Heinen deelt zorgen over politieke onrust in Frankrijk
Minister Eelco Heinen (Financiën) deelt de zorgen over de politieke onrust in Frankrijk. Het land staat voor een „gigantische” opgave om de overheidsfinanciën te verbeteren, maar daar lijkt met de dreigende val van het kabinet weinig van terecht te komen, ziet ook Heinen.
„Je ziet het politiek helemaal vastlopen daar”, zei Heinen tijdens een Kamerdebat. Dat de financiële markten daarop reageren en de rente op Franse staatsleningen oploopt, vindt hij niets om meteen zenuwachtig van te worden. Zo hoort het te werken, benadrukte hij. Maar het is wel iets om in de gaten te houden. „Dat dit ook belangrijk is voor Europa als geheel, dat staat buiten kijf.”
Het Franse begrotingstekort komt dit jaar naar verwachting uit boven de 6 procent van de omvang van de economie. Dat is twee keer zoveel als toegestaan volgens de Europese begrotingsregels. Ook de staatsschuld is veel te hoog. De regering-Barnier heeft een begroting ingediend waarmee in ieder geval het tekort volgend jaar zou dalen. Maar radicale partijen op zowel de linker- als de rechterflank zijn het daarmee oneens en willen het kabinet naar huis sturen.
Ook in de Kamer zijn de zorgen over de politieke instabiliteit in Frankrijk groot. „De cijfers zijn dramatisch, en die lopen alleen maar op”, zei Kamerlid Tom van der Lee van GroenLinks-PvdA. De Franse regering heeft geen meerderheid voor de verbeterplannen die aan Brussel zijn beloofd. Die zullen dus „een fata morgana” blijken te zijn, vreest Van der Lee.
PVV’er Henk Vree is, wijzend op de Franse situatie, woest over de „tik op de vingers” die Nederland vorige week kreeg van de Europese Commissie. Het dagelijks bestuur van de EU wees erop dat het Nederlandse tekort weliswaar nu nog aan de norm voldoet, maar daar zonder bijsturing op de langere termijn boven dreigt te komen. „Waar haalt de EU het lef vandaan om ons te bekritiseren”, zei Vree. „Onze begroting is keurig op orde.”
Heinen beaamde dat. De Europese Commissie vond het volgens de minister ook „ongemakkelijk” dat juist Nederland een terechtwijzing kreeg, terwijl geen enkel land op dit moment zo’n laag tekort heeft. Tegelijkertijd heeft Nederland nog bewegingsruimte, benadrukte hij. Landen die nu al een te hoog tekort hebben, „moeten gaan leveren dit voorjaar”.
Heinen gaf Brussel er wel opnieuw gelijk in dat Nederland meer moet doen om ook in de toekomst zulke mooie rapportcijfers te kunnen blijven overleggen. Zonder ingrijpen blijven de overheidsuitgaven de komende jaren oplopen.