Meditatie: Het offer van Christus
„Indien het tarwegraan in de aarde niet valt en sterft, zo blijft het alleen.”
Johannes 12:24a
We kunnen er niet aan voorbijgaan dat Christus in onze tekst erbij zegt: „zo blijft het alleen”. Hiermee bedoelt Hij wellicht, dat Hij Zélf even gelukzalig en even heerlijk zou zijn als Hij niet stierf. Hij was God, boven alles te prijzen in der eeuwigheid. Hij had heerlijkheid bij Zijn Vader eer de wereld was. Ook zou Hij ermee kunnen zeggen dat het voor de Zijnen tot schade en tot hun ongeluk zou zijn indien Hij niet in de dood werd overgegeven. Als Hij Zijn erfenis miste, dan zouden zij hun zaligheid nooit ontvangen. Hij moest dus in hun plaats sterven tot hun verlossing.
Laten we nu eens bezien wat er nog meer mee samenhangt: „Indien het tarwegraan in de aarde niet valt en sterft, zo blijft het alleen”. De schuld van Adam is gekomen over alle mensen. Nu moest God vlees en bloed uit dat zondige mensengeslacht aannemen en in de plaats van de uitverkorenen de dood ondergaan, om voor hen het leven en de onsterfelijkheid aan te brengen. Indien Hij dit niet zou doen, moest het gehele menselijke geslacht eeuwig onder de dood blijven liggen. Daarom: de zonde moest veroordeeld worden in het vlees en vernietigd worden door het offer van de Borg.
Frederik van Houten,
predikant te Middelburg
(“De noodzaak van Christus’ dood”, Reveilserie nr. 202, maart 1984)