Taliban storten Afghanistan in de afgrond
Ruim 2,5 jaar na de machtsovername door de taliban bevindt Afghanistan zich op de rand van de afgrond. Onder meer natuurrampen, ernstige voedseltekorten en financiële problemen teisteren het land. Maar dat is niet het enige.
De onverwachte machtsovername in Afghanistan door de taliban overrompelde de wereld. In slechts twee weken tijd namen strijders van de radicaalislamitische beweging in 2021 cruciale steden in, waaronder de hoofdstad Kabul.
Al snel kondigden talibanwoordvoerders aan een band te willen opbouwen met de internationale gemeenschap en beloofden ze de rechten van vrouwen te respecteren, zij het binnen de context van de sharia.
Van de toezeggingen lijkt inmiddels weinig over: meisjes mogen geen onderwijs meer volgen en zijn van de meeste banen uitgesloten. Ook is het hun verboden parken, sportscholen en schoonheidssalons te bezoeken. Bovendien mogen ze niet reizen zonder mahram, een mannelijk familielid.
Lijfstraffen –straffen voor zaken als overspel en diefstal– lijken eveneens teruggekeerd. Al in de eerste maanden na de machtsovername meldde het Afghaanse hooggerechtshof op X –destijds Twitter– dat tien mannen en negen vrouwen ieder 39 zweepslagen hadden gekregen voor het begaan van een vergrijp. In februari van dit jaar werden ten overstaan van duizenden toeschouwers twee mannen geëxecuteerd die veroordeeld waren voor moord.
Ook de economische omstandigheden in het land zijn dramatisch. Uit een recent verschenen VN-rapport blijkt dat naar schatting 23,7 miljoen mensen –meer dan de helft van de bevolking– in 2024 humanitaire hulp nodig hebben om te overleven.
Daar komt bij dat het regime met ernstige financiële problemen kampt. Doordat de taliban het vrouwelijke werknemers van ngo’s verbieden in Afghanistan werkzaam te zijn, worden nationale tegoeden door de buitenwereld bevroren. Dat leidt tot grote tekorten, waardoor het haast onmogelijk is de gezondheidszorg draaiende te houden. De kritieke toestand van de zorg wordt bovendien versterkt door het feit dat veel Afghaanse gezondheidswerkers het land verlieten en klinieken gesloten moesten worden wegens een gebrek aan medicijnen en apparatuur.
Verzet
De internationale gemeenschap lijkt niet te weten wat het met Afghanistan aan moet. Landen willen de humanitaire crisis wel verzachten, maar lopen daarbij het risico dat ze onbedoeld het talibanregime steunen.
Onder meer Human Right Watch pleit ervoor dat regeringen er bij het bewind op aandringen de radicaalislamitische koers te wijzigen. Dat lijkt weinig effect te hebben. Begin dit jaar zond de VN-veiligheidsraad een speciale afgevaardigde naar de taliban om in gesprek te gaan over met name gender- en vrouwenrechten. Zonder succes.
Toch moeten ook de taliban voorzichtig zijn. Het repressieve beleid brengt de economie op de rand van de afgrond. Bovendien beseffen de taliban dat de internationale gemeenschap nog altijd over de schouder meekijkt. En die is hard nodig voor voedselhulp en het in stand houden van de gezonheidszorg.
Voor de Afghaanse bevolking is de situatie het zwaarst. Enerzijds vormt de machtsovername van de taliban een opluchting, omdat het oorlogsgeweld geweken is. Tegelijkertijd is de toekomst voor veel Afghanen onzeker. Zo nu en dan wordt er tegen het regime gedemonstreerd, maar daar wordt doorgaans hard tegen opgetreden. De voorvechters van de vrijheid hebben het land verlaten. Verzet zal daarom van binnenuit moeten groeien, maar dat heeft nog een lange weg te gaan.