Dat betoogde Deltaplan–expert Jan Hoogland donderdag in een speciale hoorzitting van het Amerikaanse Congres in Washington naar aanleiding van de orkaan Katrina. Hij zei dat politieke zekerheid destijds de basis vormde voor de Deltawerken en nog steeds de basis is voor het Nederlandse waterbeheer.

De oud–directeur van Rijkswaterstaat was een van zes technische deskundigen die door de commissie waren uitgenodigd om hun visie te geven op de mogelijke toekomst van het getroffen gebied. De Nederlander zei het „een eer" te vinden en wees erop dat ons land inmiddels een schat aan ervaring en deskundigheid heeft.

Volgens Hoogland, de spil achter de Wet op de Waterkering, zijn natuurrampen onmogelijk te voorkomen. Hij legde de commissie uit dat in Nederland daarom verschillende risiconiveaus voor overstromingen worden gehanteerd en geaccepteerd. Een Nederlander die honderd jaar in de Randstad leeft, heeft sinds het Deltaplan een kans van 1 procent dat hij een catastrofale watersnoodramp meemaakt. De commissie was ook bijzonder geïnteresseerd in de kosten van de Deltawerken, die volgens Hoogland 15 miljard in huidige dollars bedroegen.

Financiering van de wederopbouw en eventuele nieuwe waterkeringsplannen in New Orleans en aan de Amerikaanse Golf zijn een heet hangijzer in het Congres. Het is moeilijk duidelijk te maken aan iemand in Colorado waarom hij zou moeten betalen voor iemand die duizenden kilometers verderop ervoor kiest in een potentieel overstromingsgebied te wonen.

In Nederland woont 60 procent van de bevolking bij zee of langs rivieren die kunnen overstromen.