De EKD is de grootste protestantse kerk in Duitsland.

In januari bleek uit onderzoek dat er in de twintig regionale afdelingen van de EKD tussen 1946 en 2020 minstens 2.225 slachtoffers van seksueel misbruik waren. Er zou sprake zijn van meer dan 1.250 daders. Volgens psychiater prof. Harald Dreßing uit Mannheim, die aan het onderzoek meewerkte, zijn deze cijfers echter slechts „het topje van het topje van de ijsberg”, omdat niet alle kerkelijk personeelsdossiers zijn bekeken. Hij schat het werkelijke aantal daders op ongeveer 3.500 en het aantal slachtoffers op 9.300.

Angela Rinn, hoogleraar aan het Theologisch Seminarie van de Evangelische Kerk in Hessen en Nassau (Herborn) en synodelid, vindt dat er „een acute noodzaak” is om een speciale zitting van de synode over de kwestie te houden. Tegenover de krant ”Welt am Sonntag” zei ze dat de kerk „op een transparante manier” alle factoren moet aanpakken die seksueel misbruik in de hand hebben gewerkt, er voor zorgden dat de gebeurtenissen in de doofpot werden gestopt of die het moeilijk hebben gemaakt dat mensen met het misbruik in het reine konden komen. Volgens haar is voor veel kerkleden niet duidelijk wie er binnen de kerkelijke organisatie ergens verantwoordelijk voor is. „Dit struikgewas is een van de redenen dat het decennialang niet mogelijk was om seksueel misbruik aan het licht te brengen. Het mag niet zo zijn dat de leden de indruk krijgen de kerk bij het in het reine komen met haar falen in dit struikgewas blijft vastzitten.”

Voorzitter Anna-Nicole Heinrich van de EKD-synode is geen voorstander van een speciale zitting. Zij vindt dat de kwestie prima afgehandeld kan worden door de misbruikcommissie die in 2022 werd gevormd. Deze commissie bestaat uit vertegenwoordigers van de betrokkenen en vertegenwoordigers van de kerk. „Ik denk niet dat een speciale bijeenkomst zinvol is”, zegt Heinrich, „omdat op basis van het misbruikrapport en de aanbevelingen die de commissie heeft gedaan eerst zo snel en zo zorgvuldig mogelijk moet worden vastgesteld welke maatregelen nodig zijn. De synode kan zich daar vervolgens over uitspreken.”