Bij zijn tweede ruimtevlucht wilde André Kuipers zo veel mogelijk mensen betrekken. Dat motiveerde hem om dagelijks tweets met foto’s vanuit de ruimte te sturen en een weblog bij te houden over zijn ervaringen. In ”Droomvlucht” vertelt hij nu zijn hele verhaal.
Honderden keren heeft de astronaut de vragen al beantwoord: hoe het is om in de ruimte te wonen en te werken, hoe het is om te zweven en waarin het leven in het ruimtestation verschilt van het leven op aarde. „Ik wilde mijn ervaringen kunnen delen en mensen het gevoel geven dat ze er zelf bij zijn geweest”, schrijft Kuipers in het voorwoord van ”Droomvlucht”. In tweets en een weblog kon hij dat niet naar tevredenheid. „Daarom heb ik gekozen voor dit boek: mijn persoonlijke verhaal over de missies en wat eraan voorafging.”
Om dit verhaal op te tekenen, volgde wetenschapsjournalist Sander Koenen de Nederlandse astronaut op de voet. Hij kreeg de unieke gelegenheid om Kuipers te bezoeken tijdens zijn trainingen in Amerika, Duitsland en Rusland. Hij was aanwezig bij de lancering in Kazachstan en bij de hereniging van Kuipers met zijn gezin na terugkeer op aarde. In de ruimte kon hij er uiteraard niet bij zijn, maar onderhield hij wel als een van de weinigen nauw contact met hem.
Het vlotgeschreven boek is niet het eerste project waar Koenen en Kuipers samen aan werkten. Na Kuipers’ eerste ruimtevlucht in 2004 schreef de wetenschapsjournalist het boek ”Missie Delta”. Later mocht hij de astronaut interviewen voor een artikel in het prestigieuze tijdschrift National Geographic.
Bij die uitgeverij verscheen ook ”Droomvlucht”. De officiële boekpresentatie had vorige week plaats in het Planetarium van de Amsterdamse dierentuin Artis, tegelijkertijd met nog twee andere publicaties over Kuipers’ missie; een boek voor scholieren en een prentenboek dat Kuipers zelf in de ruimte schreef (zie kaders).
Offers
De droom om echt in de ruimte te wonen, werd voor André Kuipers afgelopen jaar werkelijkheid toen hij een halfjaar in het internationaal ruimtestation ISS verbleef. De realisatie van die droom vroeg tal van offers, zo blijkt uit zijn verhaal. De trainingen ter voorbereiding op de vlucht eisten zijn volledige aandacht; het gezin kwam altijd op de tweede plaats, ook als het in Rusland op bezoek was. „Natuurlijk wilde ik in Sterrenstad een sneeuwballengevecht houden met Stijn. En met het gezin een dagje uit naar Moskou. Maar al die gezelligheid zou ten koste gaan van de voorbereidingen op de missie. Het was tijd die ik niet kon missen.” Rond de lancering wilde Kuipers ook geen tranen zien van zijn vrouw en dochters: zulke emoties leiden af.
Fantasiewereld
Een van de doelen die Kuipers zich voor zijn ruimtevlucht had gesteld, was zijn ruimtevaartdroom herbeleven. „Ik wil het gevoel opwekken dat ik had toen ik een tiener was”, vertelt hij Koenen. „Het is een heerlijk gevoel; ik zat in de pure fantasiewereld van sciencefiction en ruimtevaart.”
Tijdens zijn verblijf in het ISS krijgt Kuipers dat gevoel echter niet vanzelf. De planning zit zo vol dat de bemanning geregeld bij de vluchtleiding klaagt dat ze de werkdruk niet aankan. „Het gebeurt zo vaak dat ik achter de feiten aan loop en dat de werkdag niet eindigt volgens schema, maar pas een paar uur daarna. (...) Als je dan nog iets voor jezelf wilt doen, zoals foto’s tweeten of bellen met thuis, dan snoep je dat automatisch af van je slaaptijd.”
Rustig in de uitkijkkoepel hangen en genieten van het panorama kan Kuipers dus veel minder vaak dan hij zich had voorgenomen. Pas in de laatste uren voor terugkeer naar de aarde krijgt hij daarvoor uitgebreid de tijd. Hij selecteert op zijn iPod muziek uit de televisieserie Cosmos om in de sfeer te komen. „Ik ben meer dan een complete baan om de aarde (negentig minuten, AB) in de Cupola gebleven.”
Tijdens zijn vlucht heeft Kuipers wekelijks videocontact met zijn vrouw en kinderen. Maar ook openbare optredens voor journalisten, studenten en scholieren staan op het programma. Van het contact met kinderen geniet de astronaut bijzonder. Zo belt hij na radiocontact met schoolkinderen in Estec –het Nederlandse hoofdkantoor van de Europese ruimtevaartorganisatie– met de collega in Noordwijk die het evenement had georganiseerd. Dit keer waren twee jongetjes buiten de boot gevallen, omdat de verbinding wegviel net toen zij hun vraag wilden stellen. „Ik kan natuurlijk niet altijd bellen, maar ik besloot dit keer toch even tijd te maken, omdat ik het zo sneu vond voor die jongens. Dan sta je daar, met allemaal spanning in je lijf omdat je iets mag vragen aan een astronaut, en dan kom je net niet aan de beurt. Ik belde op en heb een minuut of tien met beide jongens gesproken. Een van hen wilde niet geloven dat ik het was. Erg grappig.”
Journalisten weten inmiddels dat Kuipers nauwelijks iets loslaat over persoonlijke onderwerpen. In ”Droomvlucht” vertelt hij daarvan iets meer dan gebruikelijk: over zijn ouderlijk huis, hoe hij zijn tweede vrouw, Helen, heeft ontmoet en dat hij het jammer vindt dat hij veel momenten in het leven van zijn kinderen heeft gemist.
Wanneer hij in de publiciteit treedt, moet het gaan over zijn vakgebied, vindt Kuipers. „Ruimtevaart is van iedereen, het is iets heel neutraals. Ik wil dat niet gaan kleuren met mijn karakter of mijn opvattingen.” Drie onderwerpen zijn voor hem daarom taboe in gesprekken met de media: politiek, religie en seks. Kuipers levensvisie geeft Koenen treffend weer met een citaat van Christiaan Huygens: „De wereld is mijn vaderland, de wetenschap is mijn religie.”
De droomvlucht is nu ten einde. „Ik heb veel opgegeven in de jaren voorafgaand aan mijn vlucht. Die periode trok een wissel op mijn privéleven met Helen en de kinderen, en op mijn sociale leven met vrienden en kennissen. Daar sta je niet altijd bij stil, want het doel dat je voor ogen hebt, overstraalt al die andere dingen. Als ik terugdenk aan mijn missies, dan waren die de offers ruimschoots waard.”
Ruimtevaart voor scholieren
”Ruimteschip aarde” kreeg niet alleen dezelfde titel mee als het educatieve programma waar scholen zich tijdens de ruimtereis van André Kuipers mee bezighielden, het boek heeft dezelfde doelgroep: leerlingen van de laatste twee groepen van de basisschool en de eerste klassen van de middelbare school.
Sander Koenen kijkt daarbij verder dan alleen naar Kuipers’ missie: een raketlancering en het leven met gewichtloosheid in het ruimtestation plaatst hij in een breder kader. Zo legt hij bijvoorbeeld ook uit hoe satellieten en het ruimtestation in een baan om de aarde blijven, komt de geschiedenis van de ruimtevaart aan bod en passeren de planeten in ons zonnestelsel de revue. Koenen heeft het taalgebruik zo eenvoudig mogelijk gehouden, maar kan het gebruik van heel wat meerlettergrepige woorden niet voorkomen. Dat vormt dan gelijk een mooie oefening in leesvaardigheid. Kortom, een interessant en leerzaam boek.
Naar de maan en terug
Een aardig detail van het prentenboek ”André het astronautje” is dat Kuipers het verhaal schreef tijdens zijn verblijf in de ruimte. Hij had daarbij zijn twee jongste kinderen op het oog. „Kleine André” kijkt in dit prentenboek ’s nachts naar de maan en vraagt zich af waar hij van gemaakt is. „Van diamant? Of van kaas misschien.” Hij gaat het samen met Muis onderzoeken. Uit de details spreekt Kuipers’ ruimtevaartervaring: André en Muis hebben een ruimtepak nodig, na de lancering zweeft alles opeens: „de appels van oma, de dropjes, de zaklantaarn en het schoolschrift.” Maar het blijft een fantasieboek; zo neemt Andrés raket een caravan met marsmannetjes op sleeptouw onderweg naar de maan. Na terugkeer wil iedereen weten waar de maan nu eigenlijk van gemaakt is en benoemt de burgemeester André en Muis tot ereburgers van de stad.
Boekgegevens
”Droomvlucht”, Sander Koenen; uitg. National Geographic, Amsterdam, 2012; ISBN 978 90 488 1303 2; 288 blz.; € 19.90.
”Ruimteschip aarde”, Sander Koenen; uitg. Moon, Amsterdam, 2012; ISBN 978 90 488 1556 2; 96 blz.; € 15,95.
”André het astronautje”, André Kuipers (tekst) en Natascha Stenvert (ill); uitg. Moon, Amsterdam, 2012; ISBN 978 90 488 1395 7; 32 blz.; € 13,95.