BuitenlandReportage

In Albanië is werk genoeg, maar Albanezen vertrekken liever naar de EU

Een op de drie Albanezen woont in het buitenland. De uittocht naar de EU is zo groot dat er arbeidstekorten ontstaan. Die worden gevuld door Aziatische en Afrikaanse migranten. „Dit land heeft een nieuw economisch model nodig.”

Thijs Kettenis, Trouw
25 November 2024 17:32
De fabriekshal van een schoenenfabriek net buiten de Albanese hoofdstad Tirana. Er werken veel migranten. beeld Thijs Kettenis
De fabriekshal van een schoenenfabriek net buiten de Albanese hoofdstad Tirana. Er werken veel migranten. beeld Thijs Kettenis

IJverig strijkt ze met een dikke kwast vet over een stuk leer. Daarna legt ze het onder een naaimachine, voor de stiksels. „Ik maak de tong, het belangrijkste onderdeel van de schoen”, zegt Karuna Basnet (26) glunderend. Aan de kop van een productielijn in een schoenenfabriek vlak buiten de Albanese hoofdstad Tirana moet ze er zelf om lachen.

Vlak naast haar knippen collega’s vilt, en even verderop stanst een man met een machine gaten in wit leer voor de veters van wat duidelijk een sportschoen wordt. Vlak voor een enorme schuifdeur staan dozen klaar met halve schoenen. Hier eindigt het werk van deze fabriek: de halffabricaten gaan op de boot naar Italië, waar ze een zool krijgen, evenals het label ”Made in Italy”.

Een fabriekshal als veel andere in Albanië, maar wat opvalt: boven het geluid van het stansen, stikken en knippen uit hoor je niet alleen Albanees. „Ik ben hier bijna twee jaar geleden heen gekomen uit Nepal”, vervolgt Basnet.

Ze heeft hier elf collega’s uit haar land. „Het zijn de eerste werknemers die we hebben uit Nepal. Daarnaast zijn er nog twintig uit Myanmar”, vertelt Donika Mici, eigenaar en directeur van de fabriek, in haar werkkamer naast de hal. Mici is een prominente figuur in het Albanese zakenleven: ze geldt als de eerste vrouw met een eigen bedrijf na de val van het communisme begin jaren negentig.

En wat haar betreft komen er binnenkort meer buitenlanders bij. „Een paar jaar terug had ik 180 mensen in dienst, nu nog maar 120. Er is werk genoeg, maar een groot deel van mijn Albanese werknemers is naar de EU verhuisd. Voor een beter leven en voor een beter salaris.”

Donika Mici, eigenaar van de fabriek. beeld Thijs Kettenis

Spookdorpen

Niet alleen Mici ziet zich voor een probleem gesteld, en ook niet alleen Albanië. Op de hele Balkan nemen de arbeidstekorten in rap tempo toe. Bulgarije, Roemenië en Kroatië hebben er al langer mee te maken: zij traden in 2007 (Bulgarije en Roemenië) en 2013 (Kroatië) toe tot de EU, waardoor vrijwel niets hun inwoners in de weg stond om zich in West-Europa te vestigen.

Dat deden ze in zulke grote mate dat bijvoorbeeld in Bulgarije spookdorpen zijn ontstaan. Ook in Kroatië loopt in rap tempo het platteland leeg, waardoor de vrees bestaat dat over enkele decennia alleen de hoofdstad Zagreb en de toeristische kust er nog toe doen.

Nu is emigratie bepaald geen nieuw fenomeen op de Balkan. In de tweede helft van de vorige eeuw vertrokken, soms in golven, honderdduizenden inwoners naar elders in Europa, als gastarbeiders of op de vlucht voor oorlog. Nieuw is de aanzuigende werking die uitgaat van de grote arbeidstekorten in de EU in sectoren als de IT en gezondheidszorg.

Dat betekent dat naast fabrieks- en landbouwmedewerkers ook bijvoorbeeld artsen en technici in diverse EU-landen makkelijk een werkvergunning kunnen krijgen. Ook als ze uit landen komen die alleen nog maar kandidaat zijn om tot de EU toe te treden.

„Een groot deel van mijn Albanese werknemers is naar de EU verhuisd. Voor een beter leven en voor een beter salaris” - Donika Mici, directeur van een schoenenfabriek

Er zijn geen eensluidende cijfers over de afgelopen paar jaar, maar volgens diverse bronnen verloor Servië in tien jaar tijd 7 procent van zijn bevolking, Bosnië en Herzegovina 10 procent en Albanië maar liefst 15 procent, en niet alleen door lage geboortecijfers.

Inmiddels woont een kwart van iedereen die op de Westelijke Balkan geboren is in het buitenland, van de Albanezen een derde. De Verenigde Naties waarschuwen dat Bosnië en Herzegovina als het zo doorgaat over vijftig jaar 60 procent van zijn inwoners kwijt is, en Albanië aan het eind van de eeuw twee derde. „Vooral na de covidepidemie gaat het heel hard”, merkt directeur Mici.

Corruptie

In een recente enquête in haar land zei een zesde van de ondervraagden binnenkort zijn biezen te willen pakken. In een park in het centrum van Tirana liggen de voorbeelden voor het oprapen. „Ik heb vier maanden in Duitsland gewerkt. Vanwege een hoger loon. Ik ben teruggekomen omdat er een probleem was met papieren, maar kijk of ik weer kan gaan”, zegt de 29-jarige Fabion Qosja. Zijn halve familie woont inmiddels in het buitenland.

Tussen Eno Roshi (36) en zijn vrienden is emigreren een van de regelmatig terugkerende gespreksonderwerpen. Zelf is hij niet van plan te vertrekken, omdat hij een succesvol eigen bedrijf in de verkoopadvisering heeft. Maar: „Ik heb familieleden in Italië, Duitsland en Zweden. Ze zijn gelukkig daar, en zijn niet van plan terug te komen.” Denisa Dybeli (31) noemt behalve hogere salarissen nog een reden om naar de EU te verhuizen, al duurt het even voor ze op het woord kan komen. „Corruptie, ja! Hoe raad je het zo? Daarmee moeten we echt de strijd aangaan.”

Denisa Dybeli. beeld Thijs Kettenis

Ook in andere landen op de Balkan wijst onderzoek uit dat inwoners lang niet altijd alleen vanwege geld verkassen. Wel is dat de belangrijkste overweging en dat is niet zo vreemd: in de Benelux en Duitsland liggen de lonen gemiddeld drie keer zo hoog als op de Balkan, en dat is na correctie voor verschillen in prijspeil, valt te lezen in een rapport van de Wereldbank van vorige maand.

Maar onvrede over de kwaliteit van onderwijs en de gezondheidszorg zijn net zo goed van belang. En ook corruptie en vriendjespolitiek jagen mensen weg. Zonder omkoping en de juiste connecties kom je nergens, is het idee. Dat was altijd al zo, maar nu heeft wie daar genoeg van heeft ineens een stuk meer alternatieven.

Niet gevaarlijk

Met als gevolg dat ze in landen die voorheen bekendstonden om hun hoge werkloosheid nu ver over de grens moeten kijken om arbeidstekorten op te vullen. Verstrekte Kroatië in 2022 nog 110.000 werkvergunningen aan buitenlanders, in 2023 waren dat er 173.000, en na de eerste helft van dit jaar stond de teller al op 143.000. De meeste in het toerisme, maar ook de bouw en de IT staan te springen om werknemers.

Volgens de centrale bank van het land is er een tekort aan 400.000 arbeidskrachten. Tot voorheen hielpen veelal inwoners uit het naburige Bosnië en Herzegovina de Kroaten uit de brand: ze spreken dezelfde taal en delen deels dezelfde cultuur en historie, dus aanpassingsproblemen waren er nauwelijks. Maar nu trekken veel Bosniërs zelf naar bijvoorbeeld Duitsland, waar ze een stuk meer kunnen verdienen, onder betere omstandigheden. En dus verwelkomen ze in Kroatië nu collega’s uit Nepal, India en de Filipijnen. De regering is van plan de duur van de vergunningen te verlengen van één naar drie jaar.

In Albanië gaat het om kleinere aantallen, maar ook Tirana verstrekte dit jaar duizenden werkvergunningen. Fabrieksmedewerker Basnet wist niet veel van Albanië, behalve dat ze er makkelijk aan het werk kon. „Een bemiddelaar belde me met het aanbod voor meiden om hier aan de slag te gaan. Het werk is heel geschikt hier, niet gevaarlijk.”

Medewerker Karuna Basnet werkt aan een sportschoen. beeld Thijs Kettenis

Ze verdient hetzelfde als haar Albanese collega’s, genoeg om haar familie in Nepal deels van te onderhouden. Haar verblijf kost haar nauwelijks iets. Ze slaapt gratis in een eenvoudige kamer in een wooncomplexje op het fabrieksterrein. Als om elf uur de bel klinkt, loopt ze naar het bedrijfsrestaurant en schept ze een maaltijd op – bloemkool, bereid volgens Nepalees recept. Ze kookt er ook regelmatig zelf. „Al is dat nooit zo lekker als thuis! En als we de stad ingaan, eten we natuurlijk Albanees.”

Huisarrest

Directeur Mici pakt in haar kantoor een halffabricaat van een schoen van een plank achter zich. „De nieuwe werknemers kosten me tot 20 procent meer. Ik betaal ook de vliegtickets, en we halen ze op van het vliegveld. Allemaal geld dat ik graag aan Albanezen zou geven, maar ik kan ze niet vinden.”

Maar is het in groten getale binnenhalen van werknemers uit Azië en Afrika wel de oplossing voor het emigratieprobleem waar de Balkanlanden mee kampen? Een verzoek aan een woordvoerder van de Albanese regering om daarover te praten, blijft onbeantwoord. Oppositieparlementariër Jorida Tabaku weet het wel: „Dit land heeft een ander, nieuw economisch model nodig, gebaseerd op eerlijke concurrentie en beloning naar prestatie”, zegt ze in de vergaderzaal van de parlementaire commissie voor Europese Zaken, waarvan ze voorzitter is.

„Vandaag de dag geloven mensen niet dat ze het redden met eerlijk werk. En dat probleem gaat niet weg door Albanezen door buitenlanders te vervangen.” Wat haar betreft moeten premier Edi Rama en zijn Socialistische Partij, die tegenstanders beschuldigen van grootschalige corruptie en vriendjespolitiek bij bijvoorbeeld de razendsnelle ontwikkeling van Tirana, het veld ruimen.

Een medewerker van de schoenenfabriek net buiten Tirana. beeld Thijs Kettenis

Alleen één probleem: de leider van Tabaku’s Democratische Partij, ex-president en oud-premier Sali Berisha, staat sinds vorig jaar onder huisarrest op verdenking van… corruptie. Hij zou toen hij aan de macht was de wet zo hebben aangepast dat zijn schoonzoon kon profiteren van lucratieve bouwcontracten. In september werd hij officieel aangeklaagd, en de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk hebben hem op een sanctielijst gezet.

De aanpak van de omkooppraktijken is een speerpunt bij de onderhandelingen voor toetreding tot de Europese Unie, waar alle landen op de Westelijke Balkan lid van willen worden. Maar onder meer doordat machthebbers er volop van profiteren, verloopt dat proces uiterst langzaam. Bovendien is lidmaatschap van de EU geen garantie voor uitroeiing van corruptie – kijk in de regio bijvoorbeeld naar Hongarije, Bulgarije, Roemenië en Kroatië.

Werkvergunning

Economen pleiten voor een rigoureuzere aanpak. „Het land moet een draai maken van 180 graden. We moeten af van het systeem waarin een paar oligarchen die nauwe banden hebben met de politiek de markt domineren en in plaats daarvan echt vrije concurrentie mogelijk maken”, zegt Vehap Kola, verbonden aan de Polytechnische Universiteit van Tirana. Daarmee verklein je de kans op corruptie, maar gaan ook de lonen omhoog en de prijzen omlaag. Die combinatie maakt het aantrekkelijker om in Albanië te blijven.

„Ik ben hier om te werken en zo veel mogelijk geld naar mijn familie te sturen” - Karuna Basnet, werknemer schoenenfabriek

De inzet van migranten noemt Kola hooguit een lapmiddel. Ze helpen ondernemers op korte termijn uit de brand, maar sturen het meeste van hun verdiende loon naar huis. Dat stroomt dus weg uit de Albanese economie. „Op termijn krijgen we zo een crisis in de vraag naar producten en diensten”, legt hij uit.

Er zijn verhalen over misstanden en uitbuiting, van erbarmelijke werkomstandigheden en medewerkers in het toerisme die na het seizoen zonder pardon op straat worden gezet. Bovendien, waarschuwt Kola: een deel van de migranten gebruikt een legaal verblijf in Albanië als springplank voor een illegale doorreis de EU in.

Met dat laatste fenomeen kreeg directeur Mici van de schoenenfabriek ook te maken, toen de eerste groep buitenlandse werkkrachten in het holst van de nacht de grens naar Griekenland overstak. Voor haar des te meer reden om werken in haar fabriek aantrekkelijk te houden. Tijd om te wachten op structurele hervormingen heeft ze niet – zonder buitenlanders vraagt ze zich af of haar bedrijf nog zou bestaan.

Samen met andere ondernemers probeert ze de regering er nu van te overtuigen de maximale duur van een werkvergunning, nu nog twee jaar, op te rekken. Karuna Basnet begint intussen aan haar betaalde overuren aan het eind van de middag. „Ik ben hier om te werken en zo veel mogelijk geld naar mijn familie te sturen”, zegt ze, terwijl ze weer achter de naaimachine plaatsneemt. Doorreizen naar een EU-land is ze niet van plan. „Ik ben blij hier. Als de baas me een nieuw contract geeft, blijf ik zeker.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer