Industrie reageert vol onbegrip op uitspraken CPB-directeur
FME, de ondernemersorganisatie voor de technologische industrie, begrijpt weinig van de twijfels die CPB-directeur Pieter Hasekamp vrijdag uitte over het behoud van de Nederlandse industrie. „De Nederlandse technologische industrie is onmisbaar voor ons toekomstig verdienvermogen én onze strategische autonomie”, reageert voorzitter Theo Henrar op de website van FME.
Hasekamp van het Centraal Planbureau (CPB) zei onder meer dat strategische onafhankelijkheid voor Europa ook met behoud van de industrie „een illusie” is. Ook zou een verplaatsing naar andere landen klimaatwinst kunnen opleveren als hier meer groene energie beschikbaar is. „Het is daarom verstandig als Nederland zich niet vastklampt aan bestaande industrieën, maar zich specialiseert in activiteiten waar het een comparatief voordeel heeft.”
„Ecosystemen zijn niet zomaar te verplaatsen. Ze zijn opgebouwd uit jarenlange samenwerking tussen bedrijven, kennisinstellingen en infrastructuur. Wie het idee heeft dat deze ketens eenvoudig ergens anders opnieuw kunnen worden opgebouwd, onderschat hoe diep ze verankerd zijn”, reageert Henrar.
„Een land dat geen staal of chemie meer produceert, verliest niet alleen strategische controle, maar ook de mogelijkheid om eigen hightech en verduurzaming op te schalen. Grote spelers als ASML, NXP, VDL, DAF, Lely, Philips en Damen zijn ingebed in waardeketens van duizenden gespecialiseerde maakbedrijven. De technologische industrie in Nederland vormt een hecht ecosysteem van ruim 38.000 bedrijven die samen goed zijn voor 6,7 procent van het bbp en 360.000 hoogwaardige banen”, zegt Henrar.