Het feit dat we ons er zorgen over maken of onze ouderen goede zorg wel kunnen blijven krijgen, is een goed teken.
De zorg in Nederland loopt vast. Dat is de klip-en-klare boodschap die zorgexperts via een grondig onderzoek van de NOS en Nieuwsuur ons willen laten weten. En nog meer dat er iets moet veranderen. Als er in de zorg niets verandert, zal de zorgverlening zowel in als buiten het ziekenhuis vastlopen. Hoe dan, zult u vragen?
Dat onze maatschappij vergrijst, zal geen nieuws zijn. De naoorlogse generatie schuift op richting de leeftijd van de zeer sterken, 80 jaar, en leeft gemiddeld langer dan de generatie daarvoor. Ouder worden vraagt ook meer zorg. Maar waar krijgen onze ouderen die zorg? Doordat iedereen de arbeidsmarkt op gejaagd wordt, heeft niemand meer tijd om voor de ander te zorgen. Dus moest de zorg uitbesteed worden. In eerste instantie aan de verzorgingstehuizen, maar die werden vervolgens weer wegbezuinigd omdat zorg thuis toch beter en goedkoper is. Thuis is er echter niemand meer om zorg te verlenen, dus deed de thuiszorg zijn entree.
Op zich een mooi concept. Alleen heb je ook daar mensen voor nodig. En als je die niet kunt krijgen, door de hoge werkdruk en de lage salarissen in de thuiszorg, dan komt er een dag dat je je geen zorgen meer hoeft te maken over de zorg van morgen. Want die is er niet. Opname in een verpleeghuis is veelal niet mogelijk, omdat er geen ”indicatie” voor ”langdurige zorg” is of omdat er een wachtlijst is. Zo kom je als hulpbehoevende oudere tussen wal en schip. En als de wal het schip keert, dan ga je toch met een noodsprong de boot van het ziekenhuis in.
Het gevolg is dat ruim 300.000 ouderen ieder jaar op de spoedeisende hulp van het ziekenhuis terechtkomen zonder dat het helpen van hen spoed eist. Daar worden ze uiteraard verzorgd. De zorg die aan deze ouderen wordt verleend, gaat echter ten koste van andere ziekenhuiszorg. De 727 bedden die door deze groep dagelijks bezet worden gehouden, kunnen niet gebruikt worden door mensen die wel in een ziekenhuis horen. De verwachting is dat het aantal ‘verkeerde’ bedden door de toenemende vergrijzing alleen maar zal toenemen. Bovendien blijkt het ziekenhuis –het klinkt tegenstrijdig– geen veilige plek voor deze groep kwetsbare ouderen. Infecties, blaasontstekingen en delier (plotselinge verwardheid) liggen namelijk op de loer. En die brengen deze groep nog verder van huis.
Een tweede probleem is de manier waarop onze zorg gefinancierd wordt. Zorgverzekeraars betalen ziekenhuizen uit naar het aantal handelingen die ze verrichten. Om een ziekenhuis financieel gezond te houden is het dus goed om zo veel mogelijk patiënten op te nemen en om zo veel mogelijk handelingen te verrichten. Dus waar het ziekenhuis aan de ene kant de zorg wil minderen, moet het aan de andere kant juist meer zorg geven.
Volgens genoemd onderzoek wil de overheid daarom volgend jaar het aantal ouderen die niet op de spoedeisende hulp horen met 20 procent verminderen. Hoe dat precies, en ook nog eens op zo’n korte termijn, gerealiseerd moet worden, is mij niet duidelijk geworden. Ook is er niet één oplossing, maar zal er een deltaplan opgesteld moeten worden met alle betrokken partijen in de zorg. Een logische eerste stap is het weghalen van de financiële prikkel, zodat het ziekenhuis geen fabriek van handelingen meer is. Spreek met elkaar haalbare quota in patiënten en handelingen per ziekenhuis af waarnaar vergoed wordt. En stuur bij in hoeverre dat nodig is. Een experiment met een ouderenarts in een huisartsenpraktijk is een goed begin. De vraag is echter of dit afdoende is. Aanvullend zou het verzorgingshuis, maar dan in nieuwe stijl, weer van stal gehaald moeten worden. Een plek waar ouderen kort kunnen verblijven en dezelfde zorg kunnen ontvangen die ze nu op de spoedeisende hulp krijgen. Uit het onderzoek blijkt dat niemand denkt dat geld het probleem is. Het is een kwestie van willen organiseren.
Laten we aan de andere kant ook niet in doemdenken vervallen. De zorg in ons land is een van de beste van de wereld. Dag in, dag uit doen mensen hun best om goede zorg te verlenen. Het feit dat we ons er zorgen over maken of onze ouderen die zorg wel kunnen blijven krijgen, is een goed teken.
De auteur is moleculair bioloog.