Een pastorale, bijbelse visie op echtscheiding
Dat veel huwelijken stranden is bekend. Daarom is er in een toenemend aantal kerkelijke gemeenten steeds meer aandacht voor huwelijksvoorbereiding of huwelijkscatechese.
Er zijn ook huwelijkscursussen voor getrouwde stellen. Gelukkig maar, want voorkomen is beter dan scheiden. En toch gebeurt dat laatste steeds vaker, ook in de gereformeerde gezindte. Hoe gaan christenen daarmee om? Wat maken mensen die gaan scheiden en die gescheiden zijn mee? Hoe vergaat het de gezinnen? Waar zitten hun pastorale pijnpunten? Wat zijn de morele vragen? Wat mag wel en wat mag niet? Als je het niet van dichtbij hebt meegemaakt, kun je je de worstelingen rondom echtscheiding maar moeilijk voorstellen.
Er wordt intussen vrij veel in christelijke kring gepubliceerd over echtscheiding. Uit de hoek van de Gereformeerde Bond in de Protestantse Kerk in Nederland is er onder redactie van drs. P. J. Vergunst een bundel over dit thema aan die reeks toegevoegd: ”Toch gescheiden. Over de complexiteit van een gebroken huwelijk”. De verschijning hiervan is een goede zaak. Ambtsdragers en gemeenteleden hebben toerusting nodig. Dit boek bewandelt een wijze middenweg. Enerzijds is er het standpunt: echtscheiding is pijnlijk en verdrietig. Niemand zoekt dat. Laten we mensen die vastlopen in hun huwelijk daarom de ruimte geven om hun eigen weg te gaan. Laten we nooit oordelen en zeggen wat mag en niet mag.
Het andere standpunt is: echtscheiding mag niet, is dus (bijna) altijd verkeerd. Vervolgens worden mensen die toch gescheiden zijn gebrandmerkt als een bijzonder soort overtreders van Gods wet. De psychopastorale benadering komt zo tegenover de morele te staan.
Daaraan doen Vergunst en de zijnen niet mee. Dit boek is niet veroordelend. Het is echter ook geen toegeeflijk boek. Helder wordt de pijn verwoord van mensen met een moeilijk huwelijk en van gescheiden mensen. Even helder worden Bijbelse lijnen getekend over huwelijk en echtscheiding. Niet alleen pastoraal. Bijvoorbeeld: hoe gaan we om met schuld en genade en vergeving? Maar ook moreel. Hoe zit het met het tweede huwelijk? Mag dat wel of niet, en wanneer dan wel of niet?
In het boek staan om te beginnen vijf interviews met mensen die gescheiden zijn. Ieder heeft een eigen verhaal over de achtergrond van de scheiding. Gemeenschappelijk is het verdriet over wat gebeurd is. Uit de titels van de interviews blijkt dat al: ”Achter de voordeur bestond ik niet”; ”Veel is er voor mij verzwegen”; ”Er was geen recht, dat maakte me fel”; ”Niet communiceren was onze grootste fout”; ”Trouw zijn had geen inhoud meer”.
In twee andere hoofdstukken –aan het einde van het boek– laten de hulpverleners Wilco Kroon en John Robbemond (beiden werkzaam bij Eleos) hun licht schijnen over de problematiek. In kort bestek wordt de complexiteit van liefdesrelaties beschreven en de niveaus waarop ze kunnen vastlopen. Het niet kunnen hechten, kan een rol spelen bij relatieproblemen. Ook de overgangen van de ene gezinsfase naar de andere zijn riskant voor een huwelijk. Psychische problematiek kan de kop opsteken. Tegenwoordig is er veel aandacht voor het effect van autisme op een huwelijk. De communicatie kan stagneren: de ene partner benadert de andere louter negatief, of beiden hakken op elkaar in, of beide partners gaan langs elkaar heen leven.
Op een gegeven moment kan de relatie zo beschadigd raken dat therapie nodig is. Relatietherapie biedt mogelijkheden, maar kan geen wonderen bewerkstelligen. Het komt soms toch tot een echtscheiding, en de gevolgen daarvan voor de relatie komen in dit boek ook kort in beeld.
Het middendeel van het boek behandelt de theologisch-pastorale vragen rondom echtscheiding. De predikanten G. Lustig, A. van Lingen, C. H. Hogendoorn en G. de Fijter schrijven respectievelijk over ”De wereld van het Nieuwe Testament en de wereld waarin wij leven”; ”De hardheid van onze harten”; ”De vergeving ernstig nemen”; ”De kerk mag beschadigde mensen leiden”.
Het huwelijk is de meest geconcentreerde plaats om Gods doel met Zijn schepping en herschepping te tonen. Huwelijkstrouw is daarom de opdracht. God wil echtscheiding niet. Het kán niet. Wij kunnen de burgerlijk stand op aarde aanpassen. Beloften voor God gedaan, zijn niet zomaar terug te draaien.
Toch spreekt de Bijbel al over de hardheid van onze harten. De zonde en zijn gevolgen zijn overal aanwezig. Zelfs het beste kan bederven. Echtscheiding blijft een kwaad, ook al lijken we eraan te wennen. Toch is ook de zonde van echtscheiding een zonde die door Gods genade vergeven kan worden, als mensen in hun (huwelijks)ellende de toevlucht tot Hem nemen.
Echtscheiding is ook een verdrietige zaak, en dan is het goed dat de gemeente om de mensen heen staat die dit meemaken. Als één lid lijdt, lijden alle mensen mee. Dat meeleven moet ook duidelijk worden in de begeleiding door ambtsdragers van mensen met huwelijksproblemen en na echtscheiding.
Boekgegevens
”Toch gescheiden. Over de complexiteit van een gebroken huwelijk”, Piet Vergunst (red.); uitg. Boekencentrum, Zoetermeer, 2012; ISBN 978 90 239 2656 6; 141 blz.; € 15,90.