Meditatie: Laat u verrassen door de ommekeer bij Manasse
Wie de geschiedenissen van de koningen van Israël en Juda leest, en de hand van God daarin, raakt sterk onder de indruk.
We ontdekken de God Die niet loslaat wat Zijn hand ooit begon. Maar het is ook schokkend om te zien hoe het kan misgaan en hoe God middelen en personen inzet om in benauwdheid te brengen, een benauwdheid met een heerlijk doel. En dat zien we hier gebeuren.
We lezen van Manasse, de zoon van koning Hizkia. De goddeloze Manasse komt tot inzicht en berouw. Zal hem Psalm 32 in gedachten zijn gekomen? Als jongetje misschien uit het hoofd geleerd bij vader Hizkia op schoot? Het is Gods Geest Die verrassend aan het werk is. Je ziet Manasse de knieën buigen, zich verootmoedigen. Vanuit de inkeer richt Manasse zich smekend tot God. Je ziet voor ogen hoe een bekeringsproces mag verlopen.
En dan dat vervolg. Want de Heere hoort en verhoort, de relatie wordt hersteld. De Heere „bracht hem weder”, denkend aan Zijn verbond. En Manasse? Die krijgt inderdaad weer zicht op het verbond van de God zijner vaderen. Manasse komt tot erkenning: een diep kennen, wat niet alleen met het hoofd te maken heeft maar met het hart. Een kennen dat het hele leven doortrekt. Wat een uitkomst. Voor Manasse een heerlijke verrassing waarop hij misschien nooit meer had durven hopen.
Nu komt dit gedeelte niet op ons toe als een interessant stukje tekst uit lang vervlogen tijden. Het is Gods Woord van en voor alle tijden. Ook voor ons actueel. Er is niks nieuws onder de zon(deval). Patronen van oude tijden zijn er ook nu. Mensen zoeken God niet, maar willen op de eigen troon blijven, net als Manasse. U en ik zoeken de Heere niet uit onszelf.
Daarom de oproep: heb oog voor die benauwdheden. Heb oog voor zogenaamd geluk dat geen vrijheid brengt, maar gebondenheid. In hoofdstuk 33 lezen we ook daarvan. Zonder de Heere loopt het stuk. Vandaag is het net zo.
Is er dan een uitweg? Zie op de Heiland, Die ook in de benauwdheid raakte – maar niet vanwege Zijn zonden, maar… de onze. Zie Hem, Die de diepste weg is gegaan om zondaren te redden. Hij brengt verlossing, Hij maakte de weg vrij om „wedergebracht te worden”. Tot Hém. Díé boodschap klinkt vandaag óók en vooral.
Hebt u de Heere ook zo leren (er)kennen? Hem zij daarvoor dan de lof en de dank. Geef daar dan ook woorden aan, naar elkaar en in voorbede voor geliefden om ons heen. En, leid –ondanks vallen en opstaan– een leven dat als een wegwijzer wijst op deze Heere, onze Heiland Jezus Christus. We kunnen hierin ook leren uit het verdere leven van Manasse, leest u maar in de verzen 14-17.
„Toen erkende Manasse, dat de Heere God is.” In Gods Woord vinden we nog vele anderen die bij wijze van spreken voor een Manasse kunnen doorgaan. Kan ook uw naam worden ingevuld?