„Moge Allah succes schenken aan het dappere Palestijnse verzet.” „We feliciteren vanuit het diepst van ons hart het broederlijke islamitische Palestijnse volk voor hun inspanning om hun heilige grond te bevrijden en we troosten hen met hun eervol gevallen martelaren.” „Een ochtend van overwinning, een ochtend van verzet, een ochtend van trots en waardigheid.” „De zionistische vijand moet deze datum goed onthouden en beseffen dat wat erna komt, niet hetzelfde is als ervoor.”
Zie hier een paar letterlijke teksten van mensen die ik goed ken, die verder alleszins redelijk zijn. Maar die nu massaal haatplaatjes delen op sociale media. Die barbaarse moordpartijen toejuichen „omdat Israël het ernaar gemaakt heeft”.
Gelukkig is dat maar een deel van de posts die ik langs zie komen. Ook zijn er de vele steunbetuigingen vóór Israël die mijn tijdlijn vullen. Veel davidssterren, veel gebeden, veel warme woorden voor Israël en zijn leger. Aan die kant nauwelijks woorden van haat.
Elke keer als ik deze week mijn Instagram- of X-pagina (Twitter) open, staan deze werelden van verschil direct onder en naast elkaar. Ik woon al jaren in het Midden-Oosten, maar nooit ervaar ik een diepere kloof tussen deze wereld en die van het christelijke Nederland dan wanneer het over Israël gaat in tijden van oorlog.
Chamberlain of Churchill
Met onze kinderen hadden we er een gesprekje over. Wat zeg je op school als je bevraagd wordt over de oorlog tussen Israël en Hamas? Dat is niet denkbeeldig, en ze wonen in een omgeving waarin iedere vorm van sympathie voor Israël de gemoederen hoog kan laten oplopen. „Zeg maar dat je voor vrede bent”, raadde ik hun diplomatiek aan.
Ik dacht er later die dag verder over door. Het klinkt mooi, maar is het niet gewoon laf? Is het niet net zoiets als het hijsen van de vredesvlag in plaats van de Israëlische vlag, zoals onder meer de gemeente Dordrecht deze week deed? Is dat geen knieval? Een kwestie van een Chamberlain zijn terwijl er nu een Churchill nodig is? Is vrede, in de betekenis van de afwezigheid van oorlog, niet allang een gepasseerd station?
Dit is de tijd om partij te kiezen en te staan voor je keuze. En die keuze, dat is óf Israël óf Hamas. Dat is althans de conclusie die steeds meer mensen in het Midden-Oosten trekken. „Joods-Palestijns samenleven in wat voor vorm dan ook is dood, voor altijd”, schrijft bijvoorbeeld de Libanees-Iraakse onderzoeker en journalist Hussain Abdul-Hussain. „Vanaf nu zal het spel tussen Israël en de Palestijnen gespeeld worden volgens de beroemde Arabische stammenregels: dood of word gedood. Dit is een oorlog om het bestaan die zal eindigen met één volk dat blijft en één volk dat vertrekt.”
Aan grote woorden geen gebrek, en ik merk dat ze ook mij aanspreken. Wie gezien heeft hoe naakte vrouwen worden rondgereden, hoe verminkte lichamen als trofee door Gaza-Stad worden gesleurd, hoe honderden mensen worden neergemaaid op een festival, die heeft geen moreel kompas als hij dan over beide kanten gaat praten. Nee, de tijd van pappen en nathouden is voorbij. Laat het maar komen tot een finale strijd, een soort armageddon dat een finale winnaar bepaalt.
Doe uw zwaard terug
En dan zie ik daar, scrollend tussen alle geweldsteksten en grote woorden op sociale media, opeens die post met een tekst in het Hebreeuws, Arabisch en Engels. „Toen zei Jezus tegen hem: Doe uw zwaard terug op zijn plaats, want allen die naar het zwaard grijpen, zullen door het zwaard omkomen.”
Meer niet.
Wat betekent deze tekst hier, op dit moment? Is zo’n finale veldslag, die deze moeder van alle wij-zijconflicten beslecht, dan toch geen goed idee? Maar wat dan wel? Kan er überhaupt vrede komen in dit onheilige Heilige Land? Dat is de vraag waarop ik een antwoord zoek.
Vanuit de politieke geschiedenis is het goede antwoord niet moeilijk te vinden, viel me op. De politiek is namelijk vanuit zichzelf niet in staat om blijvende vrede aan te brengen. Zelfs niet als vrede, heel minimaal, alleen wordt uitgelegd als de afwezigheid van oorlog. Grote oorlogen die een eind moesten maken aan andere oorlogen: ze hielpen hooguit voor even. De ”War on Terror” die twintig jaar geleden onder meer de taliban uit Afghanistan en Saddam Hussein uit Irak moest verjagen, heeft geen blijvende resultaten opgeleverd – hooguit méér chaos en méér extremisme.
Datzelfde zagen we ruim honderd jaar geleden, bij de Eerste Wereldoorlog. Dat moest ”a war to end all war” worden – een oorlog die alle andere oorlogen zou stoppen. Maar de vredesbesprekingen in Parijs, die onder meer Duitsland vernederden en het Midden-Oosten in stukken deelden, droegen al de kiem van toekomstige oorlogen in zich mee. „Na de oorlog om oorlog te stoppen lijken ze in Parijs nu behoorlijk succesvol te zijn in het creëren van een vrede om vrede te stoppen”, verzuchtte de Britse veldmaarschalk Archibald Wavell destijds.
Die verzuchting leverde later de titel op van een magistraal boek over de problemen van het moderne Midden-Oosten, inclusief Israël en de Palestijnen. ”A Peace to End all Peace” heet dat boek, en de conclusie is dat rampzalige politieke beslissingen in de nasleep van de Eerste Wereldoorlog de basis hebben gelegd voor heel veel instabiliteit in het Midden-Oosten van vandaag.
Oerconflict
Naties gaan geen blijvende vrede brengen, zoveel is duidelijk. Alleen al omdat politieke opvattingen dat onmogelijk maken. Hamas zal niet rusten totdat Israël niet meer bestaat. Wat betekent dat strijders als beesten tekeergingen in Zuid-Israël. En Israël zal niet rusten tot er vergelding heeft plaatsgevonden. Wat op dit moment onder meer betekent dat 2 miljoen mensen in Gaza zijn afgesloten van elektriciteit, voedsel, brandstof. Ook diegenen die zuchten onder het juk van Hamas.
Vrede hoeven we bij overheden dus niet te zoeken, zéker niet als we de definitie verbreden. Want wat als vrede niet alleen de afwezigheid van oorlog betekent, maar ook een goede verstandhouding tussen buren? Tussen leden van een gezin? Tussen echtgenoten? Tussen een mens en zijn God? Het is overvragen wat een staat kan doen.
Maar wat dan wel? Wat betekenen Jezus’ woorden over vrede en de waarschuwing tegen het opnemen van het zwaard dan wél voor dit oerconflict?
Sjalom
In plaats van de politieke geschiedenis richtte ik me tot de filosofische en de theologische geschiedenis. En die is rijk als het gaat om het brengen van vrede. Wat blijkt: er is brede overeenstemming te vinden dat vrede aanbrengen geen werk is van staten en regeringen, maar gestalte krijgt in individuen. „Vrede is niet de afwezigheid van oorlog, het is een deugd”, schreef Spinoza. Het gaat erom of ik de ander wil vertrouwen, of ik rechtvaardigheid voor hem wil, of ik me met hem wil verzoenen.
Ook de rabbijnse literatuur is rijk aan gedachten over ”sjalom”. En ook de rabbi’s passen dit begrip doorgaans toe in de relatie van mens tot mens, en niet allereerst in de relatie tussen politieke entiteiten.
