„De Chinezen wilden eerst geen ijsje”
Werken konden de Chinezen wel twintig uur achter elkaar, maar dat kwam mede door hun lage tempo. De Ebbinge Wubbenlaan in Staphorst kwam tijdens de Tweede Wereldoorlog tot stand „met kleine hoopjes zand en kruiwagens nauwelijks halfvol.”
De Chinezenweg, noemden oudere Staphorsters de Ebbinge Wubbenlaan. Zoals ze de Klaas Kloosterweg Deventerweg noemden, want die werd tijdens de oorlog door mannen uit Deventer aangelegd.
De bijnamen zijn inmiddels weggesleten, zegt F. G. A. Drost. „De jongere generatie kent ze niet meer.” De voormalige zilversmid woont aan de Bergerslag, in het verlengde van de Ebbinge Wubbenlaan. Tijdens de oorlog woonde hij ook al in de buurt, aan de Rijksweg naar Meppel. „We konden de Chinezen aan het werk zien. Ze maakten behoorlijk wat uren, maar verplaatsten elke keer kleine beetjes materiaal. De weg kwam er, maar erg snel ging het niet.”
Drost staat met zijn moeder en zijn broer op een film uit die tijd. „Vader filmde moeder toen ze de Chinezen op mijn verjaardag, 23 juni, een ijsje gaf. Die wilden het eerst niet aannemen: ze dachten dat het Duitse propaganda was.”
Waar nu de Bergerslag vanaf de Gemeenteweg richting Markt en gemeentehuis loopt, woonde toen de familie Talen. Pal aan de overkant van de Gemeenteweg liep een steeg langs het huis van de familie Pot. Die steeg werd verbreed tot klinkerweg en vervolgens vernoemd naar een oud-burgemeester: Ebbinge Wubben.
Met de Bergerslag en de Markt vormt de laan nu het centrum van Staphorst, waar nogal wat winkels zijn gevestigd. Op de Markt bevindt zich het monument voor de slachtoffers uit de Tweede Wereldoorlog, maar op de Ebbinge Wubbenlaan herinnert niets aan het oorlogsverleden.
„De laan liep aanvankelijk kaarsrecht naar het noorden en mondde uit op de Rijksweg. Later is er aan het eind van de bebouwde kom van Staphorst een knik in de Ebbinge Wubbenlaan aangebracht, zodat hij evenwijdig aan de A28 loopt. Het gedeelte in de bebouwde kom is nog altijd een klinkerweg.”
In de weilanden ten noordoosten van Staphorst wordt de Ebbinge Wubbenlaan nu de pas afgesneden door de snelweg naar Leeuwarden, die zich met een ferme bocht van de A28 afsplitst.
De Chinezen die de weg aanlegden, waren ander handwerk gewend. In 1911 hadden rederijen Chinese zeelieden uit Engeland gehaald om een langdurige staking van Nederlandse zeelui te breken. De Aziatische immigranten werden gehuisvest in Rotterdam-Katendrecht en een kleiner aantal in de Amsterdamse Nieuwmarktbuurt. De Chinese gemeenschap telde ook straatventers, ondernemers en studenten.
De economische crisis in de jaren dertig bracht grote armoede. De Chinezen stortten zich op de verkoop van pindakoekjes of leefden van giften. Velen keerden terug naar hun land. Van de enkele duizenden Chinezen in Nederland waren er bij het uitbreken van de oorlog nog maar zo’n 800 over, van wie 200 in Katendrecht.
Via de arbeidsbureaus werden werkloze Chinezen op verschillende plaatsen in Nederland ingezet. In de zomers van 1942 en 1943 kwamen zo’n zeventig Chinezen naar Staphorst. ’s Winters werkten ze in Amsterdam, onder meer in de gemeentewasserij en de Luijcksfabrieken.
De wegaanleg was voor de varensgasten ongewoon werk. Waarschijnlijk hadden ze liever een deinend scheepsdek dan veengrond onder de voeten, maar de grote vaart lag tijdens de oorlog stil. Naar hun land konden ze niet, en bovendien was dat door Japan onder de voet gelopen.
„In het Staphorster Bos bij Punthorst, niet ver van de Mr. J. B. Kanweg, moet een bordje staan op de plaats waar het kamp van de wegwerkers was”, zegt Drost. De uitspraak dat de Chinezen wel lang, maar niet hard werkten, hoorde hij uit de mond van Bremer, de man die het project leidde. „Hij sprak steenkolenengels met hen.”
In het kamp kregen de arbeiders Nederlands eten, maar dat pruimden ze niet. Na klachten kwam er een Chinese kok. Het duurde even voordat er contact met de plaatselijke bevolking tot stand kwam. Later, toen de weg klaar was, hebben er nog Chinezen op de boerderijen rond Staphorst gewerkt.
Voor de familie Drost had de oorlog aangrijpende gevolgen. „Nadat het verzet eind augustus 1944 SS-officier N. van der Schatte Olivier doodschoot, namen de Duitsers wraak: zo’n twintig mannen uit Staphorst werden afgevoerd naar Kamp Amersfoort. Na Dolle Dinsdag zijn ze op de trein gezet naar Neuengamme. Allen kwamen om. Daar waren mijn vader en mijn broer ook bij.”
Het thema van de Week van de Geschiedenis is ”Oorlog en vrede”. Dit is het vierde artikel in een serie over oorlogen.