DEN HAAG (ANP) – „Ik vind dat ik beloond moet worden voor de goede dingen die ik heb gedaan, niet aangeklaagd.” Dit zei Radovan Karadzic dinsdagochtend, toen hij een eigen verklaring mocht afleggen voor het Joegoslavië-Tribunaal.
De ex-president van Republika Srpska (RS) deed naar eigen zeggen alles wat in zijn macht stond om het uitbreken van de oorlog in Bosnië (1992-95) te voorkomen. Toen de Bosnische Serven met hun RS zich afscheidden van het centrale gezag in Sarajevo, was dat omdat zij zich „in een hoek gedrukt voelden en gedwongen waren om dit te doen”. De Bosnische moslims zijn de oorlog begonnen door Serven te vermoorden.
In 1991 hadden de deelrepublieken Slovenië en Kroatië zich afgescheiden van de federatie Joegoslavië, waar de Serven de grootste bevolkingsgroep vormden. Toen de moslims in Bosnië, de grootste etnische groep in die deelrepubliek, hetzelfde pad op wilden, voelden veel Bosnische Serven zich bedreigd, met het vooruitzicht dat zij in een door moslims gedomineerde staat zouden komen te leven. „Zij waren bang te worden afgeslacht”, aldus Karadzic. Volgens hem waren er op tal van plaatsen moorden op Serven. De plaatselijke Servische bevolking richtte daarop op eigen gezag autonome gebieden op, zonder door Karadzic te worden aangestuurd, aldus de verdachte. Ook de wegversperringen die Serven opwierpen in de hoofdstad Sarajevo, waren ‘spontaan’.
Karadzic had naar eigen zeggen niets tegen moslims en probeerde oorlogsmisdaden te voorkomen. Karadzic begon dinsdag met zijn verdediging, bijna 3 jaar na het begin van zijn proces voor het VN-hof in Den Haag. Hij dwaalde aan het begin af van het onderwerp (genocide, oorlogsmisdaden, misdaden tegen de mensheid) en begon over zijn kwaliteiten als arts, psychiater en dichter.
Karadzic roept later zijn eerste getuige op inzake de belegering van Sarajevo. De voormalige VN-officier moet aantonen dat de moslims op hun eigen mensen zouden hebben geschoten in de Bosnische hoofdstad om ingrijpen van de internationale gemeenschap uit te lokken.