Minister weerlegt kritiek BBB op RIVM-onderzoek geitenhouderijen
Het is geen toeval dat mensen die dicht bij geitenboerderijen wonen vaker longontsteking hebben. BBB-leider Caroline van der Plas suggereerde tijdens een Kamerdebat dat er een „schijnverband” is, maar zorgminister Fleur Agema (PVV) wees haar terecht: „er is een sterk verband, elf jaar lang, tussen wonen bij een geitenhouderij en longontstekingen”.
Van der Plas wees in haar betoog vooral op de beperkte groep patiënten die deelnam aan een RIVM-onderzoek naar gezondheidsrisico’s rond geitenhouderijen. Agema legde uit dat dit vooral kwam doordat de studie gehouden werd tijdens de coronapandemie. Huisartsen waren overbelast en hadden geen tijd voor extra onderzoek. Dat deelnemers daardoor moeilijk te vinden waren, wil niet zeggen dat ze er niet waren, aldus de minister.
Agema benadrukte ook dat er een afstandsrelatie is. Hoe dichter iemand bij een geitenhouderij woont, hoe groter het risico. „Het kan eigenlijk niet feitelijker dan dit.” In totaal lopen volgens het RIVM 1,5 miljoen mensen een verhoogd risico omdat zij in de buurt van een van de 455 geitenbedrijven wonen. Duizenden mensen worden daadwerkelijk ziek, van wie er tientallen overlijden. „Dat is best fors voor zo’n kleine sector”, aldus de minister.
Het kabinet heeft de Gezondheidsraad gevraagd om nog dit jaar te adviseren over eventuele maatregelen. Op aandringen van onder meer de VVD gaat Agema vragen of dat ook sneller kan. Maar het moet wel zorgvuldig, benadrukte zij. „Dat neemt de tijd die het nodig heeft.”
Agema zei ook dat er geen verschil van mening is tussen haar en landbouwminister Femke Wiersma (BBB), wel een „verschil van invalshoek”. Zelf kijkt zij meer naar de volksgezondheid, Wiersma naar het belang van boeren en hun gezinnen. „Maar we hebben allebei oog voor de andere kant”, benadrukte zij. „Er ligt nu een koers die volgens ons beiden verstandig is.”