Buitenlandevangelisatie

Duitser riskeert boete door Bijbelvers op taxi

Voor een operatie verhuisde de voormalige Iraanse moslim Jalil Mashali (51) in 2001 naar Duitsland. Daar riskeert hij nu een hoge boete, vanwege een Bijbeltekst op zijn taxi.

19 February 2024 07:32Gewijzigd op 19 February 2024 13:49
Jalil Mashali.  beeld RD
Jalil Mashali. beeld RD

Donkere wolken hangen boven station Essen West. Elk moment kan de regen losbarsten. Reizigers spoeden zich naar hun trein, taxi’s rijden af en aan.

Klokslag halftien rijdt een gele Volkswagen Caddy de taxistandplaats op. Het is de auto van Jalil Mashali (51). Op de achterkant van de taxi is een sticker met de tekst ”Jezus – Ik ben de Weg, de Waarheid en het Leven” aangebracht. Aan de binnenspiegel hangt een kruisje, op de achtergrond klinkt zacht de christelijke radiozender ERF Plus.

20113845.JPG
Aan de binnenspiegel hangt een kruisje. beeld RD

„Ik ben in 1972 in de Iraanse miljoenenstad Ahvaz geboren en groeide op in een gezin met tien kinderen”, zo begint Mashali zijn verhaal. „Mijn vader kwam in 1980 om tijdens de Iraaks-Iraanse oorlog. Ik was toen acht jaar. Omdat ons gezin de kostwinner had verloren, moest ik op straat sigaretten, water en falafel gaan verkopen.”

Op 13-jarige leeftijd wordt Mashali aangereden door een bus en moet hij zeventien keer geopereerd worden aan zijn been. Toch pakt hij zijn leven in de jaren daarna weer op. Hij trouwt, krijgt twee zoons en verdient de kost als ambtenaar op het stadhuis van Ahvaz.

De islam betekent in deze periode veel voor Mashali. „Ik was de gelovigste van heel mijn familie en bad veel. Ik haatte Joden en christenen en wilde hen het liefst vermoorden. Op die manier dacht ik in het paradijs te komen.”

In 2001 verhuist Mashali voor een medische behandeling naar Essen. „Ik bleef veel problemen houden met lopen en had veel pijn. Op aanraden van een neef en nicht ben ik toen naar Duitsland gegaan. Mogelijk konden ze daar wat voor me betekenen.”

Strijd

In het ziekenhuis beleeft de taxichauffeur een zware tijd. „Na een operatie was de pijn zo hevig dat morfine nauwelijks hielp. Ik wilde met mijn rolstoel naar de vierde etage van het ziekenhuis rijden en naar beneden springen.”

Op dat moment krijgt hij bezoek van een vriendin van zijn ex-vrouw. „Ze was christen geworden en vroeg of ze met me mocht bidden. Ik wilde dat niet, want ik was een trouwe moslim. Toch liet ik het toe. Ze vroeg of God mijn lijden wilde wegnemen en noemde me Zijn kind. Ik begreep daar niets van. In de islam zijn mensen slechts knechten van Allah.”

Er gebeurt een wonder. „Mijn pijn was weg en kwam tot mijn verbazing ook niet meer terug. Ze zei dat Jezus dat gedaan had en gaf me een Bijbel in het Perzisch, de taal die ik in Iran geleerd had.”

Voor de taxichauffeur begint op dat moment een lange periode van inwendige strijd. „Ik las vaak in de Bijbel, maar pakte de Koran er ook telkens weer bij. Uiteindelijk kwam ik tot de conclusie hoe verschillend Mohammed en Jezus waren. God gaf in mijn hart dat ik Hem niet langer kon verloochenen.”

Het besluit christen te worden, verandert zijn leven drastisch. „Ik hoef niet langer mijn best te doen in de gunst van Allah te komen. Na mijn operatie ben ik in Duitsland blijven wonen. Ik wil mijn leven hier gebruiken om anderen de weg naar Hem te wijzen.” Met een weemoedige blik kijkt de ex-moslim naar buiten. „Er zijn zo veel mensen die Hem nog niet kennen.”

Agressief

Hoewel hij het in Duitsland veel beter heeft dan in Iran, gaat het ook Mashali niet voor de wind. De taxichauffeur trekt zijn broeks­pijp wat omhoog. Een prothese wordt zichtbaar. „Dit maakt mijn werk niet altijd makkelijk en ook traplopen is moeilijk.” Om rond te komen, moet Mashali dagelijks tien tot twaalf uur werken. „Het is zwaar, maar God zorgt iedere dag weer voor mijn brood. Dat heb ik niet verdiend. In mijn gebeden ben ik niet altijd even trouw. Toch geeft Hij wat ik nodig heb. Dat is genade.”

Wie hij ook in zijn taxi krijgt, aan iedereen probeert hij wat mee te geven over het christelijk geloof. „Bij moslims ben ik wel alert. Sommigen van hen reageren agressief. Daarom is het soms beter mijn mond te houden. Zoals Zacharia het schreef: „Niet door kracht, noch door geweld, maar door Mijn Geest zal het geschieden.”

20113846.JPG
beeld RD

Veel passagiers heeft Mashali vandaag niet. „Normaal is het drukker”, zegt hij terwijl hij zijn auto behendig door de drukke straten van Essen stuurt. Hij is nauwelijks uitgesproken of er verschijnt een melding op het dashboard.

„Een klant”, roept Mashali. Bij een grauwe flat zet hij zijn wagen stil. Een man van een jaar of zeventig, blauwe jas en muts, stapt in. Hij zit nog maar net als de taxichauffeur begint te vertellen. „Ik riskeer een boete tot 10.000 euro omdat ik een Bijbeltekst op mijn taxi heb. De overheid zegt dat het religieuze reclame is en dat is verboden.” De man antwoordt met: „Wat de stad zegt zal wel goed zijn, niet dan?” Mashali schudt zijn hoofd. „Daar ben ik het niet mee eens.” De zeventiger bromt wat onverstaanbaars. Dan duidelijker: „Hier moet ik eruit”. Hij drukt een tientje in de handen van de taxichauffeur en schiet dan een zijstraat in.

„Dat ik in Duitsland vanwege een Bijbeltekst zo’n hoge boete riskeer, vind ik onbegrijpelijk”, zegt Mashali. „Dat dit me in Iran zou overkomen, is niet verwonderlijk. Maar in Duitsland, een land waar vrijheid hoog in het vaandel staat? Voor mij is het Bijbelvers een manier om te getuigen.”

Graffiti

Een wet uit 1998 is volgens de stad Essen de reden om Mashali aan te klagen. Het Federale Hof oordeelde destijds dat taxi’s een belangrijke publieke functie hebben. Daarom worden religieuze teksten als ongepast beschouwd.

Volgens Mashali ligt het probleem dieper. „Duitsland heeft zijn christelijke wortels verloren. Zie je die kerk daar?” Mashali wijst op een gebouw, dat volgespoten is met graffiti. „Vroeger werden daar kerkdiensten gehouden, maar nu staat het leeg. Dat komt omdat mensen God niet meer nodig hebben.”

In het geding wordt Mashali bijgestaan door een advocaat uit Oostenrijk. Die heeft de zaak kosteloos op zich genomen. Het is nog niet bekend wanneer er een uitspraak komt. Wat als besloten wordt dat de tekst verboden is? „Dan haal ik hem eraf. God beveelt ons ook dat we de overheid gehoorzaam moeten zijn. Tot die tijd hoop ik dat het tot zegen mag zijn.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer