Buitenland

Homohuwelijk heet hangijzer in Frankrijk

Frankrijk is ernstig verdeeld over een wetsvoorstel om het huwelijk open te stellen voor homoseksuele stellen. Voorstanders spreken van gelijke rechten, tegenstanders van „een tijdbom onder de Franse samenleving.”

Mark Wallet

3 November 2012 11:42Gewijzigd op 15 November 2020 00:04Leestijd 10 minuten
Protest tegen het homohuwelijk in zakenwijk La Défense, Parijs, eind vorige maand. Op de spandoeken staat: „Eén papa, één mama, wij liegen niet tegen onze kinderen.” Het protest is georganiseerd door de beweging Alliance Vita. Foto EPA
Protest tegen het homohuwelijk in zakenwijk La Défense, Parijs, eind vorige maand. Op de spandoeken staat: „Eén papa, één mama, wij liegen niet tegen onze kinderen.” Het protest is georganiseerd door de beweging Alliance Vita. Foto EPA

In het Franse Bègles, een stadje bij Bordeaux, treden op 5 maart 2004 Stéphane Chapin en Bertrand Charpentier in het huwelijk. Het is de eerste echtverbintenis ooit tussen twee mannen in Frankrijk. Het gebeuren gaat in tegen de wet, dat wel, maar burgemeester Noël Mamère van de Groenen wil een daad stellen. Hij ziet de actie als onderdeel van zijn strijd voor gelijkheid van rechten en tegen discriminatie.

Blijdschap in progressief Frankrijk, maar Vrouwe Justitia gooit al snel roet in het eten. Ruim een maand na het huwelijk zet een tribunaal in Bordeaux er een streep door. Het stel weet de verbintenis via hoger beroep nog een paar jaar te verlengen, maar in maart 2007 valt het doek definitief met een uitspraak van het hof van cassatie.

Als het aan de huidige socialistische regering ligt, kunnen Stéphane en Bertrand vanaf begin volgend jaar echter alsnog als huwelijkspaar door het leven. Het is begin zomer als premier Jean-Marc Ayrault expliciet belooft dat homoseksuele stellen in Frankrijk „vanaf het eerste semester van 2013” kunnen trouwen en kinderen adopteren. Precies zoals president François Hollande tijdens zijn verkiezingscampagne ook heeft toegezegd te gaan regelen. Woensdag presenteren de socialisten een wetsvoorstel rond het homohuwelijk in het Franse parlement.

De socialisten is er veel aan gelegen om het ”huwelijk voor allen”, zoals ze het noemen, geregeld te krijgen. Ze hanteren in hun strijd daarvoor dezelfde ethische rechtvaardiging als de burgervader van Bègles in 2004: gelijkberechtiging, het tegengaan van discriminatie. Het moet de bezegeling worden van een jarenlange strijd voor homorechten.

Samenlevingscontract

De bal ligt feitelijk al sinds 1999 voor het doel. Het Franse parlement gaat dan na hevige debatten akkoord met de zogenoemde Pacs, een samenlevingscontract. Het woord homo komt in de hele regeling niet voor, maar wel de bepaling dat ieder samenwonend stel gelijke rechten krijgt, „ongeacht sekse.” Die frase levert nogal wat strijd op voordat het tot aanname komt. De Franse bisschoppen ruiken onraad en bestempelen de Pacs als ”homohuwelijk”. Ook de Franse Eerste Kamer houdt het voorstel om juist die reden in eerste instantie tegen.

Tussen het jaar 2000 en 2010 laten ruim 63.600 homostellen zich registreren binnen een samenlevingscontract. Daartegenover staan ruim 900.000 heterostellen die zich als samenwonend laten registreren; in het Frans heet het dan dat ze Pacsé zijn.

De toegang tot het huwelijk blijft echter nog relatief lang gesloten. Hoewel de Franse bevolking volgens peilingen al jarenlang in meerderheid voorstander van het homohuwelijk is, stranden voorstellen daartoe in de politiek. Nog in juni 2011 wordt een wetsvoorstel om het huwelijk voor homo’s open te stellen in het Franse parlement met 293 stemmen tegen 222 stemmen van tafel geveegd. Het verzet komt voornamelijk uit de regeringspartij van president Sarkozy, de UMP. UMP-parlementariër Michel Dieffenbacher oordeelt bij het debat in 2011 dat Frankrijk niet moet „toegeven aan rages.”

In hetzelfde jaar bepaalt het Franse hooggerechtshof bovendien dat wetten die het homohuwelijk verbieden niet tegen de grondwet indruisen. Het is dan duidelijk dat het zonder politieke verschuiving op dit punt niet tot verandering komt in Frankrijk.

