Meditatie: Blijde stoet
Psalm 45:16
„Zij zullen geleid worden met alle blijdschap en verheuging, zij zullen ingaan in des Konings paleis.”
Deze gelijkenis schijnt te verwijzen naar de Joodse bruiloft, die volgde op de ondertrouw. Als de nacht gekomen was waarin het jonge paar samenkwam, verlieten de bruidegom en zijn vrienden het huis van zijn vader om de bruid te ontmoeten. Tegelijkertijd verlieten zij en haar vrouwelijke metgezellinnen het huis van haar vader om hem tegemoet te gaan en begeleid te worden naar het huis dat hij voor haar in gereedheid had gebracht.
Zo gaat het hier ook. Christus verlaat de hemel, het huis van Zijn Vader, en alle heiligen en engelen vergezellen Hem. Dan zullen de bruid en haar gezellinnen tot Hem gebracht worden. „Zij zullen geleid worden met alle blijdschap en verheuging, zij zullen ingaan in des Konings paleis”, Psalm 45:16. Eerst zal Hij ze brengen tot de nieuwe aarde waarin gerechtigheid woont, en ze zullen daar duizend jaar met Hem doorbrengen. In die tijd zal Hij hen voor Zich plaatsen als een heerlijke kerk, „hebbende geen vlek noch rimpel”, maar daarná zal Hij hen voorstellen aan Zijn Vader, als Hij Hem het Koninkrijk zal overgeven en haar zal plaatsen aan Zijn rechterhand: „De koningin staat aan Uw rechterhand, in het fijnste goud van Ofir” (Psalm 45:10).
In Genesis 15:17 lezen we voor de eerste keer over een lamp, namelijk bij de verbondssluiting met Abram: er ging een brandende lamp tussen de offerdelen door.
_William Huntington,
predikant te Londen
(”De wijze en de dwaze maagden”, 1835)_