Trump wil geen NAVO-landen verdedigen die te weinig bijdragen
De Amerikaanse president Donald Trump dreigde donderdag dat NAVO-bondgenoten niet op Amerikaanse militaire hulp hoeven te rekenen als ze financieel in gebreke blijven. „Als ze niet betalen, ga ik ze niet verdedigen.”

„Dat is een kwestie van gezond verstand, toch?” zei Trump donderdag tegen verslaggevers in het Witte Huis. Hij eist opnieuw dat NAVO-landen meer aan defensie moeten uitgeven dan de 2 procent van hun bruto binnenlands product die in 2014 is afgesproken. „Ze zouden meer moeten betalen”, aldus de Amerikaanse president, die naar een norm van 5 procent wil. De VS halen dat percentage overigens zelf ook niet.
De Amerikaanse nieuwszender NBC News sprak eerder deze week met vier ingewijden die op basis van anonimiteit verklaarden dat Trump een geheel nieuwe invulling aan het NAVO-lidmaatschap van zijn land wil geven. Kern daarvan is dat Amerika alleen die bondgenoten verdedigt die voldoende aan defensie uitgeven.
Om op dat beleid voor te sorteren, liggen meerdere opties op tafel, aldus deze bronnen. Zo zouden de VS overwegen om Amerikaanse troepen te verplaatsen naar landen die genoeg geld in de eigen verdediging steken.
Zo’n koerswijziging staat haaks op de bestaande afspraken binnen het bondgenootschap. Volgens artikel 5 van het NAVO-verdrag geldt een aanval op een van de lidstaten als een aanval op alle aangesloten landen. Elke partner is gehouden om in dat geval te hulp te schieten.
Verwijdering
Het dreigement van Trump is een nieuwe stap in de verwijdering tussen de VS en Europa. Die groeiende kloof is extra zorgwekkend nu Washington de militaire steun aan Oekraïne tijdelijk heeft stopgezet, toenadering tot Rusland zoekt en Europa onder druk zet om voor zijn eigen veiligheid te zorgen.
De VS leveren binnen de NAVO verreweg het grootste aandeel qua militaire capaciteit. De afgelopen decennia schuilden de Europese lidstaten onder die Amerikaanse veiligheidsparaplu. De signalen uit het Witte Huis onderstrepen eens te meer de noodzaak voor Europa om meer aan defensie uit te geven.
De leiders van de 27 EU-landen spraken daarom donderdag op een ingelaste top in Brussel af om tot 800 miljard in Europese defensie te investeren. Ook zegden zij –overigens buiten Hongarije om– extra steun aan Oekraïne toe.
De Hongaarse premier Viktor Orbán, die als meest pro-Russische EU-leider bekendstaat, bleef zich tegen extra steun aan Oekraïne verzetten. Daarop besloten de 26 anderen zich zonder Hongarije daarover uit te spreken. De Slowaakse minister-president Robert Fico protesteerde ook, maar ging toch akkoord. Hij lijkt tevreden met de toevoeging dat de Europese Commissie een oplossing zoekt voor de invoer van Russisch gas.