De in Nederland aangetroffen ziekteverwekker is een influenzavirus A van het subtype H7N7. Dat is een ander subtype dan op dit moment in Italië rondwaart, waardoor besmetting vanuit dat gebied onwaarschijnlijk is. In Italië is sprake van subtype H7N3. Vooral kalkoenen hebben hieronder te lijden, terwijl in Nederland kippen extra gevoelig zijn.

H7N7 is in Nederland vaker vastgesteld bij wilde eenden. De dieren dragen het virus met zich mee, maar worden er niet ziek van. De ziekteverwekker vermenigvuldigt zich sterk in de eenden, waardoor de ontlasting vol virus zit. Besmetting via deze route verloopt uiterst snel.

Er zijn vijftien H-typen en negen N-typen bekend, die in willekeurige combinaties voorkomen. Alleen de subtypen H5 en H7 kunnen vogelpest veroorzaken. Voorzover bekend hebben influenzavirussen A van het subtype H7 onder mensen nog nooit slachtoffers gemaakt. Dat geldt wel voor H5.

Bij alle verdenkingen op dierziekten schakelt de overheid het Centraal Instituut voor Dierziekte Controle in Lelystad (CIDC-Lelystad) in om via tests uitsluitsel te geven. Afgelopen vrijdag is meteen een snelle test ingezet. Zaterdag waren al vier van de zes onderzochte bedrijven positief.

Voor de zekerheid moet het onderzoekscentrum in Lelystad het resultaat van een viruskweek afwachten, die wordt gezien als gouden standaard, maar dat is een formaliteit. Het CIDC heeft volgens een woordvoerder grenzeloos vertrouwen in de snelle test. „We zijn voor honderd procent zeker dat we de juiste diagnose hebben gesteld.”