„Israël kan raketaanval Irak aan”
Israël is momenteel veel beter in staat een Iraakse raketaanval af te slaan dan tijdens de Golfoorlog van 1991, zo heeft de voormalige Israëlische minister van Defensie Mosje Arens maandag gezegd.
Arens, die bewindsman was in 1991, stelde dat zijn vaderland tegenwoordig beschikt over een sterk afweersysteem en eigen waarnemingssatellieten. Voorts heeft de Iraakse leider Saddam Hussein volgens Arens tegenwoordig minder redenen voor een aanval dan tien jaar terug. „Onze situatie is vandaag de dag anders, aanzienlijk beter”, aldus Arens.
De Amerikaanse president George Bush heeft door laten schemeren op korte termijn een aanval op Irak te willen uitvoeren om Saddam af te kunnen zetten. Volgens het Witte Huis is Saddam een gevaar voor de regio en poogt zijn bewind massavernietigingswapens te ontwikkelen.
Het Israëlische antiraketsysteem Arrow, dat in samenwerking met de VS is ontwikkeld, heeft goed gefunctioneerd in tests en is in het hele land opgesteld. „Wij hebben een wapensysteem dat een goede kans heeft ballistische raketten te onderscheppen”, zei Arens.
Andere Israëlische experts geloven niet zo erg in het systeem. „Het is zeer moeilijk een kogel met een kogel te raken”, zegt defensiespecialist Gerald Steinberg van de Bar Ilan Universiteit in Tel Aviv. „Men gaat ervan uit dat er twee Arrows nodig zijn om één Scud neer te halen. Door het aantal Scuds op te voeren of nepraketten af te vuren, kan de vijand de voorraad Arrows snel tenietdoen.”
Steinberg voegde eraan toe dat de Scuds met een prijs van rond de 100.000 euro relatief goedkoop zijn, terwijl de Arrows 1 miljoen euro per stuk kosten. Reuven Pedatzur, een kenner van de raketdefensie, zei dat als een Arrow een raket met een nucleaire, chemische of biologische kop raakt, de gevolgen voor de bevolking nog steeds catastrofaal zijn.
Hij wees er ook op dat een neergehaalde Scud ook Jordanië, Syrië of Palestijnse gebieden op de Westelijke Jordaanoever zou kunnen treffen.
Toestellen van de Amerikaans-Britse coalitie die toezicht uitoefenen over Zuid-Irak hebben een Iraakse bunker met communicatieapparatuur gebombardeerd. Het Amerikaanse militaire opperbevel maakte dit maandag bekend.
Het bombardement van zondag was een vergeldingsactie omdat Irak luchtdoelraketten of luchtafweergeschut tegen toestellen van de coalitie had ingezet - volgens de Amerikanen de zeventigste keer dit jaar.
Het Iraakse persbureau INA meldde dat „vijandelijke gevechtsvliegtuigen” zondag civiele installaties in de provincie Wassit, 145 kilometer ten zuiden van Bagdad, hadden beschoten.
Irak beschouwt de instelling van vliegverboden boven Noord- en Zuid-Irak als een schending van zijn soevereiniteit. Het verbod werd in 1991 ingesteld ter bescherming van de Koerdische en de sjiitische minderheden.