Oude glorie naamgever Kranenburg hersteld
KRANENBURG. Drie landschapsstichtingen organiseren de verkiezing van het Gelders Boerenerf van het Jaar 2014. Uit vijf geselecteerde erven koos hun achterban eerder dit jaar een top drie. Een vakjury maakt zaterdag de winnaar bekend. Vandaag nummer 1: landgoed De Kranenburg in Kranenburg, in de Achterhoek.
„In 1997 kochten we de boerderij”, vertelt Reneé de Fraîture (58) aan het begin van de rondleiding. „We wilden groter wonen”, vult haar man, Albert-Jan Lubbers (60), aan. En meer ruimte geven aan zijn paardenfokkerij. Zeven paarden grazen in de verte, op het 11 hectare grote landgoed.
In het eerste decennium verdwenen alle bouwvallen van het erf. Ook de uit 1840 stammende stal en het achterhuis ging tegen de vlakte, om weer te worden opgebouwd. Zo ecologisch mogelijk, helemaal volgens de principes van het echtpaar.
Daarmee scoren de twee vast bij de vakjury. Die eist dat later toegevoegde gebouwen op een passende manier zijn uitgevoerd.
Het is de vraag of dat ook het geval is voor het in 2002 verrezen bijgebouw. Dat herbergt een bed and breakfast, vergaderlokaliteit, kasje en garage. De nok ervan is hoog. De Fraîture deelt wat kastomaatjes uit. „Je proeft de tomatensmaak heel lang”, zegt ze.
De halfopen paardenstal is stukken minder dominant. „Het is de bedoeling dat de paarden gezond contact met de buitenlucht houden”, aldus Lubbers.
Leemtechnieken
In 2004 werd het oude achterhuis ontmanteld. De liggende balken werden hergebruikt in de opbouw van ”de stal”, het woongedeelte van de Kranenburgers. De Fraîture: „Verschillende specialisten hebben diverse leemtechnieken gebruikt om de wanden te egaliseren en de centrale houtkachel te bekleden.” De kachel werkt zo goed dat het paar de in de muren verwerkte verwarming niet hoeft aan te spreken.
Ook dát is een beoordelingscriterium voor de jury: of de latere wijzigingen „vernieuwend te noemen zijn.” Vernieuwend is in elk geval dat jaarlijks in de woonkamer een theatervoorstelling plaatsheeft voor dorpsgenoten.
De (herbouwde) woonboerderij is de blikvanger op het erf. Een rieten dak vormt de top van het statige bouwsel. Rond de hoeve ligt een grindbak. „Het grind vangt het water op, dat via drainage verder wordt gevoerd”, aldus de enthousiaste boerin.
Ook de historie is belangrijk voor het echtpaar. De Fraîture, trots: „Het landgoed is de naamgever van het dorp dat aan de andere kant van de spoorlijn ligt. In de boerderij was in de tijd van de gereformeerde overheid een katholieke schuilkerk gevestigd.” In de keuken, gevestigd in de voormalige opkamer, toont ze een kopie van een 19e-eeuwse kadasterkaart. Op de plek van de hofstede staat ”De Cranenburg. R.C. Kerk”.
Niet dichtgroeien
Het dorpje Kranenburg is goed te zien tussen de enkele bomen die de nabijgelegen spoorlijn omzomen. „We willen niet dichtgroeien, al hadden we als landgoed de verplichting een derde van onze 11 hectare te beplanten. We hebben inderdaad 2 hectare bos aangeplant. Daarnaast hebben we diverse singels aangelegd langs spoorlijn en wegen. Maar die bosjes bij de paardenstal worden binnenkort gekortwiekt.”
Beplanting is er wel ten zuidwesten van de hoeve. Daar staan diverse uitzonderlijke hoogstamappelbomen, die zo voor het nageslacht worden bewaard. „We hebben regelmatig deskundigen over het erf voor het onderhoud van deze soorten.”
Bijzonder is ook het feit dat er een linde staat bij het voorhuis, vanouds het domein van de boerin, en een eik bij het achterhuis. De Fraîture: „De linde staat voor vrouwelijkheid en vruchtbaarheid, de eik voor mannelijkheid en kracht. Deze boom hebben we in 2002 van de buurt gekregen voor ons huwelijk.”
Leuk detail is de enige nog niet opgeknapte schuur op het erf. Het glas is uit de sponningen. In de oude boerenstal hangt een mysterieuze sfeer. „Hier is menig zwaluwnestje uitgebroed. Misschien pakken we de schuur nog eens aan.”