Buitenland

Spanning en bezorgdheid Syrische christenen bijna tastbaar

DAMASCUS – Terwijl het geweld in Syrië aanhoudt, neemt in de hoofdstad Damascus ook de stroom van verhalen over de positie van christenen toe. Correspondent Martin Janssen voelt de spanning oplopen in Syrië. Een persoonlijk relaas uit Damascus.

Martin Janssen
18 June 2012 10:30Gewijzigd op 14 November 2020 21:39Leestijd 6 minuten
Syrische orthodoxe christenen steken kaarsen aan in de Maryamiyehkerk in Damascus, eerder dit jaar. Foto EPA
Syrische orthodoxe christenen steken kaarsen aan in de Maryamiyehkerk in Damascus, eerder dit jaar. Foto EPA

Binnen de christelijke gemeenschappen van de Syrische hoofdstad Damascus doet dezer dagen een opvallend bericht de ronde. Het is moeilijk de waarheid ervan te achterhalen. Het verhaal draait om de invloed van Rusland en de Russisch-Orthodoxe Kerk op de situatie in Syrië.

De Russisch-Orthodoxe Kerk bezit binnen Rusland zelf een behoorlijk politiek gewicht en een niet te onderschatten politieke invloed. Vandaar dat president Poetin in de opmars naar de Russische verkiezingen zo’n vier maanden geleden de Russische patriarch Kirill II bij zich ontbood om zich te verzekeren van diens steun.

Poetin zou de patriarch in ruil hiervoor beloofd hebben om voor veel geld kerken te bouwen, te restaureren en te verfraaien. Patriarch Kirill II wilde echter geen geld en vroeg Poetin om iets heel anders. Hij zou verzocht hebben om bedreigde christelijke minderheden in het Midden-Oosten te beschermen, en met name in Syrië. „Komt voor elkaar, dat zal gebeuren”, zou Poetin geantwoord hebben.

Houvast

Wellicht is dit verhaal ontsproten aan de wanhopige behoefte van veel Syrische christenen om in deze dagen van totale en existentiële onzekerheid nog een houvast te hebben. Zeker is echter dat Rusland in de belevingswereld van Syrische christenen nog de enige wereldmacht lijkt die zich hun lot aantrekt. Wat in totaal contrast staat met de voor hen onbegrijpelijke houding van het Westen.

Afgelopen week ontmoette ik een Syriër die voor ABC News werkt en die mij vertelde dat hij enige maanden geleden Irak had bezocht, waar hij ook met enkele Irakese generaals had gesproken. Deze hadden hem bijna verbaasd gevraagd waarom het Westen eigenlijk niets doet voor de Iraakse christenen. Een scenario dat zich thans in Syrië lijkt te herhalen.

Tijdens mijn zondagse kerkgang in Damascus viel me gisteren op hoe ook in de hoofdstad de sfeer veranderd is. Kerkgangers spraken na de dienst op gedempte toon over het lot van familieleden elders in het land. Bezorgdheid en gevoelens van onbehagen waren bijna tastbaar aanwezig. Deze gevoelens namen de afgelopen dagen toe, nadat bekend werd dat de autoriteiten in Damascus een aantal personen in hechtenis hadden genomen die er onder andere van verdacht werden aanslagen op kerken te willen plegen.

Ik merkte dat dit alles ook mij niet onberoerd liet. Toen gisteren enkele onbekenden tijdens de kerkdienst binnenkwamen, betrapte ik me erop dat ik hen onwillekeurig in de gaten hield. Wat de andere kerkgangers trouwens ook deden.

Recent sprak ik op een geheime locatie moeder Agnes de la Croix, overste van het beroemde Mar Yacobklooster in het Syrische Qara, waar veel gevluchte Syrische christenen hun toevlucht hebben gezocht. Ze schetste mij in simpele woorden een benauwend en onthutsend beeld van de situatie in Qara, dat thans volledig wordt gecontroleerd door gewapende rebellen.

