De voorgenomen verkoop van de visafslag in Vlissingen aan Visveiling Urk gaat voorlopig niet door. De kortgedingrechter in Middelburg oordeelde dinsdag dat branchegenoot United Fish Auctions (UFA) in Stellendam geen eerlijke kans heeft gehad om de Zeeuwse vismijn over te nemen.
UFA heeft met succes een beroep gedaan op het zogeheten Didam-arrest uit 2021. Daarin bepaalde de Hoge Raad dat overheden niet meer onderhands onroerend goed mogen verkopen aan een marktpartij. Zij moeten mogelijke geïnteresseerden de gelegenheid bieden om mee te dingen.
De visafslag in Vlissingen, met het bijbehorende terrein, is nu nog eigendom van de gemeenten Vlissingen en Sluis. De twee gemeenten maakten de verkoop aan Visveiling Urk op 30 augustus bekend. Volgens de gemeenten gaf UFA, anders dan Urk, niet de garantie dat de vismijn in Vlissingen behouden zou blijven.
De rechter oordeelt echter dat dit niet zeker was. De twee gemeenten hebben verzuimd om het nog eens bij UFA na te vragen. UFA onderhandelde al eerder dan Urk met de Zeeuwse visafslag, maar dat proces werd begin 2021 afgebroken toen Vlissingen en Sluis ruzie kregen over de sluiting van de toen nog bestaande vestiging in Breskens.
De rechter verbiedt Vlissingen en Sluis om de vismijn aan Visveiling Urk te verkopen. Als de twee gemeenten hun aandelen willen afstoten, moeten ze die alsnog via een openbare selectieprocedure te koop aanbieden.
Teleurgesteld
Directeur Riekelt Kramer van Visveiling Urk reageert teleurgesteld op de uitspraak van de kortgedingrechter. Volgens hem is het nu aan de twee gemeenten om te beslissen of ze in beroep gaan of dat ze de verkoopprocedure overdoen. In dat laatste geval zal Urk opnieuw meedoen. „Onze intentie is nog steeds om de Vlissingse afslag over te nemen. Het is wel jammer dat de verkoop nu vertraging oploopt.”
UFA-topman Johan van Nieuwenhuijzen is blij dat zijn organisatie in het gelijk is gesteld. „Wij zijn er klaar voor om Vlissingen over te nemen. Wij zijn bereid om te investeren in de toekomst van de visserij in Vlissingen en in Zuidwest-Nederland. Als er een nieuwe procedure komt, is het ons voornemen om mee te doen.”
Op de vraag of UFA na een eventuele overname de vismijn in Vlissingen open zal houden, zegt Van Nieuwenhuijzen: „Urk gaf de garantie dat Vlissingen vijf jaar open zou blijven, tenzij dat door economische omstandigheden niet meer verantwoord zou zijn. Wij waren verrast dat de twee gemeenten dit als argument opvoerden om voor Urk te kiezen. Dat is natuurlijk geen garantie, zo’n garantie kan ik wel voor honderd jaar geven.”