Joodse filosofen hebben dat verder uitgewerkt. De 20e-eeuwse Emmanuel Levinas bijvoorbeeld, die als Holocaustoverlevende als geen ander wist hoe kwetsbaar vrede is. Zijn gedachten over vrede hebben altijd te maken met de centraliteit van de ander, met de vreemde die we leren kennen door zijn gelaat. Ook en juist als die ander een vijand is. Alleen als de ene mens zich werkelijk openstelt voor de ontmoeting met de ander, is vrede mogelijk.
Voor Levinas was de consequentie van zijn filosofie dat een ontmoeting tussen een Holocaustoverlevende en een ex-nazi mogelijk is, zolang er werkelijk de wil is elkaar te ontmoeten. Of, vandaag: een ontmoeting tussen Jood en Palestijn die beiden de ander in hun diepste zijn willen leren kennen.
Zionisme
Volgens Ephraim Meir, hoogleraar Joodse filosofie, is die gerichtheid op vrede tussen mensen zelfs de diepste betekenis van het woord zionisme. Dat woord staat voor Hamas voor het ultieme kwaad en Meir begrijpt dat. Maar zionisme is niet louter politiek, schrijft hij. „De profetische visie op Zion schenkt aandacht voor wat niet tot politiek terug te brengen is. Dit Zion brengt de visie van een dagelijks te verwezenlijken vrede: vrede die boven de staat en haar instituties uitgaat, maar die zich zonder haar niet doorzet.”
Vrede als het hart van Sion: dat aspect krijgt ook veel nadruk in de christelijke theologie. De 4e-eeuwse Johannes Chrysostomus noemt het aanbrengen van vrede een kernwaarde die een christen dicht bij God brengt. En de 2e-eeuwse Clemens van Alexandrië had het over vrede als onlosmakelijk horend bij de hoogste vorm van gnosis – de ultieme kennis die een individu van Christus’ weg kan krijgen. Of neem Augustinus: zowel zijn ”Belijdenissen” als ”De civitate Dei” (De stad van God) mondt uit in een ode aan de vrede. Bij hem is dat een vrede die zijn oorsprong vindt in een leven dat geborgen is in Christus.
Dus de volgorde is van Christus naar de mens, naar zijn medemens, naar de hele samenleving – inclusief de politiek. Maar nooit andersom.
Nieuw Jeruzalem
Ligt hier dus het antwoord op mijn vraag? Terwijl je met het hijsen van een Israëlische vlag het recht op verdediging van de staat Israël benadrukt, steun je tegelijk mensen die een meer duurzame vrede van Jeruzalem voor ogen hebben – zoiets?
Het is in elk geval de voorlopige uitkomst van mijn zoektocht. Dat ik de huidige Israëlische politiek in mijn verlangen naar vrede niet kan overvragen, dat snap ik beter met dank aan filosofen en kerkvaders. Het zou op een desillusie uitlopen.
Maar tegelijk ben ik er nog steeds van doordrongen dat het profetisch verlangen naar vrede onverminderd geldig is – vandaag meer nog zelfs dan een week geleden. Daar kan geen stroom van grote woorden op Twitter iets aan veranderen. Wat oorlogshitsers ook zeggen, zalig zijn de vredestichters.
Ik kijk met andere ogen naar organisaties als The Parents Circle, waar Israëlische én Palestijnse gezinnen die door de oorlog iemand verloren hebben, bij elkaar komen. Of naar Musalaha, een organisatie die op individueel niveau werk maakt van verzoening. En ja, ik hoop dat deze ideeën uiteindelijk óók hun weg vinden richting de Israëlische politiek, nu de doden in grote aantallen blijven vallen.
Het was misschien toch niet zo laf, dat advies aan mijn kinderen om tegen hun islamitische klasgenoten te zeggen dat ze voor vrede zijn. Laat de vrede maar bij mij en mijn huis beginnen. Nu en morgen en steeds weer. Totdat het nieuwe Jeruzalem werkelijkheid wordt.
Journalist Jacob Hoekman speurt in de cultuurgeschiedenis naar antwoorden op weerbarstige vragen bij het nieuws