Minder erosieschade windturbines op zee mogelijk, stelt TNO
Een groot deel van de schade aan windturbines op zee door erosie ontstaat in slechts twaalf uur per jaar. Dat komt naar voren uit onderzoek onder leiding van TNO. De schade ontstaat vooral door de snelheid waarmee de bladen draaien bij hevige regenval. De windenergiesector kan met dit inzicht miljoenen euro’s aan onderhoud besparen, aldus het onderzoeksinstituut.
Het onderzoeksinstituut wist dat hevige regenval leidt tot erosie, maar het inzicht dat dit in zo’n relatief korte tijd gebeurt, is nieuw. „Met deze kennis kunnen windparkexploitanten nu preventief de snelheid van de turbines verlagen om ernstige schade te voorkomen waardoor de onderhoudskosten naar beneden kunnen”, zegt onderzoeker windenergie Mijle Meijer van TNO. „Want doordat er beter ingeschat kan worden wanneer de snelheid van de windturbines omlaag moet, treedt er überhaupt minder snel schade op.”
TNO heeft een jaar lang metingen uitgevoerd op de Noordzee. De analyse wees uit dat ongeveer 30 procent van de jaarlijkse erosieschade aan de bladen van windturbines in slechts twaalf uur ontstaat, bij een combinatie van harde wind en flinke regenval. De schade ontstaat wanneer de tip van het windturbineblad een snelheid bereikt van 325 kilometer per uur bij 7,5 millimeter regenval per uur.
TNO concludeert verder dat er verschillen zijn binnen het Noordzeegebied. De beschermende coatings op windturbinebladen in het noordoostelijke deel van de zee gaan 20 procent minder lang mee dan in het zuidwestelijke deel. Dat komt door de combinatie van meer wind en regen in het eerste gebied, wat tot versnelde erosie leidt.