Vlak voor haar vertrek naar Damascus hadden deze gewapende rebellen alle winkeliers bevolen hun zaken te sluiten, waardoor er voedselschaarste onder de vluchtelingen ontstond. Moeder Agnes is toen persoonlijk voedsel gaan uitdelen dat nog over was van een eerder bezoek van het Rode Kruis aan de regio. De woedende rebellen verklaarden vervolgens „dat ze het klooster niet langer zullen bechermen” en sindsdien is moeder Agnes haar leven niet meer zeker.

De situatie in Homs is nog slechter. Volgens de laatste berichten zijn er van de oorspronkelijke 80.000 christenen in de stad nog zo’n 500 over. Een plaatselijk priester stuurde mij het volgende alarmerende bericht: „Het Syrische leger is de lang verwachte aanval begonnen op de christelijke wijken in Homs om de gewapende rebellen eruit te verdrijven. Deze houden momenteel rond de 300 christenen gegijzeld die ze pas willen laten gaan als het Syrische leger de vrije doorgang garandeert van 400 gewapende rebellen met hun complete families zonder hun identiteitspapieren te controleren. Er is een onhoudbare situatie ontstaan.

Geplunderde kerken

Ik kreeg een fotoreportage toegestuurd van geplunderde kerken in Homs. De rebellen hadden alles wat ze van waarde achtten uit de kerken gestolen. Tijdens het bekijken van deze beelden vroeg ik me af hoe het toch mogelijk is dat dit in de meeste westerse media wordt genegeerd.

De situatie in de driehoek Homs-Hama-Libanese grens wordt door mijn bronnen omschreven als ”Iraakse toestanden”. De Syrische overheid blijkt in grote delen van dit gebied afwezig te zijn. In deze regio liggen honderden kleine dorpen en gehuchten, waar veel christenen wonen. Bijna dagelijks duiken de namen op van dorpen waar de christenen door gewapende rebellen verdreven worden. Ooggetuigen beschrijven de situatie in deze driehoek als „totale chaos en anarchie.”

In het dorp al-Burj al-Qastal in de provincie Hama zijn alle christelijke families met geweld verdreven. Lokale kerken stellen dat gewapende rebellen de controle in het dorp hebben overgenomen. Ze verjoegen de christenen, verstigden zich in hun huizen en veranderden de lokale kerk in een militair hoofdkwartier.

In Qusair in de buurt van Homs kregen de plaatselijke christenen tot vorige week vrijdag de tijd om te vertrekken. Wie weigerde, zette zijn leven op het spel. Deze boodschap werd vervolgens de hele week omgeroepen vanaf de minaretten van de moskee: „Christenen dienen voor vrijdag Qusair te hebben verlaten.” Kerkelijke autoriteiten vrezen voor het lot van nog eens 10.000 christenen die rond Qusair wonen.

Enkele maanden geleden sprak ik in Damascus met George. Een Syrische christen, vader van twee kinderen en afkomstig uit een zeer arme familie. Tijdens ons gesprek keek hij mij bedroefd aan en zei: „Jij hebt geluk. Als het hier echt fout gaat, pak je je koffers en zegt dat je voor ons zult bidden.”

De afgelopen dagen klonken deze verwijtende woorden voortdurend in mijn oren. Na het ontvangen van persoonlijke dreigementen ben ik inderdaad mijn koffers aan het pakken om naar een van de buurlanden van Syrië te reizen. Ik kan George en al die andere Syrische christenen die ik de afgelopen jaren heb ontmoet slechts beloven dat ik niet alleen voor hen zal bidden maar ook dagelijks hun lotgevallen zal blijven volgen om ze via mijn pen bekend te maken. Omdat er ook in het Westen nog vele betrokken christenen leven die mééleven met hun vervolgde broeders en zusters.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl
Vond je dit artikel nuttig?

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer