Verband armoede en psychische problemen aangetoond
Dat armoede en psychische problematiek relatief vaak samengaan, is niet nieuw. Onderzoekers hebben nu voor het eerst het oorzakelijk verband aangetoond tussen deze twee zaken.
Mensen met geldzorgen lijden vaker aan psychische problemen. Dat was al halverwege de vorige eeuw onderzocht en beschreven. Maar ontstaat de psychische problematiek doordat iemand in armoede leeft, of is het andersom en draagt de slechte mentale gezondheid bij aan een lastige financiële situatie? Dat is heel moeilijk aan te tonen. Harde uitspraken hierover bleven daarom uit.
Tot nu toe. Woensdag verscheen in het wetenschappelijk tijdschrift Nature Human Behaviour een artikel waarin onderzoekers claimen een aantal van deze oorzakelijke verbanden te hebben aangetoond. De studie werd uitgevoerd door wetenschappers van het Amsterdam UMC, de universiteit van Edinburgh en de universiteit van Modena. Psychiater dr. Marco Boks was namens het Amsterdam UMC betrokken bij het onderzoek.
Wat zijn de belangrijkste conclusies uit uw onderzoek?
„We hebben aangetoond dat iemand met ADHD of schizofrenie meer kans loopt om in armoede te leven en dat mensen die in armoede leven een hoger risico lopen om schizofrenie of een depressie te krijgen. Ook vonden we dat armoede het risico op anorexia nervosa juist verkleint. Wij zijn de eersten die deze causale verbanden zien.”
„Armoede verkleint juist het risico op anorexia nervosa” - Dr. Marco Boks, psychiater
Wetenschappers hebben niet eerder aangetoond dat er een oorzakelijk verband bestaat tussen armoede en psychische problematiek. Hoe is dat jullie wel gelukt?
„We hebben gebruikgemaakt van een bepaalde techniek, Mendeliaanse randomisatie. Voor ons onderzoek hebben we gekeken naar zo’n 400.000 Engelsen van wie we de financiële situatie en de genen kennen. De vraag of iemand in armoede leeft hebben we bepaald aan de hand van drie factoren: het werk van de kostwinner, het totale gezinsinkomen en de omgeving waarin iemand opgroeit, bijvoorbeeld of er veel criminaliteit is en of er een goede school in de buurt is.”
Hoe kunnen genen iets zeggen over het verband tussen psychische problematiek en armoede?
„Kort gezegd komt het erop neer dat mensen in de Schilderswijk andere genen hebben dan mensen in Wassenaar, om maar een voorbeeld te noemen. Er zijn genenpakketten die samen met armoede voorkomen. Niet omdat die genen je inkomen bepalen, maar meer omdat maatschappelijke kansen en genetische variatie soms samengaan. Als er geen causaal verband zou zijn tussen armoede en psychische problematiek, zouden deze genen niet vaker moeten voorkomen bij mensen met psychische problemen. Wij hebben aangetoond dat dit wel het geval is, in ieder geval bij schizofrenie en depressie. Bij anorexia zagen we juist het omgekeerde. Voor onder meer autisme en PTSS konden we geen causaal verband aantonen, al wil dat niet zeggen dat dat verband er niet is.”
„Er zijn genenpakketten die samenhangen met armoede” - Dr. Marco Boks, psychiater
Deze conclusies gaan over onderzoek onder Britten. In hoeverre zijn ze door te trekken naar Nederland?
„We moeten bescheiden zijn. Deze resultaten gelden niet voor de hele wereld. Om stellige uitspraken te doen over de Nederlandse situatie, zullen we ook hier onderzoek moeten doen. Tegelijkertijd denken we wel dat in andere westerse samenlevingen soortgelijke conclusies te trekken zijn.”
Wat kunnen beleidsmakers met dit onderzoek?
„Onze studie onderstreept het feit dat armoede wel degelijk een rol speelt bij het ontstaan van mentale problemen en kan daarom een aanmoediging zijn voor beleidsmakers om armoede aan te pakken. Tegelijkertijd is meer onderzoek nodig om te achterhalen welke aspecten van armoede deze relatie bepalen.”