Meditatie: Rijke dwaas!
„En ik zal tot mijn ziel zeggen: Ziel, gij hebt vele goederen, die opgelegd zijn voor vele jaren; neem rust, eet, drink, zijt vrolijk.”
Lukas 12:19
Als wij over de dood dachten, zouden wij dan zo zorgeloos kunnen zijn in onze rekening met God en zo weinig bezorgd over wat er van onze onsterfelijke ziel zal worden en leven alsof er geen eeuwig leven was? Evenals de mensen van de oude wereld deden, die aten en dronken en nooit hun tred, om zo te spreken, eens veranderden? Ach! Is het nu met de meesten zo niet gesteld? De dood blikkert, als een valk uit de lucht, op de meeste mensen die niet op hun hoede zijn, terwijl zij deze algemene waarheid niet tot ware gebruikmaking geloven.
Er zou zo’n diepe en ongevoelige gerustheid niet kunnen zijn als er ernstige gedachten en een wezenlijk geloof van de dood waren. De grote aardsgezindheid, de onverzadigbare gretigheid en begeerlijkheid naar de dingen van de wereld, alsof die er onophoudelijk zouden blijven, spreken dit klaar en overtuigend uit. Geloof mij, het ernstig denken over de dood zou ons aftrekken van deze dingen. De mensen, helaas, zoeken hier een geluk in de tijd, alsof zij een eeuwigdurend verblijf in de wereld zouden hebben. Zoals die arme rijkaard in het Evangelie, die beestachtig genoeg tot zijn ziel zei: „Ziel, gij hebt vele goederen, neem rust, eet, drink, wees vrolijk. Maar God zei tot hem: Gij dwaas! In deze nacht zal men uw ziel van u afeisen.”
_James Durham,
predikant te Glasgow
(”De gelukzaligheid van de stervenden in de Heere”, 1735)_