„Dit provinciebestuur is stabiel genoeg”, zei VVD-fractievoorzitter Ton Serlie. „De Gedeputeerde Staten kunnen gewoon doorgaan met hun werk. Ik geloof niet dat nu allerlei voorstellen met 23 tegen 24 geblokt worden.” Serlie nodigde oppositiepartijen met minimaal drie zetels uit om het gesprek aan te gaan over een mogelijke samenwerking met de coalitie. Dat zijn, naast Provincie Belang Overijssel dat bestaat uit vijf Statenleden die de BBB hebben verlaten, alleen CDA (vier) en de ChristenUnie (drie).

„We gaan rustig praten met partijen die ons kunnen helpen aan de meerderheid die je in het algemeen wel nodig hebt”, aldus de VVD-voorman. „Dat mag van mij wel een tijdje duren, we kunnen daar gerust een half jaar over doen. Lukt het niet, dan ook goed.”

Alleen GroenLinks gaf duidelijk aan terug te willen naar een meerderheidscoalitie. „We willen vanuit de huidige coalitie op zoek gaan naar een meerderheid, met als doel om het huidige coalitieakkoord succesvol uit te voeren”, aldus fractievoorzitter Lucas Brinkhuis.

Volgens PvdA-fractievoorzitter Peter Hermans zijn zowel de uitvoering van het coalitieakkoord als de stabiliteit van het beleid „niet in gevaar”. De PvdA wil daarom rustig verkennen „waar we op uitkomen: een meerderheid of een minderheid”. SGP-voorman Jan Jonker vindt het „wenselijk” om als coalitie een meerderheid te hebben. „Maar dat betekent niet dat de SGP bij voorbaat een minderheidscoalitie afschrijft.”

De BBB, ook na twee breuken nog altijd de grootste fractie met negen zetels, ziet volgens fractievoorzitter Carla Evers „nog steeds een brede coalitie” en steun binnen Provinciale Staten voor het bestuur en het coalitieakkoord. „We bekijken de komende tijd of deze nieuwe situatie het college voldoende steun biedt en blijft bieden, of dat aanpassingen nodig zijn”, aldus Evers.