Ieren beslissen over toekomst Europa
Geen enkel land heeft zo veel van zijn welvaart aan de Europese samenwerking te danken als Ierland. Toch is het de vraag of de Ieren donderdag het Verdrag van Lissabon in een referendum willen steunen.
Toen Ierland in 1973 toetrad tot de economische gemeenschap, lag het inkomen 40 procent onder Europees gemiddelde. Nu, 35 jaar later, ligt het er ruim 40 procent boven. Vooral sinds 1990 is de economische groei fabelachtig geweest.
Voor de regering is dat natuurlijk een dankbaar verhaal: Wilt u welvaart, steun dan ’Lissabon’. Maar wie de opiniepeilingen bekijkt, ziet dat de kiezers heel andere gedachten hebben. Eind vorige week kregen de neestemmers 35 procent in een peiling, tegenover 30 procent voor de jazeggers. Ongeveer 20 procent van de kiezers weet het nog niet. Zo gemakkelijk komt de regering er dus niet van af.
De Ierse regering is grondwettelijk verplicht belangrijke internationale verdragen aan de kiezer voor te leggen. Toen het Verdrag van Nice in 2001 voorlag, stemde de kiezer het weg. Alleen door in 2002 een nieuw referendum uit te schrijven, werd de zaak gered.
Ierland is de enige EU-lidstaat waar de kiezer beslist over het Verdrag van Lissabon. De andere landen houden het bij goedkeuring door het parlement.
De regering in Dublin heeft alles op alles gezet een herhaling van ’Nice’ te voorkomen. Het huidige verdrag is al een soort gerepareerde grondwet van enkele jaren geleden. Na de referenda in Frankrijk en Nederland kwam de EU in 2005 in een diepe crisis. Als de ruim 3 miljoen kiezers in Ierland nu ook nog het nieuwe verdrag wegstemmen, raakt de Unie in nog onrustiger vaarwater.
De drie grootste partijen van het eiland verschenen begin deze week gezamenlijk op het podium. Een zeldzaam staaltje van samenwerking tussen de regering (Fianna Fail en Fina Gael) en de oppositie (Labour). Samen vertegenwoordigen ze bijna 90 procent van de stemmen die in 2007 voor het parlement werden uitgebracht. „Een beter akkoord was niet denkbaar”, aldus de kersverse premier Brian Cowen, die begin vorige maand aantrad.
Slechts één partij in het parlement roept de bevolking op om nee te stemmen. Dat is Sinn Fein, de politieke tak van het terroristische Ierse Republikeinse Leger (IRA) dat tijdens het conflict in Noord-Ierland voor veel leed heeft gezorgd. Vorig jaar kreeg deze partij ook in de Ierse republiek 2,4 procent van de stemmen.
Maar net als bij het referendum over de Europese grondwet in Nederland zegt politieke steun niets over het gevoelen in de samenleving. Allerlei groepen en geldschieters hebben zich in Ierland verenigd in een krachtige neecampagne.
De tegenstanders hebben verscheidene bezwaren. Ze zijn bijvoorbeeld bang voor de Ierse soevereiniteit. Ierland verliest immers een permanente zetel in de Commissie en ook het gebruik van het veto in de raad van ministers wordt aan banden gelegd. Verder vreest men dat het land, dat voor 87 procent rooms-katholiek is, vroeg of laat het verbod op abortus moet schrappen.
Het bedrijfsleven in Ierland floreerde de afgelopen jaren onder meer door de lage ondernemersbelasting. De regering garandeert dat Brussel daarvan afblijft, maar bedrijven zijn bang dat Ierland niet kan achterblijven als Europa aan harmonisatie van belastingen gaat doen.
De leider van Sinn Fein, Gerry Adams, veegt de vloer aan met de verzekering van de premier dat er geen „beter akkoord denkbaar” was. „De beste garantie op een betere deal is als je tegenstemt”, aldus Adams. „Pas dan breng je de regering in een betere onderhandelingspositie.”
Premier Cowen kwam de laatste weken ook onder vuur omdat hij had toegegeven het verdrag „niet van kaft tot kaft” te hebben gelezen. Cowen was als minister van Buitenlandse Zaken bij de onderhandelingen over diverse EU-verdragen betrokken en aan zijn deskundigheid wordt daarom niet getwijfeld. Toch noemt de multimiljonair Declan Ganley -die de neecampagne domineert- Cowen al weken ”De man die het verdrag niet heeft gelezen”.
Voor Cowen zelf is dit referendum ook cruciaal. Krijgt het een meerderheid, dan is dat een kroon op zijn carrière. Wordt het weggestemd, dan is het de vraag of Cowen zelf kan aanblijven. Vrijdagmiddag weet Cowen welke wending zijn loopbaan neemt.