Pleidooi voor gezinsvriendelijker beleid
Gezinnen in Nederland raken steeds meer in de knel. Dat komt echter ook doordat er vaak van uit wordt gegaan dat beide ouders werken.
Dat blijkt uit het onderzoeksrapport ”Staat van het Gezin”. Tijdens de Week van het Gezin en ter gelegenheid van de Internationale Dag van het Gezin –deze woensdag– werd dit dinsdag voor de derde keer gepresenteerd door de Stichting Voor Werkende Ouders, het Nederlands Centrum Jeugdgezondheid, de Branchevereniging Maatschappelijke Kinderopvang en magazine WIJ. Het rapport is gebaseerd op een peiling onder 3026 ouders en op gegevens van onderzoeksbureaus.
Ouders geven Nederland een 7,1 voor gezinsvriendelijkheid. Vorig jaar was dat nog een 6,6. Nederland is een veilig land om in te wonen, stellen de ouders. Tegelijkertijd geeft 52 procent aan dat de voorzieningen niet passen bij wat ze nodig hebben. De huidige voorzieningen zijn veelal gebaseerd op het kostwinnersmodel, waarbij vader werkt en moeder zorgt. Inmiddels heeft 87 procent van de gezinnen echter twee werkende ouders. Schooltijden sluiten niet aan bij werktijden en ouders ervaren de kinderopvang als duur. Het toeslagenstelsel stimuleert ook niet om meer te gaan werken.
Taakverdeling
Ouders komen in de knel doordat zorgtaken nog steeds vooral bij moeders terechtkomen en niet gelijk verdeeld zijn over beide partners, stelt het rapport. Ouders maken zich er zorgen over dat de vergrijzing steeds meer van hen gaat vragen. Nederland heeft een tweeverdieners-/tweeverzorgersmodel nodig om de taken beter te verdelen, stellen de onderzoekers.
Volgens directeur Marjet Winsemius van de Stichting Voor Werkende Ouders moeten deze knelpunten worden aangepakt. Volgens haar is er in de politiek echter nauwelijks aandacht voor gezinnen. „We moeten het hebben over de diversiteit van gezinnen en wat zij nodig hebben om goede zorg voor hun kinderen te kunnen combineren met andere verantwoordelijkheden, zoals werk en mantelzorg. De ontwikkeling van kinderen staat hier op het spel.” De vraag is volgens Winsemius wat de samenleving in gezinnen wil investeren. „Gaat de politiek hen ondersteunen of laten we ze doormodderen?”
Volgens Gerdien Lassche-van Grol, woordvoerster van de Stichting GezinsPlatform Nederland en de Reformatorische Oudervereniging, gaat het rapport wat te veel uit van het tweeverdienersmodel. „Als kinderen klein zijn, moet het mogelijk zijn dat een van de ouders langere tijd thuisblijft. Nu worden eenverdieners fiscaal afgestraft. Ouders moeten een vrije keuze hebben hoe ze de werk-zorgverhouding indelen. Dat had in het rapport meer nadruk mogen krijgen.”
„Gaat de politiek gezinnen ondersteunen of laten we ze doormodderen?” - Marjet Winsemius, directeur Stichting Voor Werkende Ouders
Lassche zegt zich echter in veel conclusies te herkennen. „Het rapport onderstreept het belang van stabiele gezinnen voor kinderen en voor de samenleving. Blijkbaar is dat niet meer ouderwets, stoffig en spruitjesachtig.”
De onderzoekers vragen aandacht voor alle gezinsvormen. „Terecht, want overal groeien kinderen op”, zegt Lassche. „Tegelijk zeggen we als GezinsPlatform dat het voor een kind in principe het meest stabiel en veilig is om op te groeien binnen een liefdevolle omgeving bij zijn biologische vader en moeder. Waarbij we oog hebben voor alle gebrokenheid die er is.”
Overbelaste ouders
Terecht legt het rapport volgens Lassche de vinger bij de „geldgerichtheid” van de samenleving. „De economie is meer gericht op groei dan op welzijn. Je ziet dat terug in de hoge huizenprijzen, in het soms noodgedwongen vele werken van beide ouders. Ouders raken overbelast en kunnen hun kinderen niet genoeg aandacht geven. Dat én de vele relatieproblemen zijn oorzaken waardoor veel jongeren jeugdzorg nodig hebben.”
De ROV-woordvoerster waardeert de vraag in het rapport om een gezinsvriendelijker beleid en om de aanstelling van een minister voor gezinszaken. „Werkgevers kunnen vaak meer rekening houden met de gezinssituatie. Ouders willen graag meer tijd en rust om voor hun kinderen te zorgen.”
Ook het pleidooi voor buitenspelen spreekt Lassche aan. „Kinderen zitten te veel achter een computer- of telefoonscherm. Lok hen naar buiten door dingen te organiseren.”
Volgens Mark Weghorst van het Nederlands Centrum Jeugdgezondheid zien ouders het gezin vaak als „een zware en eenzame beproeving”. Ze durven niet echt hulp te vragen. „Het is echt urgent om gezinnen beter te ondersteunen. De toekomstige generatie groeit daar op.”