Ophef over uitspraken kardinaal Eijk merkwaardig
Er is niets nieuws gezegd door dr. Eijk, reageert Hans ten Klooster op alle ophef die is ontstaan na uitspraken van de kardinaal.
De uitspraken van kardinaal Eijk over de leer en de vervloekingen van het rooms-katholieke concilie van Trente (RD 16-1) riepen afgelopen week heftige reacties op, men name vanuit protestantse hoek. Dat is opmerkelijk; protestanten die de Rooms-Katholieke Kerk kennen, zouden beter moeten weten.
Met prof. dr. W. van ’t Spijker (RD 20-1) ben ik erg verbaasd over de ophef rond de uitspraken van kardinaal Eijk. In zijn boek ”Rome omsloten door de Traditie” (2010) komt dr. ir. J. van der Graaf tot dezelfde conclusie als prof. Van ‘t Spijker: „Rome is op veel punten veranderd, maar op beslissende punten niet. Omdat de officiële leer, vanwege de waarde die aan de Traditie wordt toegekend, onveranderlijk is!”
Dat is ook de uitkomst van een briefwisseling tussen bisschop dr. G. de Korte en dr. W. Ouweneel (”Rome en Reformatie” (2010)). Zij geven terecht aan dat het niet heilzaam is de verschillen te verdoezelen als het gaat om vragen inzake de kerk, de ambten en de sacramenten.
Concilie
Het decreet (officiële document) van het tweede Vaticaans concilie over de rooms-katholieke deelneming aan de oecumenische beweging biedt duidelijkheid over de positie van de Rooms-Katholieke Kerk. In dit document uit 1964 staat helder verwoord dat vanuit de Rooms-Katholieke Kerk bezien de leer vaststaat. Van daaruit streeft de Rooms-Katholieke Kerk naar eenheid binnen haar eigen muren, met de paus als het hoofd van de kerk. Willen andere kerken één worden met de Rooms-Katholieke Kerk, dan moeten ze worden ingelijfd.
Dat de uitspraken van Eijk niet vreemd zijn, blijkt ten slotte ook uit het simpele feit dat er nooit één uitspraak van het concilie van Trente is herroepen.
Kortom, met prof. Van ’t Spijker ben ik van mening dat niet alleen Trente, maar ook het tweede Vaticaans concilie duidelijkheid heeft verschaft over de positie van Rome. Los van wat we daarvan vinden, is er dus niets nieuws gezegd door kardinaal Eijk. Laten we daarom niet doen alsof de verschillen er niet meer zijn, laat staan dat deze achterhaald zijn.
Werfkracht
Waar nog opvallend weinig reactie op gekomen is, is het trieste feit waarvan kardinaal Eijk ook melding maakt: 1000 van de 1600 rooms-katholieke kerken sluiten de komende tien jaar de deuren. Een aangrijpende werkelijkheid. Wie geen vreemde is in kerkelijk Nederland weet dat het een beweging is die niet alleen de kerk van Rome treft, maar ook de kerken van de Reformatie. De leegloop van kerken in wat vroeger ”het Israël van het Westen” werd genoemd, lijkt niet te stoppen.
Naar mijn stellige overtuiging is streven naar oecumene niet de oplossing voor ontkerkelijking. De vraag komt naar ons toe of we werkelijk bewogen zijn met zo veel Nederlanders die nooit meer een kerk vanbinnen zien. Het helpt daarbij niet om een opgepoetste eenheid te hebben, een eenheid die ten diepste geen eenheid is.
Het belijden van eenheid is onlosmakelijk verbonden met het verwerpen van dwalingen. Dit laatste is in het huidige klimaat niet populair. Toch is het nodig wil er echt sprake zijn van een geestelijke eenheid.
Die eenheid zal ook gevolgen hebben voor de werfkracht van de kerk in ons land. Tegelijk dienen we daarbij echter te beseffen dat die werfkracht niet begint bij een georganiseerde eenheid, maar in de binnenkamer.
Bron
Overzien we het voorgaande, dan is de vraag gerechtvaardigd of het Woord van God op veel plaatsen nog wel het absolute gezag heeft. Is ons verlangen, ons denken, ons gevoelen, onze activiteit bepalend of het ”er staat geschreven”? Het valt niet te ontkennen dat er sprake is van een toenemende crisis rond het Woord van God.
Het is nodig, zeker ook in 2014, dat kerken terugkeren tot het Woord alléén, om ons daardoor te laten leiden. Dat houdt ook in dat we de verantwoordelijkheid hebben om het Woord aan het woord te laten. Juist als het gaat om anderen te winnen voor de Heere en Zijn dienst. Of we nu rooms-katholiek zijn of protestant, een reformatie hebben wij telkens nodig.
Ten slotte, de eenheid van de algemene christelijke kerk is bovenal een geloofsstuk. Laat daarom bij de vragen op het kerkelijk erf dat wat Guido de Brès belijdt in artikel 27 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis richting en goede moed geven. Immers: God houdt Zijn Kerk in stand én Zijn Woord houdt stand in eeuwigheid.
De auteur is directeur van stichting In de Rechte Straat.