Als echt de nood aan de vrouw is, kan Roelie Eikenaar (71) uit Zwolle altijd nog haar zes zilveren lepeltjes verkopen. „Drie ervan zijn veel waard omdat ze door een Zwolse smid zijn gemaakt. U ziet, ik heb nogal wat achter de hand. Mensen met een uitkering weten als geen ander hoe ze met geld moeten omgaan.”
Het interieur van de flat oogt sober. Wat wil je. Mevrouw Eikenaar zat zestien jaar in de bijstand, na haar scheiding, nu 22 jaar geleden. Om het hoofd boven water te houden, verkocht ze al een dure klok, een dito kast en veel koperwerk dat haar vader ooit maakte. Op de nominatie voor verkoop staat ook een duur schilderij van het huis waarin ze werd geboren. „Ik hecht niet zo aan aardse goederen”, zegt ze berustend.
Het donkereiken wandmeubel, de dito eethoek en het tafelkleed zijn bepaald niet nieuw. Dat geldt ook voor het witgoed: „Ik ben zuinig op m’n spullen. M’n wasmachine doet het al negentien jaar, M’n koelkast is al veertig jaar oud. Daar ben ik trots op. Misschien wil Bauknecht ’m wel hebben voor zijn museum”, lacht ze.
De bijstandsuitkering vond ze een verschrikking. „De eerste keer dat ik naar de sociale dienst moest, ben ik daar in elkaar gezakt. De bijstand is geen vetpot. In het begin wist ik niet eens dat ik een voorschot kon krijgen. Wel kreeg ik 50 gulden van een diaken, op kerstavond. Daar kon ik voor de Kerst niets meer mee, want de winkels waren dicht.”
Toen de Zwolse elf jaar geleden diaken „met een sociale missie” van haar gereformeerde kerk werd, veranderde ze dat meteen. „Gewoon begin december een envelop geven. Mensen die in de bijstand raken, zijn niet opeens een onbenul. Zij weten juist heel goed hoe ze met geld moeten omgaan. Hoe lang ze een theezakje of koffiefilter kunnen hergebruiken.” Zelf gebruikt ze haar eenpersoonstheezakje twee keer, draagt ze gekregen kleren en doet ze zuinig met licht en gas.
De Zwolse is een levend bewijs van haar eigen woorden. Van haar AOW-tje van 809,15 euro en een pensioentje van haar inmiddels overleden ex-man van 114,91 euro kan ze de kerk en het Rode Kruis maandelijks doneren, een krant en een omroepblad lezen en zelfs beperkt auto rijden. „Mijn achttien jaar oude Corsa is mijn sociale vaardigheid.”
Toch is het leven op de Zwolse bovenwoning geen vetpot. De vaste maandelijkse lasten bedragen zo’n 523 euro. Grootste slokop is de huur: min subsidie nog altijd 191,60 euro. Dan komen gas, stroom en kabel: 128 euro, ziekenfonds: 36,15, telefoonabonnement: 36,14, water: 34,63, OZB: 31,85, krant: 18,00, kerk: 15,00, goedkopere telefoonprovider: 12,00, wegenbelasting: 12,00 en Rode Kruis 10,00 euro. Eikenaar houdt krap 400 euro per maand over, maar ze moet ook jaarlijkse abonnementen en benzine betalen. Al met al houdt ze zo’n 70 à 80 euro per week over om van te leven: eten -vaak zonder vlees-, drinken, ”Zebra”-kleding, sparen, cadeaus voor de vier kleinkinderen en de zes (aangetrouwde) kinderen. „Ik vind het een sport om zo goedkoop mogelijk uit te zijn.”
De Zwolse wordt niet zo erg getroffen door de bezuinigingen van kabinet-Balkenende II. Zij behoort tot de gelukkige groep gezonde ouderen. De huisarts heeft ze een jaar geleden voor het laatst gezien, van de medicijnenknaak zal ze voorlopig geen last hebben, de twee laatste keren fysiotherapie zullen ook nog gratis zijn, en veel extra tandartskosten zal ze ook niet maken. „Ik heb een kunstgebit.” Alleen neemt de huursubsidie met 12 euro per maand af, zal haar sporadische rokertje „terecht” duurder worden en verwacht ze prijsstijgingen. „Dan ga ik maar vaker naar de Aldi dan naar de C1000.”
Ze schaamt zich ervoor dat ze bij de laatste verkiezingen CDA heeft gestemd. Strijdbaar: „Als je geen vloer aanbrengt voor de armen en geen plafond maakt voor de rijken, kom je aan de menselijke waardigheid. Ik ben zeer verontwaardigd. Dit beleid is een ramp voor het beeld van christenen naar buiten toe. Balkenende heeft zich uitgeleverd aan Zalm. Zijn kabinet is een gewone VVD-regering, voor rijke mensen. Ik had beter CU kunnen stemmen.”
Plotseling fel: „Ik heb een gebed, geschreven door bisschop Muskens.” Ze draagt het voor. „„Ik was naakt en jij voerde een discussie of dat wel ethisch was. Ik dank je.” Op mijn verzoek gaat onze predikant dat in de kerk voordragen. Een kerk die geen oog heeft voor de armen, vind ik niet christelijk.”
Dit is het tweede deel in een korte serie over de gevolgen van de bezuinigingen die het kabinet op Prinsjesdag heeft gepresenteerd.