Breuk

Nu sinds mei de socialisten aan de macht zijn, is de kans echter groot dat de bal in het doel getikt kan worden. Het neemt niet weg dat de gemoederen hoog oplopen rond het nakende wetsvoorstel. De kaarten zijn politiek weliswaar anders geschud dan een jaar geleden, maar de meningen liggen nog altijd ver uiteen.

Robuuste taal wordt er in het debat niet geschuwd. Zo verzekert burgemeester François Lebel van Parijs dat het homohuwelijk leidt tot „de vreselijkste misstanden zoals polygamie, incest en pedofilie.” Zijn redenering: wanneer deze huwelijksvorm mogelijk wordt, is het hek van de dam. Fractievoorzitter Christine Boutin van de Franse Christendemocratische Partij spreekt van een tijdbom onder de Franse samenleving.

Ook kerken en maatschappelijke organisaties lopen zich sinds de aankondiging van het wetsvoorstel warm op het speelveld. Met name de Rooms-Katholieke Kerk toont zich een verklaard tegenstander van het homohuwelijk. Op Maria-Hemelvaart, 15 augustus, vragen de bisschoppen de parochies onder meer te bidden voor de instandhouding van het klassieke huwelijk. Er komt veel kritiek op, maar aartsbisschop Philippe Barbarin van Lyon is niet van zins in te binden. „Het is geen scoop dat de kerk zich tegen het homohuwelijk verzet”, laat hij weten.

De geestelijke roept de Franse regering daarbij ertoe op nog eens goed over de materie na te denken. De voorgestelde wet is volgens hem namelijk niets anders dan „een breuk met onze cultuur door het huwelijk van zijn wezen te ontdoen.” Ook spreekt hij van „een aanslag op de beschaving.” Tegenover de Franse krant Le Figaro zegt hij: „Een president of het parlement is machtig, maar zij kunnen niet zomaar de aard der dingen veranderen.”

Feest van liefde

De Franse kerken beseffen intussen terdege dat de tijd van oekazes voorbij is. Evenals de joodse gemeenschap komen ze met documenten die aanzetten willen geven tot dialoog. De rooms-katholieke bisschoppenconferentie laat een doorwrochte verklaring het licht zien onder het motto: „Laten we het debat openen; neem eraan deel!”

Ook de opperrabbijn van Parijs, Gilles Bernheim, schrijft met dat doel 23 kantjes vol. De bisschoppelijke en rabbinale documenten zijn geen in beton gegoten stukken, maar over de pointe kan geen misverstand bestaan: deze wissel moet niet om. Het homohuwelijk haalt volgens de religieuze leiders het wezen van het huwelijk onderuit. Ze gebruiken daarvoor Bijbelse, maar nadrukkelijk ook sociologische argumenten.

De Federatie van Protestanten in Frankrijk, die een breed scala aan kerken representeert, roert zich in het debat met twee bescheiden A4’tjes. De federatie oordeelt dat standpunten rond homorelaties nu niet tot de kern van het geloof behoren: Jezus stipt het onderwerp in de evangeliën nergens aan. Blijkbaar vond Hij een goede omgang met geld belangrijker, redeneren de protestanten. De ideologische nazaten van Calvijn zeggen om antropologische redenen echter geen voorstander van het homohuwelijk te zijn. Het huwelijk is niet enkel „een feest van liefde”, maar biedt tevens structuur en samenhang tussen verschillende generaties.

Le Figaro meldt half september dat vertegenwoordigers van zes religieuze stromingen –rooms-katholieken, protestanten, orthodoxen, joden, boeddhisten en moslims– begin september in „grote discretie” in Parijs bijeen zijn gekomen voor een gezamenlijke afstemming. Hoewel alle groeperingen zich tegen het homohuwelijk keren, achten de geestelijke leidslieden het wijzer om met afzonderlijke verklaringen te komen.

Of de verschillende verklaringen tot debat hebben geleid? Premier Jean-Marc Ayrault heeft in ieder geval zijn oren bij de kerkelijke en religieuze leiders te luisteren gelegd. Ze zijn allen uitgenodigd om hun standpunten over het homohuwelijk toe te lichten. De scheiding van kerk en staat kan in Frankrijk niet zo rigide zijn, of de regering beseft wel hoe gevoelig deze materie in de Franse samenleving ligt.

