Barneveldertjes verkennen Veluws museum
BARNEVELD – „Kijk, in de muur zit een hele rij steentjes schuin ingemetseld. Als versiering, denk ik.” Albert Waaijenberg (11) bezocht vrijdag met nog ruim 440 andere leerlingen een Barnevelds monument.
In tachtig gemeenten namen vrijdag in totaal 14.000 leerlingen van de groepen 7 en 8 een duik in de geschiedenis door een oud gebouw te bekijken. Het doel van deze Open Monumenten Klassendag is leerlingen op jonge leeftijd in aanraking te brengen met monumenten én hun verhalen.
„Ik heb nog nooit zo veel kinderen op één dag rondgeleid”, zegt Marijke Dooper, educatief medewerker van het Veluws Museum Nairac in Barneveld. „Eerst was er sprake van dat alle 443 aangemelde kinderen ons museum zouden bezoeken, maar dat past gewoon niet. Nu gaan er ook groepen naar de hervormde Grote Kerk en de roomse Catharinakerk.”
Barneveld is de winnaar van de Rabo Vastgoedgroep Trofee voor de Gelderse gemeente met het veelzijdigste en origineelste programma voor de Open Monumentendagen 2010.
Zes klassen van de reformatorische Eben-Haëzerschool stonden gistermorgen iets over negenen al voor museum Nairac klaar. Groep 7b van meester Van Wijde en groep 8a van juffrouw Huisman gaan naar de eerste etage van het museum.
Een gids vertelt dat het monument in 1624 werd gebouwd als boerderij. Ene Hessel Romeijn begon halverwege de 18e eeuw bier te brouwen in het huis. „Er waren toen wel vier brouwerijen in Barneveld”, vertelt de gids. „Mensen dronken bij elke maaltijd bier, omdat schoon drinkwater niet voorhanden was. Kinderen van jullie leeftijd dronken bier bij het ontbijt.” Een paar meiden kijken heel vies, terwijl een jongen stoer „lekker” roept.
Na de inleiding van de gids zijn er nog maar tien minuten over om het museum te bekijken. Gewapend met een opdrachtenblad en een fotocamera verspreiden de leerlingen zich over het gebouw. Lisanne van Laar (11) en Alette Bisschop (11) vinden de zogeheten eestkast in de stijlkamer van het museum heel mooi. Alette: „Dat is een soort trechter waar de brouwer het graan in stortte. Dan kon het drogen.” Lisanne: „Ik heb er een foto van gemaakt, misschien ga ik hem vanmiddag wel natekenen.”
Gids Marijke Dooper laat de leerlingen van groep 7 en 8 de buitenkant van het gebouw zien. Ze begint aan de achterkant. „Zien jullie die gevelsteen met het jaartal 1973? Het achterste gedeelte is veel jonger dan het voorste stuk. Rond die tijd wilde men de resten van de oude brouwerij slopen. Veel mensen protesteerden daar tegen. Toen is het gemeentemuseum er in gekomen, maar er was te weinig ruimte om alle spullen tentoon te stellen. Met behulp van oude tekeningen is dit gedeelte van de boerderij weer helemaal opgebouwd.”
Als Albert Waaijenberg (11) met de groep naar de voorkant van het museum loopt, ziet hij het verschil tussen het oude en het nieuwe stuk. „De stenen zitten hier veel minder netjes. Maar toch vind ik de muur mooi. Kijk maar naar die rand van scheve steentjes. Ik denk dat hier ooit wel een rijke boer heeft gewoond.”