Het wapen waarmee de verdachte liep te zwaaien in de NOS-studio, was een nepvuurwapen, dat niet van echt was te onderscheiden. Dat heeft de politie donderdagavond gezegd.
De verdachte, een 19-jarige jongen uit Pijnacker, was geen bekende van de politie. Het huis van de verdachte in Pijnacker en dat van zijn vader in Nootdorp is doorzocht.
Gekleed in een zwart pak en stropdas stak de jongen, een 19-jarige student uit Pijnacker, een warrig verhaal af over een „hackerscollectief” waar hij lid van zou zijn en over informatie van „de inlichtingendiensten” die hij naar buiten wilde brengen. Hij zit inmiddels vast op het politiebureau van Hilversum. Van zijn verhaal lijkt weinig waar te zijn.
Minister Ivo Opstelten (Veiligheid en Justitie) zei dat zijn actie op een eenmansactie lijkt. De man is geen bekende van de politie. De politie onderzoekt de zaak. Volgens de politie was het wapen niet van echt te onderscheiden.
De man eiste zendtijd in het Journaal. Die kreeg hij uiteindelijk, maar niet in de vorm die hij voor ogen had: nadat een team van de politie de studio was binnengevallen, zond de NOS beelden uit van de momenten daarvoor. Daarop was te zien hoe hij met zijn (namaak-)pistool met geluiddemper door de studio ijsbeerde en sprak met de bewaker. Al met al duurde de actie ongeveer tien minuten. Toen werd hij in luttele seconden door politiemensen tegen de grond gewerkt.
„Schokkend dat er opeens iemand in de studio staat die iets eist”, reageerde hoofdredacteur van NOS Nieuws Marcel Gelauff. „Ik weet niet precies hoe het heeft kunnen gebeuren. Het gebouw is zeker beveiligd op allerlei manieren, met pasjes en sluizen. Maar het is moeilijk om iemand tegen te houden die een wapen heeft.”
Burgemeester Pieter Broertjes dat „het politieoptreden adequaat was, maar de beveiliging niet, anders had dit niet kunnen gebeuren”. De beveiliging van Hilversum en de media in de gemeente zal onderwerp van gesprek zijn: „We moeten in vrijheid als journalisten ons werk kunnen doen maar Hilversum kan geen bunker worden”, aldus Broertjes.
De verdachte had een brief bij zich waarin hij stelde dat hij „niet in zijn eentje” was. „Er zijn er nog vijf, plus 98 hackers die klaar zijn voor een cyberaanval. Bovendien zijn er in dit land acht zware explosieven geplaatst die radioactief materiaal bevatten. Als u mij niet naar studio 8 brengt om een uitzending over te nemen, dan zijn wij genoodzaakt tot actie over te gaan.” Internetdeskundigen Brenno de Winter en Danny Mekic’ zeiden allebei het onwaarschijnlijk te vinden dat deze man een hacker zou zijn.
Het gebouw van de NOS was kort nadat de man naar binnen was gekomen al ontruimd. Iedereen bleef ongedeerd.