Of de inhoud van het komende wetsvoorstel door de gesprekken wezenlijk is veranderd, is echter maar de vraag. In een vraaggesprek met de katholieke krant La Croix zegt minister van Justitie Christiane Taubira de tegenwerpingen te kennen, maar de indruk te hebben dat er een „sociologische en antropologische botsing” is tussen degenen met een „meer religieuze perceptie van het huwelijk” en „zij die, onder invloed van de verlichting, een seculiere perceptie hebben.” Ofwel: we praten in verschillende denkramen en dan is het moeilijk tot elkaar komen.

Het gaat de regering primair om gelijkheid, maakt Taubira duidelijk. Dat is wat haar betreft een waarde die boven alle bespiegelingen over het huwelijk uitgaat.

Gelijkheid

In die aanname zit voor veel tegenstanders van het homohuwelijk echter nu juist een belangrijke haper. Het gaat niet om gelijkheid, zeggen zij, maar feitelijk om iets onmogelijks. Het huwelijk is volgens hen naar zijn wezen nu eenmaal een verbintenis tussen man en vrouw. In Le Figaro schrijft hoogleraar publiek recht Anne-Marie Le Pourhiet dat het „geen vraag van recht is, maar de constatering van een bloot feit.” „Je kunt ongetwijfeld in het Burgerlijk Wetboek optekenen dat twee mannen of twee vrouwen kunnen trouwen, of in de grondwet schrijven dat de aarde plat is, maar het zijn onwaarheden.” De bisschoppen en de rabbi redeneren in dezelfde lijn.

Daarbij roept de frase ”huwelijk voor allen” weerstand op. Want: hoezo, voor allen? Mogen neef en nicht dan trouwen, of mag een twintiger met een 12-jarig meisje in zee gaan? „Hoe serieuzer een onderwerp is en hoe groter de consequenties zijn, des temeer zie je de verleiding om eufemistisch vocabulair te gebruiken”, merkt La Croix in een commentaar op. De krant refereert daarbij aan de aanduidingen ”sterven in waardigheid” voor euthanasie en ”zwangerschap voor de ander” voor draagmoederschap.

Opmerkelijk is dat veel Fransen gevoelig zijn voor het argument van gelijke rechten, maar dat er aarzeling is bij de consequenties daarvan. In een recente peiling van onderzoeksbureau LH2 sprak 58 procent van de Fransen zich uit voor het homohuwelijk, maar niet meer dan 48 procent voor adoptie door homoparen.

Kwartet

Misschien is het daarom ook dat een maatschappelijke organisatie als Alliance Vita haar pijlen vooral richt tegen adoptie. De niet confessioneel gebonden beweging zegt te willen opkomen voor de meest kwetsbaren, onder wie de kinderen. „Gaat het om de rechten van het kind of om de rechten op een kind?” vraagt Alliance Vita zich af.

De voorstanders argumenteren dat het niet gaat om de samenstelling van een gezin, maar de mate van liefde en verantwoordelijkheid die er heerst. „Het recht op een kind is niet absoluut in ons concept, dat is fictie”, bezweert Taubira tegenover La Croix. Bovendien: „Wie zegt dat een heteroseksueel stel een kind beter kan opvoeden dan een homoseksueel stel?”

Het kan de mensen van Alliance Vita echter niet overtuigen. Met onder meer kleine stripverhaaltjes proberen ze het debat te openen. Zoals deze, waarop drie kinderen kwartet spelen. „Van de samengestelde familie zou ik graag ouder 3, de draagmoeder en de zaaddonor willen...”, zegt een van de kinderen. Een ander kind kijkt met grote ogen naar zijn kaarten en vraagt: „De gynaecoloog, maakt die ook deel uit van de familie?” Het derde jongetje kan alleen nog maar in opperste verbijstering de wereld inkijken.

De kans is echter groot dat het binnenkort een realiteit is waaraan de toekomstige Franse generatie zal moeten wennen.


Stellingname Franse politiek partijen

PS (Socialistische Partij, 280 van de 577 zetels): Voorstander van openstelling van het huwelijk voor homo’s en adoptie door homoparen.

UMP (rechts, 194 zetels): De partij is officieel tegen het homohuwelijk. Volgens berichten is de partij echter verdeeld over het thema.

Front de Gauche en EELV (extreem links en Groenen, respectievelijk 10 en 17 zetels): Beide partijen zijn voorstander van het homohuwelijk en adoptierecht.

Christendemocratische Partij (3 zetels): Verklaard tegenstander van het homohuwelijk.

MoDem (middenpartij, 2 zetels): Bepleit gelijke rechten van hetero- en homoseksuele stellen, maar is tegen openstelling van het huwelijk voor homo’s.

Verhouding links-rechts in Frans parlement: 331 tegenover 229 zetels.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl
Vond je dit artikel nuttig?

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer