Mens & samenlevingHet Gesprek
Ivory Hasselaar vond rust in Bijbel en leer van Reformatie

De contrasten zijn groot in het leven van Ivory Hasselaar-Vonk (34). Geboren in de miljoenenstad Manilla; opgegroeid in een klein, Betuws dorpje. Opgevoed zonder God; nu door Zijn leiding rust gevonden in de Bijbel en in de gereformeerde leer. „Ik was zó verkeerd. En dat dan Iemand voor mij wilde sterven. Ik kan er gewoon niet bij.”

beeld Niek Stam
beeld Niek Stam

Wie er oog voor heeft, valt het al snel op. In het eenvoudige appartement in Veenendaal, dat Ivory Hasselaar samen met haar echtgenoot bewoont, staan in een buffetkast maar liefst vijf Bijbels. Als het ware zo voor het grijpen. Eén in een felrode kaft. Twee vermelden op hun stemmig-zwarte rug: ”English Standard Version”. Naast een Holy Bible in okergeel prijkt een exemplaar van de ”MacArthur Study Bible”.

beeld Niek Stam

Rechts van dit rijtje staat, met de omslag naar voren gekeerd, een boekje van Matthew Henry getiteld: ”Aanwijzingen voor de dagelijkse omgang met God”. Daarboven, achter een glazen ruitje, diverse al dan niet in het Nederlands vertaalde boeken van Jonathan Edwards, Thomas Watson, John Piper, J.I. Packer en A.W. Tozer.

Dat dertiger Ivory Hasselaar deze boeken zou bezitten en lezen, lag lange tijd niet voor de hand. Vierendertig jaar geleden geboren in de miljoenenstad Manilla, groeide zij vanaf haar tweede jaar op in een piepklein dorpje in de Betuwe, Eck en Wiel. Een levensgang die haar blijft verbazen. „Ik sta er nog steeds perplex van hoe ik in Nederland ben terechtgekomen.”

Meer nog raakt het haar dat zij, hoewel ze door haar Filipijnse moeder en Nederlandse stiefvader niet met het christelijk geloof werd opgevoed, desondanks door Gods leiding de weg naar de kerk vond. „Dat is een groot wonder, toch?” En dat zij te midden van alle geluiden, ideeën en stromingen binnen het christendom –„Internet staat er vol mee”– juist aan de gereformeerde variant steeds meer houvast kreeg. „In gereformeerde kerkdiensten staat de Bijbel centraal. Volgens mij moet dat ook, want dat zijn Gods woorden waarmee Hij tegen ons spreekt.”

Hoe kwam u in Nederland? Via adoptie?

beeld Niek Stam

„Nee. Ik ben geboren in Manilla, in de Filipijnen, maar heb daar slechts enkele jaren gewoond. Mijn vader en moeder zijn al snel na mijn geboorte uit elkaar gegaan. Daarna ontmoette mijn moeder een Nederlandse man, met wie zij trouwde. Hij werd mijn stiefvader en is dat ook altijd gebleven.

Mijn tweede vader was nogal een wereldreiziger, een beetje het zwarte schaap in een familie waarin iedereen al jong trouwde en zich settelde. Hij dus niet. Hij was al 37 toen hij in Manilla een relatie kreeg met mijn moeder. Al snel nam hij ons mee naar Nederland, nadat mijn ouders samen nog een dochtertje hadden gekregen. We gingen wonen in Eck en Wiel, tegenover het huis van mijn oma. Daar zijn mijn halfzus en ik opgegroeid.”

Was dat lastig, met een Filipijnse achtergrond tussen Betuwse kinderen?

beeld Niek Stam

„Die achtergrond speelde niet zo’n rol. Doordat ik al zo vroeg naar Nederland kwam, sprak ik de taal al snel zonder accent. We hadden een overbuurjongen die half Indonesisch was. En verderop woonde nog een Indonesisch meisje. Dus zo erg vielen mijn zusje en ik niet op.

Op een bepaalde manier heb ik een gelukkige jeugd gehad. Mijn zus en ik kregen ontzettend veel vrijheid. We keken veel tv en mochten haast alles zien: praatprogramma’s, tekenfilms, speelfilms, al dan niet met geweld, series. Ons morele kompas ontwikkelden we eerder via de televisie dan via onze ouders. Later ben ik gaan inzien dat ik op die manier veel foute, on-Bijbelse ideeën over de wereld en over het leven meekreeg.

De vrijheid die ik in mijn jeugd had, ontstond mede doordat behalve mijn vader ook mijn moeder bijna altijd werkte. Of ik haar dat kwalijk neem? Nee, niet echt. Mijn moeder is de meest onzelfzuchtige persoon die ik ken. Altijd was zij bezig haar grote familie in de Filipijnen financieel te ondersteunen. Daar bracht ze offers voor.

Regelmatig gingen we in mijn jeugd op vakantie naar de Filipijnen. Als we dan vanuit Manilla naar de arme regio reisden waar mijn moeders familie woonde, waar mensen in hutten woonden en stenen huizen zeldzaam waren, gaf ze zonder moeite mijn kleren en speelgoed weg. Dat maakte mij best verdrietig. Al moet ik erbij zeggen dat ze later, als we terug in de stad waren, voor mij weer nieuwe spullen kocht.”

Wat kreeg u als kind mee van het christelijk geloof?

beeld Niek Stam

„Nauwelijks iets. Ik ging naar een openbare basisschool. Mijn vader stond afwijzend tegenover elke vorm van religie. In zijn familie ging, bij mijn weten, niemand naar de kerk.

Mijn moeder is van huis uit rooms-katholiek. Dat is ze voor zichzelf altijd gebleven. Ze draagt een gouden kettinkje met een kruisje. En bij ons thuis lag op haar nachtkastje een Bijbel in een voor mij ontoegankelijke taal. Dat intrigeerde me als kind wel een beetje.

Soms zag ik mijn moeder voor het slapengaan bidden. Of een kruisje slaan voor ze in de auto stapte. Maar meer kreeg ik van het geloof eigenlijk niet mee. Toch heb ik het altijd bijzonder gevonden dat mijn moeder mij destijds in Dolores wel heeft laten dopen.”

Ivory haalt een doopbewijs, een qua vormgeving rooms-katholiek aandoende verklaring op A4-formaat, tevoorschijn. Ondertekend door „de parochie en het nationaal heiligdom van Onze Lieve Vrouw van Smarte”, te Dolores. „Ik vind het mooi dat ik dit heb. Mijn zus, die twee jaar jonger is dan ik, is nooit gedoopt.”

U kreeg in uw jeugd veel vrijheid, zei u. Hoe ging u daarmee om?

beeld Niek Stam

„We mochten eigenlijk alles en hadden volop speelgoed: barbies, speelgoedgeweren, games. We hadden een kinderoppas en gingen haast elke woensdagmiddag naar de dierentuin. Zo bezien was het een jeugd waarin ik niets tekortkwam. Het leven was eigenlijk één grote speeltuin.

Daar kijk ik nu met gemengde gevoelens op terug. Het idee dat alles wat je fijn vindt in principe ook wel mag. En het gevoel dat je alles wat je graag wilt uiteindelijk ook wel kunt bereiken. Goed beschouwd zijn dat leugens. Daar ben ik in mijn leven wel achter gekomen.

Zo is bij mij een bipolaire kwetsbaarheid vastgesteld. Daardoor ben ik erg gevoelig voor stemmingswisselingen, die veroorzaakt kunnen worden door heftige, traumatische gebeurtenissen. Onder meer door het gebruik van medicijnen probeer ik te voorkomen dat ik ontregeld raak. En ook door rustig en regelmatig te leven.

Als vrijwilliger werk ik nu enkele dagdelen per week in een christelijke boekhandel. Of ik op enig moment weer betaald werk kan doen, ben ik nog aan het uitzoeken. Vroeger zou ik het leven dat ik nu leid erg onaantrekkelijk hebben gevonden. Nu denk ik: ik mag wandelen en groeien in de weg die God voor mij heeft weggelegd. Staat er in de Bijbel niet dat christenen mogen bidden voor en streven naar een stil en gerust leven?”

Hoe bent u tot dit inzicht gekomen?

beeld Niek Stam

„Met vallen en opstaan. Tot mijn 15e ging alles in mijn leven, naar mijn idee althans, redelijk goed. Ik zat in de derde van het vwo en haalde goede cijfers. Daarna begon het mis te gaan.

Ik was in die tijd nogal rebels. Brutaal tegen mijn ouders, roken, drinken, uitgaan, festivals bezoeken, vloeken, straattaal bezigen. Allemaal dingen waarvan ik nu weet dat de Bijbel daar negatief over is. En waar ik ook spijt van heb.

Een echt omslagpunt ontstond toen mijn ouders een keer door mensen uit een dorp verderop werden opgebeld, omdat ze mij dronken hadden gezien en ik in een sloot was gesprongen omdat er een haarspeld in het water was gevallen. Mijn ouders haalden mij toen met de auto op en verweten me dat ik hen te schande maakte. Tijdens die woordenwisseling flapte mijn moeder eruit dat mijn stiefvader niet mijn echte vader was, iets wat ze me eigenlijk pas op mijn achttiende verjaardag had willen vertellen.

Die mededeling was voor mij traumatisch. Ik voelde me enorm verraden. Blijkbaar wist iedereen in mijn omgeving dit, behalve ik. Daarna ging het met mij bergafwaarts.”

Wat gebeurde er?

beeld Niek Stam

„Mijn cijfers kelderden. Ik moest van het vwo naar de havo, waar ik bleef zitten. Gelukkig haalde ik ten slotte wel mijn havodiploma.

Daarna ben ik aan allerlei opleidingen begonnen, maar heb niets afgemaakt. Ik startte op een modeopleiding in Doorn, maar stopte ermee. Daarna begon ik aan economie, management en recht, in Arnhem. Dat was het ook niet. Later ging ik naar Amsterdam, waar ik media, informatie en communicatie studeerde. Maar dat werd evenmin wat.

Ik kon nergens m’n draai vinden. En voelde me steeds meer een mislukkeling. Er zijn wel momenten geweest dat ik me zo ellendig voelde dat ik dacht: zal ik er maar een einde aan maken?”

Hoe kwam u tot verandering?

beeld Niek Stam

„Er begon iets te veranderen in mijn leven toen ik een jaar of tien geleden bij kledingzaak Zara werkte. Ik wilde een tussenjaar nemen om me te oriënteren op mijn toekomst. Een collega heeft toen een zaadje geplant. Zij zei dat veel profetieën en voorzeggingen in de Bijbel zijn uitgekomen.

Daarna ging ik naar de CHE, de Christelijke Hogeschool Ede. Waarom naar die onderwijsinstelling? Ik zocht een school waar ik geen nummer zou zijn. Ik herinner me nog goed dat op een van de eerste dagen een docent mij aansprak en zei: „Jij bent Ivory, toch?” Ik dacht: zij zíét mij!

Toen ik dus uiteindelijk human resource management was gaan doen en stage moest lopen, klikte het totaal niet met mijn begeleider. Omdat die persoon christen was en ik niet, zette me dat opnieuw aan het denken over het christelijk geloof.

Tot een doorbraak kwam het op een bezinningsweek, georganiseerd door de CHE. Een spreker legde daar zo duidelijk uit dat Jezus Christus dé basis van je bestaan moet zijn, dat ik er niet meer onderuit kon. Dat klonk zo logisch, zo overtuigend.

Het triggerde mij, waardoor ik op onderzoek ben uitgegaan naar het christelijk geloof. Door te zoeken op internet, door te praten met allerlei mensen uit mijn omgeving. Als ik bij een bushalte stond, begon ik soms zomaar met een paar oudere dames over God en het leven te praten. Ik was daar erg mee bezig en schaamde me er niet voor.”

En toen?
„Nog steeds snapte ik veel dingen over het geloof niet, maar ik voelde aan: dit is het, dit is waar. En wat die spreker zei, gaf me een heel warm gevoel. Er kwamen opnieuw allerlei vragen bij me op over God, de Bijbel en het geloof. Die bezinningsweek van de CHE zie ik als een belangrijk moment in mijn verandering, mijn bekering; het begin van mijn nieuwe leven.

Daarna raadde iemand mij aan de Alphacursus te gaan doen. Tijdens een weekend van die cursus kwam alles eruit: mijn mislukkingen, de teleurstellingen die ik mijn ouders had bezorgd, mijn wanhoop. Ik huilde veel. Mensen hebben toen met mij gebeden. Daarna viel er veel van mij af. In 2017 heb ik mij laten dopen, hier in Veenendaal, bij Mozaiek. Een jaar later ben ik getrouwd. Mijn leven liep opeens als een trein.

Tja, achteraf kijk ik tegen die doop anders aan. Als kind was ik al gedoopt. Die tweede keer had dus niet gehoeven, besef ik nu. Maar ja, soms maak je in je leven fouten.”

Bij Mozaiek bent u niet gebleven.

beeld Niek Stam

„Eigenlijk houd ik niet van dat massale. Toen ik een jaar geleden wat ging zoeken op internet, vond ik een laagdrempelig iets, een vrouwenochtend. Daar ben ik heengegaan. Via die vrouwenochtend kwam ik bij De Poster, een missionair initiatief van de Christelijke Gereformeerde Kerken en de Protestantse Kerk in Nederland. Daar ga ik nu elke zondag heen. Het is kleinschalig, er komen maximaal dertig mensen, van allerlei nationaliteiten. Ik voel me er thuis. En ik kan er gelukkig ook iets geven en iets voor anderen betekenen.”

Ivory pakt een klein boekje met knipsels, Bijbelteksten en spreuken. „Ik houd ervan om dingen die ik lees, soms ook in het Reformatorisch Dagblad, uit te knippen, in te plakken en er iets creatiefs mee te doen. Zo verwerk en overdenk ik zaken. Bij De Poster verzorg ik de verjaardagskaarten. En soms decoraties, met Pasen bijvoorbeeld.

Dat is ook weer zo iets wonderlijks, hè? Dat ik hier mijn plek heb gevonden, als het ware zo bij mij om de hoek. Bij zo’n klein groepje mensen. En dat ik rooms-katholiek ben gedoopt en via een evangelische gemeente nu naar een samenkomst ga die geënt is op de Reformatie.

Bij De Poster krijg ik veel onderwijs uit de Bijbel. Onder meer van ds. Visser (ds. P.L.D. Visser, evangelisatieconsulent CGK, AdJ), die de Bijbelse boodschap eenvoudig en helder kan uitleggen.”

Met tranen in haar ogen: „Ik kan er nog steeds niet over uit dat Iemand voor mij wilde sterven, terwijl ik zó verkeerd was.”

Hoe pakte uw familie uw verandering op?

beeld Niek Stam

„Mijn stiefvader kan er niets mee. Toen ik net tot geloof was gekomen, wilde ik hem een BasisBijbel geven. Daar werd hij boos om. Waarop ik in tranen was. En toen ik hem een tatoeage op mijn arm liet zien met een kruis voor het woord ”heerlijkheid”, noemde hij dat een verminking van mijn lichaam. Dat vindt hij trouwens van álle tatoeages.

Anderzijds stuurt hij me soms vanuit de Filipijnen –mijn moeder en hij zijn in coronatijd weer naar Zuidoost-Azië geëmigreerd– een foto van een groot, opgeblazen Jezusbeeld, iets waarvan hij denkt dat het mij interesseert.

Maar het blijft moeilijk voor mij dat mensen van wie ik houd, zoals mijn halfzus en mijn man, die trouwens wel meegaat naar De Poster, niet of nog niet geloven. Voor hen blijf ik bidden.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer