Een meerderheid van de Tweede Kamer wil dat kippen, eenden en ander pluimvee onmiddellijk verplicht worden binnengehouden. De maatregel is nodig om tijdens de vogeltrek besmetting met een variant van de vogelgriep te voorkomen. Kippen moeten naar buiten, stelt ir. S. C. van de Wouw
in reactie op dat idee.
Pleitbezorgers van de bio-industrie willen ons doen geloven dat buiten lopende kippen levensgevaarlijk zijn. Zou het echt kunnen dat onze samenleving niet meer geschikt is om dieren buiten te houden? Is dat niet de wereld op zijn kop? In de vrees voor vogelpest in Nederland krijgt merkwaardig genoeg de diervriendelijk gehouden kip de schuld in de schoenen geschoven om de door en door zieke bio-industrie buiten schot te kunnen houden.
Nederland is het meest veedichte land te wereld. Nergens zitten zo veel kippen, varkens en kalveren als levende veestapels op elkaar gepropt in volstrekt onnatuurlijke omstandigheden. Honderdduizenden kilo’s antibiotica en cocktails aan andere medicijnen worden jaarlijks in onze landbouwdieren gestopt, die in steriele, krappe en donkere stallen kunstmatig overeind worden gehouden.
Dagelijks wordt bijna elk veebedrijf meermalen door vrachtwagens bezocht. Vrachtwagens die van het ene naar het andere bedrijf rijden en waarbij de AID met grote regelmaat constateert dat ze de hygiëne onvoldoende in acht nemen. Dagelijks worden circa 2 miljoen kuikens, 50.000 varkens en tienduizenden andere dieren over de Nederlandse wegen vervoerd. Op veemarkten worden dieren af en aan gesleept, letterlijk.
Kalveren van nog geen week oud worden massaal uit Oost-Europese landen opgekocht, vetgemest in krappe Nederlandse stallen en na een paar maanden weer levend op transport gesteld naar slachthuizen in Italië en Spanje omdat dat een paar dubbeltjes goedkoper is dan slachten in eigen land. Een juichend persbericht van landbouwminister Veerman in juni kondigde de hervatte export van levende runderen naar Rusland aan. De export van runderen naar het Midden-Oosten of Afrika wordt kunstmatig met EU-subsidies rendabel gehouden.
Inenten tegen diverse besmettelijke dierziektes is verboden omdat dat de exportbelangen in gevaar kan brengen. Dertig miljoen kippen werden in 2003 als tomaten doorgedraaid voordat met een kipvrije zone van een paar kilometer de epidemie tot stilstand kon worden gebracht.
Een explosieve situatie is gecreëerd maar elk dubbeltje dat aan levende export en import, veemarkten en steriele bio-industriestallen wordt verdiend moet behouden blijven, als het aan dit kabinet ligt. Dus wordt naar cosmetische maatregelen gezocht die daadkracht suggereren maar waarmee de bio-industrie als grootste risicofactor buiten schot blijft. Maatregelen zoals een ophokplicht waarbij de kip en diervriendelijke boeren de prijs betalen en niet de veroorzaker van de problemen: de bio-industrie.
Maatregelen
Dus suggereert de Tweede Kamer, uit angst voor trekvogels die mogelijk uitloopkippen zouden kunnen besmetten, een ophokplicht voor kippen. Van trekvogels wordt vermoed dat ze een laagpathogeen virus bij zich kunnen dragen maar het is een hoogpathogeen virus dat nu in Azië en Siberië heerst.
Diervriendelijke boeren met uitloopkippen nemen terecht alle zorgvuldigheid in acht en controleren vier keer vaker op (vogel)griepvirussen dan de bio-industriebedrijven doen. Daarmee zijn juist diervriendelijke kippenbedrijven de veiligste van het land. Met een ophokplicht zou dit kabinet de diervriendelijke veehouderij slachtofferen om de aandacht van de explosieve structurele problemen in de bio-industrie af te leiden. Juist daar zijn maatregelen hard nodig. Nergens anders in Europa wordt een ophokplicht overwogen. Wakker Dier roept het tweede kabinet-Balkenende op om niet weer het dieronvriendelijkste jongetje van de klas te gaan uithangen.
De auteur is beleidsmedewerker van de Stichting Wakker Dier.