De Verenigde Staten willen medio maart schriftelijke garanties ontvangen van Israël over de wijze waarop de Israëlische strijdkrachten Amerikaanse wapens in Gaza inzetten.
Dat meldde Axios dinsdag. Het Amerikaanse nieuwsplatform baseert zich op anonieme Amerikaanse en Israëlische regeringsfunctionarissen.
De regering van president Joe Biden zou Israël tot half maart de tijd hebben gegeven een brief te ondertekenen waarin het garandeert zich aan het internationaal recht te houden als het Amerikaanse wapens gebruikt en humanitaire hulp aan Gaza toestaat. Als de garanties niet binnen de gestelde termijn worden gegeven, worden de Amerikaanse wapenleveringen aan het land opgeschort.
Amerikaanse functionarissen in zowel Washington als Jeruzalem hebben dinsdag hun Israëlische tegenhangers officieel geïnformeerd over het nieuwe beleid en hun de conceptbrief gegeven die ze moeten ondertekenen om hieraan te voldoen.
Intussen zijn minstens 576.000 mensen in de Gazastrook één stap verwijderd van hongersnood. Dat is een kwart van de bevolking, aldus een hoge functionaris van de Verenigde Naties voor hulpverlening. Als er niet wordt ingegrepen, is wijdverspreide hongersnood in Gaza bijna onvermijdelijk.
Volgens de VN-topcoördinator voor humanitaire aangelegenheden lijdt een op de zes kinderen onder de 2 jaar in het noorden van Gaza aan acute ondervoeding.
De VN-noodhulporganisatie OCHA en andere organisaties vinden dat Israël, dat het Palestijnse gebied al bijna vijf maanden aanvalt, niet genoeg hulpgoederen toelaat. De ruim 2 miljoen inwoners van de Gazastrook kampen met een groeiend tekort aan voedsel en drinkwater.
Het Wereldvoedselprogramma staat klaar om op te schalen bij een staakt-het-vuren. Maar in de tussentijd wordt het risico op hongersnood groter doordat het niet lukt om de minimaal benodigde voorraden Gaza binnen te brengen, stelt een andere VN-topfunctionaris. Ook zijn de werkomstandigheden „bijna onmogelijk”.
OCHA meldde dinsdag ook dat er in de Gazastraak bendes actief zijn die hulpgoederen stelen om op de zwarte markt te verkopen. Vaak worden vrachtwagens met hulpgoederen een paar honderd meter na de grens tegengehouden en leeggehaald. „Dat mag natuurlijk nooit gebeuren”, aldus een woordvoerder van de VN-noodhulporganisatie.