BinnenlandPromotie
Paniek: Nederland polariseert? Maar is dat zo?

De polarisatie groeit schrikbarend. Mensen komen steeds meer tegenover elkaar te staan. Denken we. Maar dat verhaal klopt niet, zegt sociologe Quita Muis. Ze gaat er vrijdag op promoveren.

L. Vogelaar
Protest in Nijmegen tegen de winst van de PVV bij de Tweede Kamerverkiezingen vorig jaar november. beeld ANP, Marcel Krijgsman
Protest in Nijmegen tegen de winst van de PVV bij de Tweede Kamerverkiezingen vorig jaar november. beeld ANP, Marcel Krijgsman

Maar liefst 30 miljoen euro kreeg de Groningse hoogleraar Wittek eerder dit jaar van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) om te onderzoeken hoe de sociale cohesie in de samenleving kan worden versterkt. De verschillende groepen onder de bevolking luisteren immers steeds slechter naar elkaar, begrijpen elkaar niet meer, en door de individualisering raakt de samenhang steeds meer zoek.

Muis is positief over het onderzoek, maar plaatst er wel een kanttekening bij. „Mensen dénken dat de polarisatie toeneemt. De meningen groeien echter helemaal niet uit elkaar.” „Polarisatiepaniek”, noemt ze het.

De Tilburgse promovenda baseert haar conclusie op de European Value Study (EVS), een groot onderzoeksprogramma waarbij universiteiten en onderzoekers uit heel Europa betrokken zijn. Het vergelijkt de opvattingen binnen de Europese volken in de periode 1981-2017. En daaruit blijkt volgens Muis dat die opvattingen niet verder uit elkaar komen te liggen. Soms juist het tegendeel. „Vooral bij hoogopgeleiden is er veel eenstemmigheid. Terwijl zij juist denken dat dit niet zo is.” In dat laatste schuilt een gevaar. „Het kan een zichzelf vervullende voorspelling worden, waarbij de polarisatie wél gaat groeien.”

Dat er onder hoogopgeleiden minder verschil van mening is dan onder lageropgeleiden, is volgens Muis wel opmerkelijk. „De groep hoogopgeleiden is qua afkomst gevarieerder geworden. Vroeger kon alleen de elite studeren, nu ook mensen uit andere bevolkingsgroepen. Toch is er meer homogeniteit. Dat komt doordat mensen zich identificeren met de eigen groep –hoogopgeleiden– en zich daardoor meer conformeren aan de algemene opinie in die groep. Terwijl je juist van hogeropgeleiden mag verwachten dat ze zelfstandig nadenken.”

Felheid

Binnen het EVS worden mensen op tal van onderwerpen bevraagd: medisch-ethische kwesties, economie, immigratie, religie, vertrouwen in de politiek. Daaruit blijkt dat de kloof tussen groepen in de samenleving niet groter wordt. „We denken vaak hetzelfde, maar we menen dat anderen niet hetzelfde denken”, stelt Muis vast. Dat laatste komt doordat mensen andere groepen niet goed kennen. Dat leidt tot de vraag die de titel van het proefschrift is geworden: ”Wie zijn die mensen?”

Quita Muis onderzocht de polarisatie in Europa. beeld Quita Muis

De socioloog noemt de gedachte dat de polarisatie toeneemt verklaarbaar door de felheid waarmee discussies worden gevoerd. Over coronamaatregelen, over het klimaat, over wolven, over asielzoekers. Mensen oordelen harder over elkaar; distantiëren zich van tegenstanders. „Daardoor ontstaat het beeld dat opvattingen verder uit elkaar komen te liggen. Die staan in het algemeen echter niet verder van elkaar af dan enkele tientallen jaren geleden. Wel zijn debatten heftiger van toon. Ook zijn hoger- en lageropgeleiden meer tegenover elkaar komen te staan.”

Ontzuiling

Ouderen en jongeren blijken wat conservatiever dan mensen van middelbare leeftijd. Een mogelijke verklaring is volgens de promovenda dat jongeren vanwege onzekerheid over bijvoorbeeld woningnood en klimaatverandering kiezen voor partijen en leiders met uitgesproken standpunten.

Doordat religie minder belangrijk wordt en de verzuiling wegvalt, is er steeds minder een gedeelde identiteit. „Mensen bepalen nu zelf wat goed en kwaad is. Daardoor wil men daarover niet meer met elkaar in gesprek. En daardoor líjkt het alsof er meer polarisatie is.”

„Mensen bepalen nu zelf wat goed en kwaad is; daardoor wil men daarover niet meer met elkaar in gesprek” - Quita Muis, sociologe

Die indruk wordt ook gewekt doordat extreem-rechtse en -linkse partijen het bij verkiezingen goed doen. Muis relativeert dat: „Je kunt stemgedrag niet gelijkstellen met de waarden van mensen. Mensen veranderen soms op het laatste moment nog van stemkeuze. Hun waarden zijn veel stabieler.”

Asielcrisis

Het EVS-onderzoek richt zich op Europa. „De situatie in Amerika is een ander verhaal. Daar zie je de polarisatie wel toenemen. Religie speelt daar nog een veel grotere rol dan in Europa. Het is echt een andere samenleving.”

Tot op zekere hoogte is polarisatie helemaal niet erg, zegt Muis ook. „Discussie is goed voor een democratie. Het wordt zorgelijk als mensen elkaar afschrijven en niet naar een andere mening willen luisteren.”

Protest in Nijmegen tegen de winst van de PVV bij de Tweede Kamerverkiezingen vorig jaar november. beeld ANP, Marcel Krijgsman

De sociologe noemt het uitroepen van een asielcrisis door het huidige kabinet als voorbeeld. „Men hecht zoveel waarde aan de eigen mening dat gesprek erover niet meer mogelijk is.”

Muis wijst op de rol van sociale media. „Die beïnvloeden meningen niet zozeer, maar bieden wel de mogelijkheid geestverwanten op te zoeken. Vervolgens luister je alleen naar je eigen groep, want dat versterkt je zelfbeeld. Met anderen ben je echter niet meer in gesprek.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl
Meer over
Polarisatie

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer