CU en GroenLinks-PvdA verdedigen plan om haatmisdrijf harder te straffen
De strafmaat voor geweldsdelicten met een discriminatoir oogmerk moet omhoog, vinden GL-PvdA en ChristenUnie. Donderdag behandelt de Tweede Kamer hun wetswijzigingsvoorstel met als inhoud dat de straffen voor dergelijke haatmisdrijven fors verhoogd moeten worden. Vier vragen over dit voorstel.
Het idee om haatmisdrijven harder aan te pakken kwam destijds van voormalig CU-leider Gert-Jan Segers en Kathalijne Buitenweg (GL-PvdA). Directe aanleiding vormde de aanval op het Joods restaurant HaCarmel in oktober 2020, zei Segers in een uitzending van Op1 vier jaar geleden. „Toen spraken we er voor het eerst over.” Met het vertrek van Segers en Buitenweg uit de politiek is de verdediging van het voorstel bij CU-leider Mirjam Bikker en PvdA-voorman Frans Timmermans komen te liggen.
1. Waarom willen CU en GL-PvdA een misdrijf met een discriminatoir doel extra hard bestraffen? Vinden de partijen een delict zonder dat oogmerk dan minder ernstig?
Een misdrijf is een misdrijf. Alleen oordelen de twee partijen dat een haatmisdrijf een veel grotere impact heeft dan een gewoon misdrijf. Naast de direct getroffene is namelijk ook de groep waarvan een persoon deel uitmaakt, slachtoffer. Voor ChristenUnie en GL-PvdA geldt hier het principe: een aanval op één, is een aanval op allen.
2. Maar een misdrijf met discriminatoir doel kan toch al zwaarder worden gestraft door de rechter?
Dat klopt. De officier van justitie kan discriminatie als strafverzwarende omstandigheid in de strafeis meenemen. Maar omdat in het Wetboek van Strafrecht niet is opgenomen dat een discriminatoir misdrijf zwaarder moet worden gestraft, is in het vonnis niet altijd terug te vinden welk gewicht de rechter hangt aan die omstandigheid. Met hun voorstel willen Timmermans en Bikker de rechter dwingen hier expliciet rekening mee te houden.
3. Kleven er ook nadelen aan de wetswijziging?
Ja, want met het opnemen van de verzwaringsgrond heeft de officier van justitie straks te maken met een zwaardere bewijslast. Die moet immers kunnen aantonen dat iemand echt uit haat jegens een groep handelde. In de huidige constellatie hoeft het alleen aannemelijk te zijn dat discriminatie een bijkomende omstandigheid was.
4. Hoeveel hoger kan de straf straks uitvallen als het parlement de wet aanneemt?
CU en GL-PvdA willen de straffen met een derde verhogen als geweld een discriminatoir doel heeft. Een voorbeeld: op bedreiging staat nu een maximale gevangenisstraf van twee jaar. In het uiterste geval kan de gevangenisstraf van een geweldpleger straks dus komen te liggen op twee jaar en acht maanden.