidaal en Schammer, twee natuurgebieden aan de rand van de stad, aangelegd als waterberging, aldus Paul Camps, adviseur milieu bij de gemeente. „We hebben er met beide waterbergingen ook twee recreatiegebieden bij gekregen voor mensen uit de stad. Bovendien is de zogeheten blauw-groene structuur van de stad versterkt: er is meer groen en water in de stad gebracht.”

Daarnaast is de gemeente de ”Operatie Steenbreek” gestart. „We roepen inwoners ertoe op hun tuintjes niet volledig te bestraten, maar meer groen aan te leggen. Dan komt ook het klimaat in de achtertuin ten goede”, vervolgt Camps.

Wat Tigelaar betreft is Operatie Steenbreek vooral een kwestie van bewustwording. „Mensen moeten het belang inzien van minder steen in de tuin. Na afgelopen zomer hoef ik in sommige wijken echt niet meer uit te leggen waarom de huizen blank stonden na een extreme regenbui.”

Zoals veel steden kampt ook Amersfoort op warme zomerdagen met stedelijke hittestress. Uit onderzoek van de Wageningen Universiteit bleek dat het centrum en het Soesterkwartier in Amersfoort ’s nachts het minst afkoelen. „Van vrijwilligers van de Waterlijn die rondvaarten door de binnenstad verzorgen, horen we dat de warmte in de stad langer blijft hangen dan in het buitengebied”, reageert Tigelaar.

Om de gevolgen van klimaatverandering in kaart te brengen, doen inwoners van Amersfoort mee met het project ”Meet je stad!”. Ze voeren drie jaar lang metingen uit in hun omgeving en doen onderzoek naar de gevolgen en de beleving van klimaatverandering in hun wijk. Camps: „Uit die metingen blijkt dat bedrijventerreinen met grote dakoppervlakken veel warmte produceren. Groene daken met sedumbeplanting en verticaal groen, zoals klimop, zouden hier een oplossing kunnen zijn. In de bebouwde omgeving hebben groene tuintjes ook een temperatuurverlagend effect.”

Tigelaar: „Veel oplossingen voor het hitteprobleem zijn echter dezelfde als die voor wateroverlast: groen in de straat heeft ook een dempend effect op de zomerse temperatuur. En dat is prettig, want voor het tegengaan van wateroverlast krijgen we de handen sneller op elkaar dan voor hittebestrijding: hoeveel dagen per jaar is het nou echt warm, is dan vaak de reactie.”

De Amersfoortse plannen moeten een ”klimaatadaptieve stad” opleveren, een van de hoofdonderwerpen uit het Deltaprogramma. Tigelaar: „We hebben er geen apart budget voor, maar we proberen ze in lopende projecten in te passen. Als er bijvoorbeeld een riool moet worden vervangen, kijken we nadrukkelijk naar het afkoppelen van de regenwaterafvoer.”

Inwoners worden ook steeds actiever. Ze willen samen met de overheid aan de slag, weet Camps. „Onlangs op een bijeenkomst over de stedelijke groenvisie kwam er zomaar honderd man opdraven. Dat is veel. Ik denk dat het thema klimaatadaptatie bij steeds meer mensen tussen de oren is geland.”

Dit is het laatste deel in een serie over het Deltaprogramma.


„Soms stromen riviertjes de Wageningse Berg af”

De gemeente Wageningen houdt bij nieuwbouw al volop rekening met de klimaatverandering. „In nieuwbouwwijk Kortenoord hebben we de regenwaterafvoer niet meer aangesloten op het riool. Regenwater zakt de grond in of spoelt naar oppervlaktewater, zoals sloten en vijvers”, aldus wethouder Ter Maat. Intense regenbuien belasten hierdoor het rioolstelsel niet meer.

Heftige regenbuien zorgen in het stadscentrum nog wel voor andere problemen. „Wageningen kent een hoog- en een laaggelegen deel. Het water stroomt hier van de berg af. Soms lopen er kleine riviertjes naar beneden; onder aan de Wageningse Berg drijven de vuilcontainers door de straten”, legt de wethouder uit. Met een twinkeling in zijn ogen: „Ik vind dat ook wel wat hebben.”

Een ander probleem in de stad is de zomerse hitte. In Wageningen is het op een doorsnee dag 2,4 graden warmer dan buiten de stad, een gemiddelde score. Uit onderzoek van Gert-Jan Steeneveld van Wageningen University blijkt dat vooral stedelijk groen helpt tegen dit zogeheten warmte-eilandeffect, meer nog dan waterpartijen. Ter Maat: „Vergeleken met andere steden heeft Wageningen minder stedelijk groen, maar wel een groot groen buitengebied.”


Zwolle gebruikt de ‘rivier’ onder de stad

Zwolle –tussen de Vecht en de IJssel– gaat werk maken van de derde rivier. „Die stroomt altijd, is altijd aanwezig. Hij valt nooit droog en overstroomt nooit. En bijna niemand merkt daar iets van”, schrijven de auteurs van de studie ”De derde rivier”. Het gaat hen om het grondwater onder de stad, dat uitstekend overtollig water kan opnemen. Met het koude grondwater wil de stad ’s zomers oppervlaktewater in de stad afkoelen om algenbloei te voorkomen.

De stad is al jaren bezig om de regenwaterafvoer af te koppelen van het riool. Al vanaf 1997 moeten woningen en straten in nieuwbouwwijken een voorziening hebben waarmee regenwater kan infiltreren in de ondergrond. De grondwaterstroom beweegt vervolgens traag in de richting van de nabijgelegen Millingerplas of ander oppervlaktewater. Piekafvoeren en overbelaste gemalen zijn daarmee verleden tijd.

In de toekomstige nieuwbouwwijk Breezicht gaat Zwolle nog verder. De woningen zullen er tientallen centimeters hoger komen te liggen dan het straatniveau. Via wadi’s, die tijdelijk onder water mogen staan, zal het regenwater via rietvelden kunnen wegstromen naar de Millingerplas. Infiltratievoorzieningen zijn dan niet meer nodig. Bovendien dragen de wadi’s bij aan meer groen in de wijk.


Warmte uit het riool

Amersfoort wil gebruik gaan maken van zogeheten riothermie, energie uit rioolwater. „Daarin zit warmte, die anders ongebruikt verloren zou gaan”, aldus wethouder Tigelaar.

De ondergrond van Amersfoort bestaat uit zand, waarop relatief eenvoudig een warmte-koude-installatie kan worden aangelegd, aldus Paul Camps, adviseur milieu van de stad. „Riothermie kan daar een goede aanvulling op zijn. Amersfoort beschikt over een overvloed aan rioolwater, ook het rioolwater dat uit Leusden en Bunschoten-Spakenburg afkomstig is, stroomt naar de waterzuivering in Amersfoort. Met warmtewisselaars is die warmte er prima uit te halen.”

Samen met het waterschap Vallei en Veluwe heeft de gemeente Amersfoort een kaart opgesteld waar riothermie kan worden toegepast. Camps: „Het betreft vrij nieuwe techniek. In Raalte (Noord-Brabant) is al een zwembad dat het zwemwater ermee verwarmt.”


Bejaarden gaan blauwalg te lijf

Als in de zomer het oppervlaktewater opwarmt, is een blauwalgplaag niet ver weg. „Boven de 30 graden Celsius is de kans op blauwalg reëel”, weet wethouder Tigelaar van Amersfoort. De alg stinkt en is giftig, waardoor recreatie niet meer mogelijk is.

Een van de initiatieven om daar iets aan te doen, komt van het St. Pieters en Blokland Gasthuis, een verzorgingstehuis in de wijk Vathorst, aldus Paul Camps, adviseur milieu. „Het tehuis beschikt over warmte-koudetechniek en gebruikt het nabijgelegen oppervlaktewater als energiebron. Een gemaal dat het waterpeil regelt, levert ook warm oppervlaktewater aan het verzorgingstehuis. Nadat daar met warmtepompen energie uit is gehaald, stroomt het afgekoelde water weer terug in het oppervlaktewater. Dat levert twee voordelen op: in het afgekoelde water zit meer zuurstof –dat is goed voor het waterleven– en blauwalg en botulisme krijgen minder kans.”

Meer over
Deltaprogramma

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer